FNV

6-12-2007 'Ouderen horen niet in de bijstand'

Naar verwachting zullen over ruim tien jaar bijna een miljoen 65-plussers kampen met een onvolledige AOW-uitkering. Veel ouderen van Surinaamse, Antilliaanse, Turkse en Marokkaanse afkomst hebben niet de vereiste vijftig jaar onafgebroken in Nederland gewoond.

Voor ieder jaar dat ze niet in Nederland hebben geleefd, wordt 2 procent van hun AOW afgetrokken. Om toch tot het bestaansminimum te komen, zullen die ouderen een beroep moeten doen op de bijstand.

De FNV, ouderenbond Anbo, de organisatie van Surinaamse Nederlanders SurNed en het Landelijk Overleg Minderheden organiseerden daarom dinsdag in Den Haag een debat met Tweede Kamerleden over het zogenaamde AOW-gat. Meer dan vierhonderd bezorgde ouderen gingen in gesprek met vertegenwoordigers van CDA, PvdA, CU, GroenLinks en D66.

"Ouderen horen niet in de bijstand", sprak Agnes Jongerius de aanwezigen toe. "De Wet Werk en Bijstand is niet bedoeld voor mensen die geen arbeidsplicht meer hebben." De FNV-voorzitter wijst op de schuine redenering van staatsecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken. Hij beroept zich op de Wet Gelijke Behandeling en zegt zo dat hij niets kan doen aan het AOW-gat. "Even slecht is ook gelijk, lijkt hij te willen zeggen."

Jongerius riep het kabinet op om het AOW-gat dat bijvoorbeeld rijksgenoten als Surinamers en Antillianen ongewild en onbewust hebben opgelopen, te repareren. Tevens stelde zij een aantal maatregelen voor, waardoor 65-plussers meer ademruimte zouden krijgen, zoals verruiming van de vermogenstoets en het terugbrengen van de AOW-opbouwperiode van vijftig naar veertig jaar. Een meerderheid van de Tweede Kamer steunt die oproep, en heeft de staatsecretaris tot handelen gemaand.

Op dit moment heeft 16 procent van de 65-plussers een onvolledige AOW-uitkering, ofwel 425 duizend mensen. Vorig jaar moesten ruim 27 duizend huishoudens aankloppen voor aanvullende bijstand.