Ingezonden persbericht
Mirage
Theun Mosk
hetveem werkplaatsproductie
Op donderdag 6 december, 20.30 uur, gaat de werkplaatsproductie Mirage van Theun Mosk in première.
Mirage is verder te zien in hetveem theater op za 1 dec, 20.30u (try-out), zo 2 dec, 16u (try-out), wo 5 dec 20.30u (try-out) en vr 7 dec t/m zo 9 dec, 20.30u.
Ruimte, mens, object - samen vormen ze beelden. Beelden die blijven, beelden die meebewegen, beelden die verdwijnen alsof ze er nooit zijn geweest.
Vanuit een tactiele benadering van het visuele beeld wordt er een opstelling op basis van een uitgelichte ruimte, drie spelers, een luchtspiegelend oppervlak geïnstalleerd.
Wanneer de lucht het blikveld vervormt, kantelt het kader van kijken. Dan blijken de realiteiten van de spelers niet te stroken. Terwijl de toeschouwer ze al lang en breed met elkaar rijmde.
Leggen beelden contouren om een inhoud, of openen ze ruimtes om in te bestaan?
Theun Mosk debuteerde vorig jaar als maker met de hetveem werkplaatsproductie 3paintings. Een onderzoek naar perspectief, plaatsing en schaal van het lichaam in een ruimte. Met Mirage trekt hij dit onderzoek door naar de werking van het waarnemen.
concept, licht & beeld Theun Mosk spel Anna van Diepen, Swantje Schäuble decorontwerp Douwe Hibma decorbouw Anton Abbus stagiaire vormgeving Justa ter Haar compositie Wouter Kors dramaturgie Jellichje Reijnders productieleiding Marijn Oussoren productie Annemarie Naujoks techniek Jeroen van Heijningen
Mirage wordt mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het VSBfonds.
Theun Mosk (IJlst, 1980) studeerde aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, opleiding theatermaker, techniek en theater en volgde een studiejaar aan de Gerrit Rietveld Academie de opleiding theatervormgeving. Hij nam deel aan workshops van Robert Wilson in Watermill Center New York (2004).
Samen met Boukje Schweigman maakte hij de voorstellingen Benen (2003, Top Naeff prijs en Stukfestival Publieksprijs), Grond (2003, samen met Jaap Flier), Weef! & Wervel (2005, samen met Paul Koek, voor Wervel nominatie VSCD mimeprijs 2006), Slagschaduw (2005, kindervoorstelling) en Sottenschip (2006) & Hoek (2007, samen met componist Anke Brouwer).
Daarnaast maakte hij lichtontwerpen voor voorstellingen van Krisztina de Châtel (2003 tot 2005) en scenografie voor de voorstelling Falten (2005) van Karina Holla. In 2006 realiseerde hij de scenografie van Jetse Batelaan's Broeders en maakte hij in hetveem theater zijn eerste werkplaatsproductie 3Paintings. Een nieuwe weg sloeg hij in met de vormgeving voor Lotte van den Berg en Gerucht (2007), een productie van het Toneelhuis Antwerpen. Onlangs was hij nog verantwoordelijk voor het lichtontwerp van de opera van Styx van Xynix (2007).
Theun Mosk ontving onlangs de Charlotte Köhler Prijs 2007 en was een van de geselecteerde Nederlandse ontwerpers voor de wereldwijde vormgeverstentoonstelling Praag Quadrionale 2007. Voor Oerol 2008 zullen Theun Mosk en Boukje Schweigman gaan samenwerken in een locatieproject met Robert Wilson.
Interview met Theun Mosk door Sharon Cohen
LEEGTE EN ONEINDIGHEID, IETS UNIVERSEELS
Vormgever, theatermaker en perfectionist Theun Mosk (IJlst, 1980) gaat hard. Zijn werk valt in vele prijzen waaronder een felbegeerde Charlotte Köhler Prijs 2007 en de Top Naeff Prijs. Zijn nieuwste voorstelling Mirage gaat op 6 december in première bij hetveem theater. "Ik geloof dat als er maar genoeg mensen een stukje schoonheid de wereld in brengen, men niet meer zo gemeen is tegen elkaar."
Ooit wilde Mosk als klein Fries jongetje bij de waterpolitie, 'Op een vette rubberen boot een beetje over de zee heen crossen'. Het liep anders. Iemand in het dorp had een drive-in show, een stellage met knipperende lampen, waarin je plaatjes kon draaien. Samen met zijn opa, voormalig etaleur, bouwde Mosk op zijn tiende een lichtbalk met drie lampen. Het groeide uit tot zijn eigen drive-in show stellage waarmee hij samen met een vriend op schoolfeestjes 'het licht deed' en plaatjes draaiden.Tijdens zijn middelbare schoolperiode volgde hij een cursus lichttechniek en was hij de vrijwillige lichtman van Poppodium Het Bolwerk in Sneek. In 1998 begon hij met een studie Theatertechniek aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Er volgden een jaar Theatervormgeving aan de Rietveldacademie en workshops in New York, bij zijn grote voorbeeld Robert Wilson. Samen met Theatermaakster Boukje Schweigman maakte Mosk de afgelopen jaren verschillende voorstellingen. Hij deed de belichting voor dansgezelschap Krisztina de Châtel en werkte met verschillende theatermakers zoals Lotte van den Berg, Jetse Batelaan, Paul Koek, Karina Holla en Joke Hoolboom.
Eigen logica creëren
Inmiddels woont de 27 jarige Fries tien jaar in Amsterdam. Voor zijn voormalige passie, drummen in bands is geen tijd meer. "Ik mis het wel. Muziek is een uitlaatklep voor mijn emoties. Het is puur in het moment zijn en niet bezig zijn met wat er komen gaat, geen zorgen aan je hoofd. Met theater wil ik hetzelfde doen, momenten creëren waarin mensen in een andere wereld stappen. Net als filmmaker David Lynch een eigen logica creëren. Ik wil ruimtes ontwerpen waarin ik de fantasie prikkel, niet door een bombardement aan woorden, maar door leegte en oneindigheid, door iets universeels te brengen. Er is in de wereld te weinig oog voor detail. Er zijn zoveel mogelijkheden voor alles. Honderden hypotheken, verzekeringen, je kunt overal heen vliegen met tig maatschappijen. Ik heb het idee dat er zoveel dingen aan ons voorbij gaan. In mijn voorstellingen wil ik me verzetten tegen die veelheid aan mogelijkheden, wil ik terug naar de essentie. Veel akelige dingen die er gebeuren in de wereld kan ik niet bevatten. In mijn wereld en omgeving wil ik de mooie dingen laten zien. Ik geloof dat als er maar genoeg mensen een stukje schoonheid de wereld in brengen, men niet meer zo gemeen is tegen elkaar. Ja, op een onbewust niveau wil ik mensen raken. Het is fijn als mensen me met tranen in de ogen je vertellen dat het mooi was. Voor mij bevestigt dat mijn eigen zoektocht. Het mooiste compliment dat ik kan krijgen, is als mensen naar buiten komen en anders de wereld in kijken. Dat ik een gevoel heb opgewekt waardoor mensen denken: 'hé, wat hier gebeurde, dat betekende iets.' Dat mensen de voorstelling uitlopen en er iets veranderd is, dat er plotseling dingen om hen heen opvallen, details in het straatbeeld of dingen die ervoor niet opvielen, het spiegelen van het water of het bewegen van boombladeren. Het hoeft maar klein te zijn."
Helden
Mosk noemt Theaterkunstenaar Robert Wilson zijn grote held. "De werelden die hij neerzet waren eind jaren zeventig baanbrekend, voorstellingen van zeven dagen. Wilson kijkt vanuit een vormgevingshoek naar Theater. Wat hij doet is eerst vormgeving en dan tekst. Dat is een grote vernieuwing geweest. Zelf ontwerp ik eerst de ruimte en pas later komt de inhoud. Hem evenaren denk ik niet ooit te kunnen, weet ook niet of ik dat zou willen, dan zou ik 240 keer per jaar in het vliegtuig zitten en geen gezin hebben."
Zijn inspiratie haalt Mosk ook uit het dagelijks leven en uit foto's en films. Zoals die van Peter Greenaway, David Lynch, Stanley Kubrick en Andre Dakovsky. "Daarbij gaat het me vooral om de sfeer, het gevoel dat ze oproepen. Ik heb een soort schetsdagboek waarin ik de wereld een beetje zie als een bibliotheek, ik schets wat me opvalt, op straat of in een film. Ik teken veel vooruit en soms kom ik terug op iets wat ik lang geleden heb geschetst. Net als in een bibliotheek, je loopt ergens langs, pakt er iets uit. Soms blijft het liggen en soms doe je er iets mee. Ik heb een grote behoefte om dingen vast te leggen, een eigen handtekening te zetten, woorden op te schrijven, een kleur te herinneren. En altijd als ik er naar terugkijk, weet ik hoe dat moment was. Ja, ik ben bang dat ik dingen vergeet als ik ze niet schets, ben vergeetachtig. Ook dingen, lijstjes die in mijn hoofd rondzweven wil ik direct vastleggen. Dit vastleggen dwingt me ook om beter naar dingen te kijken. In de gracht bij het Centraal Station zag ik een tijd geleden rode vissers boeitjes liggen met witte plastic handschoenen erbij. Zoiets zie ik dan, dit schets ik en later kom ik op het idee om witte handen die naar adem grijpen uit een meer omhoog te laten komen. Ik kan me voorstellen dat als ik ooit gevraagd wordt een installatie in een meer in Friesland te maken, ik zoiets zou maken. Het zou me ook niets verbazen als ik ooit de autonome kant op ga, die behoefte voel ik heel sterk. Ik zie mezelf ook meer als een beeldenmaker. Ik ben ook wel op het punt aangekomen dat ik er een jaar tussenuit zou kunnen, dat ik vanaf januari 2009 een jaar geen producties maak en in een atelier ga zitten en installaties, schilderijen en beelden ga maken. Dat doe ik nu veel te weinig. Veel inspiratie voor mijn werk haal ik ook uit de beeldende kunst. Ik ga vaak naar musea en ben een kunstliefhebber van het eerste uur. Ik kan zo uren in de Tate Gallery voor een kunstwerk van Marc Rothko en Anish Kapoor zitten en de volgende dag weer gaan. Als ik daar ben, voel ik dat er meer is. Zijn kunst raakt me. Ik zou het mooi vinden om aan kunstwerken een spanningsboog mee te geven. Dat het een begin en een eind heeft en ik er een andere ervaring bij kan opgeroepen, net als bij theater."
Ander soort spanning
Mijn nieuwe voorstelling Mirage, is het vervolg op 3 Paintings dat ik drie jaar terug heb gemaakt, mijn eigen eerste regie, concept, vormgeving en licht. In 3 Panting had ik geen dramaturg, nu wel: Jellichje Reijnders. Ik wil dit stuk een extra diepere laag meegeven. Jellichje werkt veel met beeldend kunstenaars, dat is fijn. Ik hou ervan om te werken in die ruimte tussen theater en beeldende kunst. Mirage moet gaat over waarnemen,verwachtingen. Dat je als mens dingen onderzoekt, bewegingen of zinnen van anderen in je gedachten afmaakt. Dogtroep had ooit een grote hoorn waarmee ze luchttrillingen teweeg brachten. Iemand stond ervoor, had het niet door en schrok enorm van het effect. De keer erna was het een andere ervaring omdat hij wist wat er ging gebeuren. Soms is het spannend als je niet weet wat er gaat gebeuren, maar als je weet wat er komen gaat, is het een ander soort spanning. Die spanning wil ik ook bij Mirage onderzoeken."
Fata Morgana in het theater
"Een half jaar geleden zag ik in een krant een foto van een bos dat in brand stond. Door de hitte was de foto helemaal onscherp geworden. Wat je zag was datgene dat je ook ziet boven snelwegen, in de verte boven de weg een trilling van zinderende lucht. Soms zie je het ook boven zee. Ik heb veel op de Noordzee gevaren en daar was het ook. Zo'n gekke lage horizon, met daarboven laagjes zee en lucht. Als een fata morgana in de woestijn. Die foto prikkelde me. Het is iets dat zo vreemd lijkt, maar toch geen illusie of optisch bedrog is, want je kunt er een foto van nemen. Toen ik die foto zag, wist ik: daar wil ik iets mee. Een installatie, een voorstelling. Het is een voorstelling geworden, maar het stuk zal op de vloer ontstaan. We gaan repeteren vanuit een basisidee, een vormgevingsidee, een ontwerp van de ruimte dat ik in mijn hoofd heb zitten. Het beeld in mijn hoofd is bijna af. Het is een witte ruimte, in het midden symmetrisch gescheiden door een warmtegordijn, met aan de ene kant de scherpe wereld -waar ook het publiek in zit- en aan de andere kant de onscherpe wereld. Wat ik wil doen is lucht laten trillen, met propaangas en warmtestralers waarmee lucht heel erg heet wordt gemaakt totdat deze gaat trillen. Ik maak met twee vrouwelijke spelers vijf opstellingen, geef hen opdrachten, je kunt de vijf scènes zien als een natuurkundig experiment waarin de spelers het experiment uitvoeren."
In de ruis stappen
"Tot nu toe was er in mijn voorstellingen geen theaterlamp of kabel te zien, alles was compleet weggewerkt in een illusie. Bij Mirage wil ik alle ruis laten zien. Net als bij de tweede keer dat de man voor de hoorn stond. Mensen zien de opstelling, zien het gas en daar stappen ze in. Als je al gezien hebt wat er komen gaat, heb je andere verwachtingen, het is helder: ah, daar gaan we het dus over hebben. Ook in de scènes, de bewegingen, de handeling wil ik iets doen met het afmaken van de verwachting
Het grootste probleem is de sprinklerinstallatie, daar liggen ze nog even wakker van bij Het Veemheater. Het is nog even onderzoeken hoe we de lucht kunnen afvoeren zonder dat deze bij de sprinklers komt -en de brandweer tijdens de voorstelling op de stoep staat."
Sharon Cohen
Voor hetveem theater