De Nederlandse Bank
Speech directeur Kellermann 'Consistentie in woord en daad'
Speech
Datum 30 november 2007
Tijdstip 15:19 uur
Locatie Eerste AFM-congres, Passenger Terminal, Amsterdam
Spreker mw mr A.J Kellermann, directeur van de Nederlandsche Bank
Als collega-toezichthouder ben ik gevraagd te spreken op dit eerste
pensioencongres van de AFM. Het spreekt voor zich dat ik zo´n
uitnodiging graag aanvaard. Het biedt mij een uitstekende gelegenheid
met u kennis te maken. En u met mij. Per 1 november ben ik toegetreden
tot de directie van De Nederlandsche Bank. Ik heb onder meer het
toezicht op pensioenfondsen en verzekeraars in mijn portefeuille. In
mijn vorige functie als General Counsel en divisie-directeur
Juridische Zaken bij DNB ben ik al intensief bezig geweest met de
nieuwe Pensioenwet. De spelregels zijn mij daarom bekend. De spelers
in het veld nog niet. Maar daar wil ik in de komende tijd graag
verandering in aanbrengen.
Met de Pensioenwet is veel nieuwe regelgeving over u heen gestort. Met
u hoop ik dat het de komende jaren qua regelgeving rustig blijft. Het
is nu van belang zo goed mogelijk invulling te geven aan alle nieuwe
voorschriften. Dat vergt veel inspanning. Die wordt gelukkig ook
geleverd, maar op sommige terreinen kan er een schepje bovenop. Ik
noem hier één zo´n terrein: Pension Fund Governance. De pensioensector
is zelf een aantal jaren geleden aan de slag gegaan met Pension Fund
Governance. U heeft principes opgesteld, die vervolgens wettelijk zijn
verankerd. Nu bent u opnieuw aan zet om de daad bij het woord te
voegen. Pension Fund Governance is overigens geen doel op zich, maar
een manier om de beheersing van uw risico´s duurzaam te verstevigen.
Mijn collega Arnold Schilder gaf onlangs op het Opf-congres al aan dat
wij verwachten dat alle pensioenfondsen vanaf 1 januari 2008 aan de
door u zelf opgestelde principes voldoen.
Naast regels zijn met de Pensioenwet ook nieuwe termen geïntroduceerd.
Zo heet een pensioentoezegging voortaan een pensioenovereenkomst.
Daarmee heeft de wetgever benadrukt dat pensioen geen eenzijdige
toezegging is, maar een contract tussen werkgever en werknemer. In de
academische wereld wordt in dat verband regelmatig de term incompleet
pensioencontract gebruikt. Immers, het is niet tot in de details
uitgewerkt wie welke risico's draagt. Vanuit mijn juridische
achtergrond, dat zult u begrijpen, heb ik een voorkeur voor complete
contracten. Aan de usances in de pensioenwereld zal ik daarom moeten
wennen. Dat incomplete pensioencontracten in ons pensioensysteem prima
kunnen werken, heeft te maken met het vertrouwen tussen de
verschillende betrokken partijen. Nederland is in tegenstelling tot de
meer Angelsaksische landen wat dat betreft een 'high trust'
samenleving. Bij het handhaven van dit vertrouwen spelen de
verwachtingen van deelnemers een belangrijke rol. Als het
uiteindelijke pensioenresultaat niet aan de verwachtingen voldoet
wordt het vertrouwen in ons stelsel geschaad. Consistentie in woord en
daad vormt een belangrijke voorwaarde voor vertrouwen.
In mijn verdere betoog wil ik daarom stil staan bij het scheppen van
de juiste verwachtingen bij deelnemers. Twee boodschappen wil ik aan u
meegeven:
* Wek realistische verwachtingen
* Baseer die op een solide continuïteitsanalyse
Ik zal deze boodschappen nader toelichten.
Wek realistische verwachtingen
Onder invloed van het rijpen van pensioenfondsen en nieuwe
internationale verslagleggingregels verschuiven de risico's steeds
meer van de werkgever naar de deelnemers. In sommige gevallen is de
rol van de onderneming als risicodrager zelfs nagenoeg geheel
doorbroken. Zoals bij de zogenoemde Collectief DC-regeling. Dit is
voor de deelnemer in beginsel een middelloonregeling. Kenmerkend is
echter dat de werkgeverspremie voor een bepaalde periode vastligt.
Vanzelfsprekend toetst DNB daarbij de toereikendheid van de financiële
opzet, maar niet alle risico's kunnen worden afgedekt. Voor
onverhoopte tekorten springt de werkgever niet langer bij. Deze worden
door de deelnemers collectief gedragen.
De vraag bij deze ontwikkelingen is of het voor de deelnemers
duidelijk is met welke onzekerheden ze worden geconfronteerd? Wat
kunnen zij uiteindelijk aan pensioen verwachten? Zo was het in de
afgelopen jaren voor veel gepensioneerden een verrassing dat
'tegenvallende beleggingsresultaten' tot minder indexatie van hun
pensioenrechten konden leiden. Voor het behoud van het vertrouwen in
ons stelsel is het voorkomen van verassingen belangrijk. 'No surprises
please' is ook een veel voorkomende uitdrukking in het kader van
corporate governance.
Pensioenuitvoerders en werkgevers zijn op grond van de Pensioenwet
verplicht goede informatie te verstrekken. Onze gastheer van vandaag
spreekt in dat verband van tijdige, duidelijke en begrijpelijke
informatie. Elke deelnemer moet weten welk pensioen hem of haar te
wachten staat. Het gaat de deelnemer daarbij niet om uitleg over de
werking van de pensioenregeling. Maar om inzicht over het
pensioenresultaat. In de terminologie van mijn voorganger Dirk
Witteveen: 'het gaat niet om uitleg over wat onder de motorkap zit,
maar om de prestaties van de auto'. Wat mogen deelnemers verwachten
aan pensioen en wat is de indexatiekwaliteit? In het toezicht werken
we daarbij nauw samen. DNB ziet toe op een solide financiële
onderbouwing: voor ons is het daarbij belangrijk om onder de motorkap
te kijken. En de AFM heeft daarbij een net zo belangrijke taak. Zij
ziet toe op de informatieverlening via de bijbehorende folders en
brochures. Daarin hoort ook heldere informatie over de risico's die
deelnemers lopen, zodat de verwachtingen van deelnemers niet te hoog
gespannen, maar realistisch zijn. Dit draagt bij aan consistentie in
woord en daad.
... en baseer die op een solide continuïteitsanalyse
Om te kunnen informeren over de risico's moeten pensioenuitvoerders
zelf goed zicht hebben op die risico´s. Voor pensioenfondsen is de
eigen continuïteitsanalyse daarvoor het belangrijkste instrument. U
krijgt daarmee inzicht in de risico's die uw fonds loopt en in de
indexatiekwaliteit, zowel onder gunstige als minder gunstige
omstandigheden.
Bij de beoordeling van de continuïteitsanalyse kijkt DNB of deze zo
realistisch mogelijk is. De gevoeligheid voor de aannames die worden
gemaakt is namelijk zeer groot. Bij een vaste jaarlijkse inleg over
een periode van 15 jaar levert 1%-punt minder rendement een 8% lager
eindkapitaal op. Niemand weet echter wat het beleggingsrendement in de
toekomst is. Wat we wel weten, is dat naarmate op voorhand met hogere
rendementen wordt gerekend de kans op een tegenvaller toeneemt. Niet
alleen in financieel opzicht maar ook ten opzichte van de gewekte
verwachtingen. Om deze dubbele tegenvaller te voorkomen is een solide,
realistische continuïteitsanalyse nodig.
De Pensioenwet bepaalt dan ook dat er consistentie moet zijn tussen
gewekte verwachtingen, financiering en feitelijke indexatie. De
handleiding daarbij vormt de indexatiematrix, die verschillende
indexatiecategorieën bevat. Voor verzekeraars komt er overigens een
aparte matrix. Met behulp van de matrix kan de aard en de omvang van
de indexatie-ambitie worden benoemd. En kan een keuze worden gemaakt
uit verschillende financieringsvormen, zoals premieheffing,
beleggingsopbrengsten of het aanhouden van een reserve. De
financiering dient daarbij te zijn afgestemd op het ambitieniveau. Als
in de pensioenovereenkomst is vastgelegd om te streven naar een
indexatie op basis van de loonontwikkeling dan zal uit de
continuïteitsanalyse moeten blijken dat dit naar verwachting kan
worden waargemaakt. Dat is consistentie in woord en daad.
Het wekken van realistische verwachtingen gebaseerd op een degelijk
financieel beleid, onderbouwd met een solide continuïteitsanalyse is
een belangrijke uitdaging waar u voor staat. Maar u staat er niet
allen voor. De toezichthouders zijn u daarbij graag behulpzaam. In
samenwerking met de pensioenkoepels organiseert DNB in de eerste
maanden van 2008 enkele workshops. Onder meer over de
continuïteitsanalyse.
Ik wens u veel succes met alle uitdagingen waar u voor staat. En hoop
u in de komende tijd vaker tegen te komen zodat ik straks naast de
spelregels ook de spelers ken en als een scheidsrechter met gevoel
voor het spel toezicht kan houden.
---