NMa: Amsterdam verantwoordelijk voor veilige lantaarnpalen
29-11-2007
Regionaal netbeheerder Continuon is niet wettelijk verplicht om
lichtmastinstallaties (lantaarnpalen) van de gemeente Amsterdam te
voorzien van een geaarde aansluiting. Dit concludeert de Nederlandse
Mededingingsautoriteit in een vandaag genomen besluit op bezwaar, naar
aanleiding van een geschil tussen de gemeente Amsterdam en Continuon.
Op basis van de Elektriciteitswet 1998 is de netbeheerder
verantwoordelijk voor de veiligheid van het netwerk terwijl de
afnemer, de gemeente Amsterdam, verantwoordelijk is voor de veiligheid
van haar lantaarnpalen.
De NMa handhaaft hiermee haar oorspronkelijke besluit uit februari
2007. Een deel van de bestaande oudere elektriciteitsnetten in de
gemeente Amsterdam is volgens Continuon niet geschikt om te aarden.
Het specifieke netontwerp in de gemeente Amsterdam en een deel van de
openbare verlichting dateert namelijk uit de jaren dertig van de
vorige eeuw. Continuon kan wettelijk niet verplicht worden de
verouderde delen van het netwerk te vervangen. Wel is de netbeheerder,
op basis van de Elektriciteitswet 1998, verantwoordelijk is voor de
veiligheid en betrouwbaarheid van haar elektriciteitsnet en de daarbij
behorende aansluitingen. Daarom heeft de NMa besloten om naar
aanleiding van vragen over de veiligheid van de aansluitingen, die in
deze procedure naar voren zijn gekomen, op korte termijn nadere
informatie in te winnen bij Continuon.
Aanleiding voor het geschil vormde een ongeluk waarbij een hond
geëlektrocuteerd werd doordat de directe omgeving van een lantaarnpaal
onder spanning was komen te staan.
Nederlandse mededingingsautoriteit (NMa)