Bijsterveldt moet huiswerk opnieuw doen
28 november 2007
GroenLinkskamerlid Tofik Dibi wil dat staatssecretaris Bijsterveldt opnieuw rond de tafel gaat zitten over de 1040 urennorm. Dibi: De urennorm raakt ouders, leerlingen en docenten. Het is belachelijk dat de staatssecretaris alleen met de onderwijsbestuurders heeft gesproken en niet met de mensen uit de dagelijkse onderwijspraktijk.
De urennorm wordt om verschillende redenen niet gehaald: het tekort aan leraren, het tekort aan ondersteunend personeel en een tekort aan financiële middelen. De discussie spitst zich nu toe op het niet behalen van de urennorm, terwijl het moet gaan over de kwaliteit. Door nu 40 uren minder verplicht te stellen, doet de staatssecretaris alsof ze tegemoet komt aan de eisen van scholieren, ouders en leraren. Maar de kwaliteit van de lessen is daarmee nog niet beter. Dibi: Het akkoord werkt als een afleidingsmanoeuvre. Het maakt geen einde aan de ophokplicht van leerlingen. Ik eis dat Bijsterveldt opnieuw gaat overleggen met de scholen, maar ook met de scholieren, ouders en leraren, zodat er een akkoord komt dat ook tegemoet komt aan hun terechte kwaliteitseisen.
De urennorm van 1040 uur is tamelijk willekeurig. Er zijn scholen die kwaliteit leveren met minder uren. Dibi zal daarom in het spoeddebat vanavond ook eisen dat er een gedegen onderzoek komt naar een wetenschappelijk onderbouwde urennorm, waarbij een bandbreedte geldt. Scholen die kunnen aantonen met minder uren toch kwalitatief goed onderwijs te leveren, krijgen meer vrijheid.
Tot dat onderzoek er is, wil GroenLinks dat er flexibeler wordt omgegaan met de boetes. Alle scholen krijgen nu automatisch een boete, ook als het onderwijs goed is. Dat is te rigide en brengt veel scholen onterecht in de problemen. Als scholen de urennorm niet halen zonder dat het ten koste gaat van de kwaliteit hoeft de Inspectie geen boete opleggen.
Tofik Dibi
GroenLinks