Fiche 4: Mededeling Groenboek arbeidsrecht
1. Algemene gegevens
Voorstel: Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, Het
Europees Economisch en Sociaal Comité én het Comité van de regio's. De resultaten van de
openbare raadpleging over het groenboek van de Commissie "De modernisering van het
arbeidsrecht met het oog op de uitdagingen van de 21e eeuw"
Datum Commissiedocument: 24.10.2007
Nr. Commissiedocument:COM (2007) 627 final
Pre-lex: http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/site/nl/com/2007/com2007_0627nl01.pdf
Nr. impact-assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board: niet opgesteld
Behandelingstraject Raad: Er is op dit moment geen behandeling in de Raad voorzien. De
mededeling bevat geen voorstellen die aan de Raad worden voorgelegd. Tijdens de Raad WSBVC
van december staat wel het thema flexicurity geagendeerd, maar nog niet bekend is of de
onderhavige mededeling in dat debat aan de orde komt.
Eerstverantwoordelijk ministerie: SZW
2. Essentie voorstel :
In 2006 is de Commissie een openbare raadpleging gestart op het gebied van de modernisering
van het arbeidsrecht. De raadpleging vond plaats op basis van een Groenboek. De onderhavige
mededeling bevat een overzicht van de reacties die de Commissie heeft ontvangen naar aanleiding
van de raadpleging. De Commissie heeft ruim 450 reacties ontvangen van belanghebbende
partijen (nationale en regionale regeringen, nationale parlementen, nationale en Europese sociale
partners, ngo's, bedrijven, academici, rechtsdeskundigen en privépersonen).
De mededeling weerspiegelt onder andere het debat over de effecten van ontslagbescherming op
de werkgelegenheid, waarbij werkgevers en werknemers een verschillende positie innemen. In de
mededeling geeft de Commissie aan dat het moeilijk is om op grond van de uiteenlopende
standpunten tijdens de raadpleging een consensus af te leiden. De Commissie concludeert dat
ondanks deze meningsverschillen over de draagwijdte en aard van acties op EU-niveau uit de
raadpleging is gebleken dat er vraag is betere samenwerking, verduidelijking, informatie en
analyse op een aantal aan arbeidsrecht gerelateerde onderwerpen. De Commissie noemt hierbij de
volgende onderwerpen: het voorkomen en bestrijden van (vooral grensoverschrijdend) zwart werk,
het bevorderen van opleidingen en leven lang leren met het oog op werkzekerheid, de interactie
tussen arbeidsrecht en sociale bescherming ter ondersteuning van arbeidsmobiliteit en houdbare
stelsels voor sociale bescherming, verduidelijking van de aard van de arbeidsverhouding om meer
inzicht en betere samenwerking in de EU te stimuleren en, tot slot, de verduidelijking van de
rechten en plichten van partijen in ketens van onderaanbesteding zodat werknemers hun rechten
kunnen uitoefenen. De Commissie zal in 2008 vervolgstappen zetten op deze thema's in de
ruimere context van het debat over flexicurity. Bij de bevordering van een geïntegreerde aanpak
voor toepassing van de flexicurity-beginselen zal zij zich ook op de hoogte houden van de
gezamenlijke analyse van de Europese sociale partners van de belangrijkste uitdagingen voor de
Europese arbeidsmarkten. De aard van toekomstige voorstellen van de Commissie is nog
onbekend.
3. Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete wet- en regelgeving aan voor de
toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het voorlopige Nederlandse oordeel over
bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit en hoe schat Nederland de
financiële gevolgen in?
Zoals aangegeven onder punt 2 geeft de Commissie aan in 2008 met vervolgstappen te komen die
betrekking hebben op betere samenwerking, verduidelijking, informatie en analyse op een aantal
aan arbeidsrecht gerelateerde onderwerpen. De aard van deze vervolgstappen is nog niet bekend
en een gedegen inschatting van subsidiariteit, proportionaliteit en financiële gevolgen is daarom
nog niet te maken.
Naar verwachting zal een deel van deze onderwerpen in het kader van het Lissabonproces via de
methode van open coördinatie aan de orde komen. Dit is waarschijnlijk het geval bij leven lang
leren (dat nu al onderdeel is van het Lissabonproces) en de wisselwerking tussen arbeidsrecht en
sociale bescherming. Deze onderwerpen zijn ook onderdeel van het debat over flexicurity waarbij
met niet bindende gemeenschappelijke beginselen wordt gewerkt. Wanneer initiatieven van de
Commissie binnen deze coördinatiemethode passen, is er geen sprake van een verschuiving in de
bevoegdheidsverdeling.
Op het gebied van zwart werk heeft de Commissie op 24 oktober een mededeling gepresenteerd.
In de mededeling geeft de Commissie onder andere aan een comité op hoog niveau te willen
oprichten dat de lidstaten zou moeten helpen bij het vaststellen van goede praktijken bij controle
en handhaving bij uitzendarbeid. De Commissie onderzoekt verder de haalbaarheid voor een
platform voor samenwerking tussen Arbeidsinspecties en andere relevante organen. In de
betreffende mededeling roept de Commissie ook de sociale partners op om concrete initiatieven te
ontwikkelen, zowel nationaal als internationaal. Over de mededeling op het gebied van zwart werk
wordt een apart BNC-fiche opgesteld waarin een eerste Nederlands oordeel wordt gegeven over
deze voorstellen.
De Commissie komt in de onderhavige mededeling niet met voorstellen voor regelgeving. De
mededeling refereert niet aan het wetgevings- en werkprogramma 2008 van de Commissie dat een
aantal voorstellen bevat op het gebied van arbeidsrecht. Het gaat daarbij om voornemens tot
aanpassingen van bestaande regelgeving, zoals een aanpassing van bestaande richtlijn op het
gebied van de Europese Ondernemingsraden en een herziening van de richtlijn over de rechten van
de werknemers b overgang van ondernemingen, vestigingen of onderdelen van ondernemingen
of vestigingen. Er zijn nog geen concrete voorstellen voor aanpassingen gedaan door de
Commissie. Opgemerkt zij verder dat de sociale partners op communautair niveau op grond van
het EU-verdrag bevoegd zijn om met overeenkomsten te komen die aan de Raad kunnen worden
voorgelegd.
4. Nederlandse positie over de mededeling
De mededeling biedt een overzicht van de uitkomsten van de consultatie en doet geen voorstellen
waarover een Nederlandse positie moet worden ingenomen. De vormgeving van de
aangekondigde voorstellen voor 2008 is nog niet duidelijk. Voor sommige punten gaat het naar
verwachting om een (voortzetting van de huidige) discussies in het kader van de open
coördinatiemethode binnen het Lissabonproces. Nederland is voorstander van deze benadering
met doelstellingen, gezamenlijke uitgangspunten en uitwisseling van ervaringen. De mededeling
bevat geen voorstellen voor regelgeving op het gebied van arbeidsrecht. Dit is in lijn met de
Nederlandse reactie op het Groenboek, waarin is aangegeven dat Nederland geen noodzaak ziet
voor (meer) regelgeving op Europees niveau op het gebied van arbeidsrecht.
De mededeling refereert niet aan de onderdelen in het werkprogramma 2008 die zijn gerelateerd
aan arbeidsrecht. Het gaat om aanpassingen van bestaande regelgeving. Een oordeel over deze
initiatieven is uiteraard afhankelijk van de uiteindelijke vormgeving van de voorstellen. Dat geldt
ook voor eventuele voorstellen die voortvloeien uit de Europese sociale dialoog (zoals genoemd
onder drie).
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid