31 226 Enige wijzigingen in de Pensioenwet, de Wet verplichte
beroepspensioenregeling en enige andere wetten
Nr. .. DERDE NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel I, onderdeel J, wordt, onder vernummering van onderdeel 5
tot onderdeel 6, een onderdeel ingevoegd, luidende:
5. In het achtste lid wordt "in het eerste lid" vervangen door: in het
eerste en tweede lid.
B
Na artikel I, onderdeel MM, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
MMa
In artikel 171, eerste lid, wordt "die niet voldoet aan deze wet"
vervangen door: die niet voldoet aan hetgeen bij of krachtens deze wet
is bepaald.
C
In artikel II, onderdeel K, wordt, onder vernummering van onderdeel 5
tot onderdeel 6, een onderdeel ingevoegd, luidende:
5. In het achtste lid wordt "in het eerste lid" vervangen door: in het
eerste en tweede lid.
D
Na artikel II, onderdeel II, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
IIa
In artikel 166, eerste lid, wordt "die niet voldoet aan deze wet"
vervangen door: die niet voldoet aan hetgeen bij of krachtens deze wet
is bepaald.
E
In artikel X wordt "de artikelen I, onderdeel GG, II, onderdeel CC en
III" vervangen door: de artikelen I, onderdeel J, onder 5, GG, II,
onderdeel K, onder 5, CC en III.
Toelichting
Onderdelen A, C en E
Zowel in het eerste als in het tweede lid van artikel 66 van de
Pensioenwet en 78 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling
wordt het bedrag genoemd dat de afkoopgrens betreft voor kleine
pensioenaanspraken. In het achtste lid van de genoemde artikelen wordt
geregeld dat dit bedrag jaarlijks wordt herzien. In het achtste lid moet
dus naar het eerste en het tweede lid verwezen worden. Er wordt echter
alleen het eerste lid genoemd, het tweede lid wordt nu toegevoegd.
Omdat het bedrag genoemd in het tweede lid ook met ingang van 1
januari 2008 moet worden herzien wordt aan de wijziging
terugwerkende kracht gegeven.
Onderdelen B en D
In artikel 171 van de Pensioenwet en artikel 166 van de Wet verplichte
beroepspensioenregeling is geregeld dat De Nederlandsche Bank een
aanwijzing kan geven aan een pensioenuitvoerder indien deze niet
voldoet aan de wet. Het geven van een aanwijzing moet natuurlijk ook
mogelijk zijn als de pensioenuitvoerder niet aan voldoet aan hetgeen is
bepaald in de algemene maatregelen van bestuur die op de Pensioenwet
en de Wet verplichte beroepspensioenregeling zijn gebaseerd. Met de
voorgestelde wijziging wordt dit geregeld.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
(J.P.H. Donner)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid