Persbericht Wageningen Universiteit, nr 088, 21 november 2007
http://www.wur.nl/NL/nieuwsagenda/nieuws/Wageningen_Universiteit_benoemt_hoogleraar_Immuuninterventie.htm
Wageningen Universiteit benoemt hoogleraar Immuuninterventie
Wageningen Universiteit benoemt prof.dr. Virgil Schijns per 1 januari 2008 tot buitengewoon hoogleraar Immuuninterventie. Schijns gaat zich richten op het inzetten van het immuunsysteem door het rationeel ontwerpen van vaccins. Daarnaast concentreert hij zich op immuunstoffen die helpen tegen microbiële indringers of tegen niet-infectieuze ziektes die met immuunstoffen zijn te behandelen. De nieuwe leerstoel is ingebed bij de leerstoelgroep Celbiologie en Immunologie van de Animal Sciences Groep. De buitengewone leerstoel is ingesteld door Intervet.
Prof. Virgil Schijns gaat zich aan Wageningen Universiteit richten op het inzetten van het immuunsysteem door gerichte activering ervan en door het gebruik van effectieve therapeutische immuunstoffen. Centraal hierin staan veilige immuunmodulatoren bij het ontwerpen van vaccins. Deze stoffen, adjuvantia (van het Latijnse adjuvare = helpen), versterken, verlengen en verbeteren de werking van een vaccin tegen een infectieuze binnendringer maar ook van aankomende vaccins gericht op Alzheimer, rookverslaving of tumoren. De keus van een adjuvants komt vaak voort uit proeven met allerlei stoffen, zoals aluminiumzouten, zeepachtige stoffen of olie-emulsies, maar ook microbiële structuren. Met moderne inzichten uit genomics en proteomics en met moderne technologieën zoals micro-arrays, kunnen geschikte adjuvantia worden getraceerd.
Het immuunsysteem kan ook op hol slaan en zich tegen het eigen lichaam keren. Arthritis en multiple sclerose zijn voorbeelden van auto-immuunziekten, maar een verstoord immuunsysteem draagt ook bij aan steeds vaker voorkomende ziekten als astma en allergische aandoeningen. Prof. Schijns zal zich ook hierop richten met onderzoek naar stoffen die de immuunreactie remmen of in balans brengen.
Het afweersysteem van gezelschapsdieren en landbouwhuisdieren, maar ook dat van de mens, bestaat uit een aangeboren afweerreactie waarbij het lichaam snel algemeen voorkomende indringers, zoals bacteriën en virussen, te lijf gaat.
Daarnaast bestaat de afweer uit een specifiek immuunsysteem. Hierbij worden speciale cellen (T- en B-lymfocyten) ingezet die slechts één antigeen, zoals een eiwit of suikerfragment, op de binnendringer herkennen, maar zich kunnen vermenigvuldigen tot een leger van strijdmakkers die na enkele dagen de vijand massaal te lijf gaan. Omdat deze cellen en hun nakomelingen de indringer blijvend herkennen komen zij opnieuw en versneld in actie als later, zelfs na enkele jaren, blijkt dat de vreemdeling wederom is binnengedrongen. Dit speciale defensiemechanisme reageert op aangeven van het aangeboren afweersysteem.
Een beter begrip van de communicatie tussen beide systemen en meer inzicht in de relatie tussen moleculaire structuur van de immuunmodulator en functie maakt het mogelijk planmatig effectievere preventieve maatregelen te nemen (zoals vaccinatie) of therapeutische behandelingen met immunotherapie door te voeren.
V.E.J.C. (Virgil) Schijns (Heerlen, 1962) studeerde medische biologie aan de Universiteit Utrecht en promoveerde er in 1990 op een onderwerp over de antivirale activiteit van het immuuneiwit interferon. Als post-doc en wetenschappelijk medewerker was hij verbonden aan het Instituut voor Virologie van de UU, en stapte in 1997 over naar Intervet R&D. Vanaf 2002 is hij tevens hoogleraar aan de North Caroline State University in de Verenigde Staten.