Time : 16:26:12
Date : 20 November 2007
Sender Name: FEBEM-FEGE
Investeren in bodemsanering rendeert - Bodemcongres wijst op positieve kanten
Over bodemsanering wordt vaak louter als een 'probleem' gesproken.
Toch zijn er heel wat positieve kanten aan verbonden. Niet alleen
verdienen in Vlaanderen al vele duizenden mensen dagelijks hun brood
met activiteiten in de bodemsanering, het is ook een belangrijke
hefboom in de verdere ontwikkeling van ons land. Onderbenutte
oppervlakten worden terug gebruiksklaar gemaakt, stadskankers worden
opgeruimd, gevaren voor de volksgezondheid worden weggewerkt.
Vlaanderen heeft nood aan nieuwe bedrijfsterreinen, ruimte voor te
wonen, natuur- en landbouwgebieden... Alleen al in de provincie
Antwerpen liggen vandaag zo'n 250 hectaren bedrijfsterreinen onbenut
wegens een saneringsproblematiek. Maar vaak betekent een sanering
ook een hele opluchting voor een bedrijf als het na jaren
onzekerheid, ten gevolge van een bodemverontreiniging, eindelijk door
een goede sanering het probleem niet meer meezeult bij toekomstige
overnames of waarderingen. Recente evoluties in wetgeving kunnen
echter een achteruitstelling betekenen om op lange termijn tot een
duurzame oplossing te komen voor de bodemverontreiningen die in
Vlaanderen aanwezig zijn.
Vlaanderen mag dan inzake regelgeving een koploper zijn in de
bodemsanering in Europa, wanneer het neerkomt op de vertaling van
deze wetgeving naar praktische uitvoering dan blinkt deze regelgeving
niet uit in duidelijkheid. Dit heeft als gevolg dat de betrokken
decreten en uitvoeringsbesluiten nog te vaak worden gebruikt om niet
te moeten saneren. De sector vraagt dan ook een meer transparante en
eenvoudigere regelgeving met de focus op kwaliteitsvol onderzoek en
saneren én een meer efficiënte controle. De verschillende controle-
en inspectiediensten controleren nu zonder veel onderlinge
coördinatie altijd dezelfde bedrijven terwijl de echte illegale
grondcircuits te weinig worden aangepakt. Saneringen dienen ook
kwaliteitsvol te zijn. Als te veel wordt bespaard op de sanering en
er nog verontreiniging achterblijft, dan zou het probleem wel eens na
enkele jaren weer kunnen opduiken. Over heel wat verontreinigende
stoffen staat onze kennis ook nog maar in de kinderschoenen en kennen
we de effecten op de volksgezondheid nog onvoldoende. Ook onze
overheden moeten meer het voorbeeld geven. Nu merkt de sector dat het
vaak overheden zijn (lokaal, provinciaal, gewestelijk en federaal)
die proberen hun saneringsplicht te ontlopen ook al zijn zij
duidelijk de vervuiler. De bodemsaneringssector bestaat ook uit tal
van Vlaamse bedrijven met heel wat deskundigheid. Deze bedrijven
kunnen hun mannetje staan op de internationale markt en op die manier
extra toegevoegde waarde scheppen ten dienste van de verdere
economische ontwikkeling van Vlaanderen. Maar levensbelangrijk
daarbij is een goede thuismarkt. Ook al groeit deze thuismarkt, het
is met horten en stoten en zeker niet in die mate zoals het midden
jaren negentig werd vooropgesteld. De saneringssector heeft nood
een aan versnelling in de bodemsanering. Vlaanderen kiest nog te
weinig resoluut voor het onderzoeken en saneren van haar industrieel
passief.
Grondreinigers (verenigd in FEBEM), aannemers actief in de
bodemsanering (verenigd in OVB) en deskundigen (verenigd in VEB)
presenteren op 22 november hun visie op het bodemsaneringsbeleid en
laten daarbij ook heel wat ervaringsdeskundigen aan het woord.
Daarbij worden zowel financiële, juridische als gezondheidsaspecten
belicht. . De bodemsaneringssector is in Vlaanderen uitgegroeid tot
een volwaardige economische sector, waarin iets minder dan 5000
mensen actief zijn. Volgens een recente studie is bovendien gebleken
dat de totale omzet rond de 500 miljoen euro schommelt. De
grondreinigers in Vlaanderen verwerkten in 2006 zo'n 1 miljoen ton
grond (waarvan 600.000 ton via een biologisch proces, 350.000 ton
fysico-chemisch en 50.000 ton thermisch). Zo'n kleine 200 personen
waren hierin actief. Daarnaast werken zo'n 500 mensen vanuit de
aannemerij rechtstreeks in bodemsaneringen. . Daarnaast werken er
zo'n 500 personen bij de ongeveer 100 erkende
bodemsaneringsdeskundigen (voor het overgrote deel lid van VEB) en is
er een belangrijke onrechtstreekse tewerkstelling (machinebouw,
ingenieursbureaus, labo's, advocaten, boorfirma's ...). Ook bij de
overheid werken heel wat mensen al in dit beleidsdomein. Journalisten
zijn op 22/11 tussen 13u en 13u30 welkom in Technopolis
(Technologielaan, Mechelen) voor verdere tekst en uitleg vanwege de
organisatoren.
U kan uiteraard ook het congres mee volgen (start om
14u-www.bodemcongres.be).
Meer informatie:
Werner Annaert
Algemeen Directeur FEBEM
(0476/90.76.28);
Geert Ide
Voorzitter OVB
(0476/31.77.90);
Wouter Gevaerts
Voorzitter VEB
(0486/64.29.96)