LTO Noord
Meer melk produceren staat niet haaks op hogere opbrengstprijs
Schenk (LTO): zuivelsector moet kansen kunnen benutten
De prijs die de boer voor zijn melk krijgt, loopt op vanwege de
toenemende vraag op internationale zuivelmarkten. De vraag groeit
sneller dan het aanbod. Eindelijk gaat de melkprijs van de
rundveehouders naar zodanig niveau, dat ze weer een behoorlijk inkomen
kunnen verdienen. Is het dan wel zinnig om voor een grotere
melkproductie te pleiten, zoals LTO Nederland doet?
,,Hou de productie maar beperkt, dan is de kans elk geval groter op
een fatsoenlijke melkprijsâ, zeggen critici. Voorzitter Siem Jan
Schenk van de vakgroep LTO Rundveehouderij is zeer stellig in zijn
reactie: ,,Bepalend voor onze opstelling is wat in andere Europese
landen gebeurt en de mogelijkheden die we hier hebben om meer te
produceren en kansen te benutten op de wereldmarkt. Op dit moment
hebben we er als exporterend land juist alle belang bij om ons
productievolume te vergroten. Méér melk produceren staat niet haaks
op een hogere opbrengstprijs voor de boer.â
,,Driekwart van de mondiale melkproductie is nÃet aan quota gebonden.
De boeren zijn er vrij om zoveel te produceren als ze willen, al
krijgen de meeste van hen ook te maken met milieuregels die elders
eveneens stap voor stap strenger wordenâ, licht Schenk toe. Europa
heeft volgens hem als gevolg van bijna 25 jaar productiebeheersing
(quotering) behoorlijk ingeleverd op de wereldmarkt; in andere delen
van de wereld nam de productie wél toe. De Europese zuivel raakte
onder druk. De EU is op de wereldmarkt positie kwijtgeraakt en die
ontwikkeling gaat nog steeds door.
Onder nationaal melkquotum
Eigenlijk zijn juist Nederland en ook in Denemarken de landen, die
tegen beperkingen oplopen. Hij legt uit: ,,In de meeste EU-landen
hebben de boeren het melkquotum niet volgemolken. Maar liefst 21 van
de 27 EU-lidstaten zijn vorig jaar onder hun nationale melkquotum
gebleven.âDe gezamenlijke EU-lidstaten bleven in 2006 ongeveer 2
miljard liter onder het totale Europese quotum. Nederland, waar het
melkquotum meer knelt dan elders in Europa, heeft de zuivel in
hetzelfde jaar voor 900 miljoen liter aan melk en room geïmporteerd
uit landen waar melkquotum minder of niet beperkend is.
Alles bij elkaar opgeteld raakt de Nederlandse melkveehouderij steeds
meer op achterstand. ,,Dat is slecht voor jonge melkveehouders die een
bedrijf willen overnemen en opbouwenâ, concludeert Schenk. ,,Wij
willen wél meer produceren, maar mogen niet.â De vakgroepvoorzitter
verwijst naar Engeland waar de productie dit jaar zoân vier procent
achterblijft. ,,Ook grote lidstaten als Frankrijk en Spanje blijven
door uiteenlopende oorzaken opnieuw onder hun nationale melkquotum. De
groei elders ter wereld kunnen we niet benutten. Wie over zijn
melkquotum heen schiet, moet fors dokken door middel van de
superheffing. Die straf op overproductie staat haaks op het feit dat
in naburige lidstaten de productie achterblijft.â
,,Hoe langer we in de huidige ongewenste blijven doorgaan, hoe meer
averij we oplopen op internationale merktenâ, stelt ook Siebren
Reitsma, portefeuillehouder zuivel in de vakgroep. Op basis van
wereldwijde marktanalyses wordt er vanuit gegaan, dat de wereldmarkt
voorlopig jaarlijks met ongeveer 3 procent zal groeien. Dat komt
vooral door de sterk toenemende vraag in Aziatische landen als China
en India. Reitsma: ,,Die ruimte op de markt wordt nu door anderen
ingevuld. Onze positie wordt er dus niet sterker op, integendeel.
Daarom pleiten wij voor quotumverruiming. Ik ben blij dat
landbouwminister Gerda Verburg in Europa hetzelfde geluid laat horen.â
Twee procent
LTO Nederland maakt zich sterk voor een quotumverruiming van twee
procent in 2008 en drie procent in het jaar daarop. Op basis van
eerdere afspraken in Europa komt er nu jaarlijks een half procent bij.
Een quotumverruiming betekent niet dat de melkveehouders in Europa ook
zoveel meer gaan produceren. Per saldo zou dat misschien één procent
kunnen zijn, daar de meeste EU-lidstaten onder hun nationale quotum
blijven. Ter illustratie: op 1 april 2007 kwam er een half procent
melkquotum bij, maar de EU-productie is sindsdien ten opzicht van 2006
niet gestegen maar gedaald!
,,Melkveehouders doen het hier goed en dat is mede te danken aan de
gunstige natuurlijke omstandigheden in dit land. Dankzij ons
vakmanschap en ondernemerschap zijn er mogelijkheden voor expansie en
verdere ontwikkeling. Nieuwe kansen op exportmarkten moeten zien te
benutten. Het einde van de quotering komt in zicht. In 2015 wordt dat
hoofdstuk van de Europese zuivel afgesloten, daar ben ik van
overtuigdâ
Schenk benadrukt dat Nederland met een sterke zuivelsector een
exportland is. Nederland is na Nieuw Zeeland het meest afhankelijk van
export. Omgerekend ging in 2006 maar liefst 63 procent van onze melk
de grens over. En 22 procent van de melkplas kwam terecht in landen
buiten de EU.
Niet rouwig
De afbouw van het Europese systeem zal als het aan Schenk ligt stap
voor stap moeten verlopen. ,,Wij zijn voor de geleidelijk weg, zodat
de quota in 2015 als het ware zijn verdampt. Ik ben er niet rouwig om.
Er is geen land in Europa, dat zoveel nadeel heeft gehad van de
melkquotering dan Nederland.â De hoge kosten om melkquotum aan te
kopen is wel de belangrijkste. Die kosten vallen straks weg en daarmee
ontstaat nieuwe ruimte voor bedrijfsontwikkeling. Het huidige systeem
heeft ertoe geleid dat Nederlandse melkfabrieken vorig jaar op grote
schaal melk en room hebben geïmporteerd uit met name Duitsland en
België, waar het melkquotum goedkoper is dan hier.
Een discussie over behoud van het quotumsysteem is verspilde energie,
vindt Reitsma. Het speelt naar zijn mening andere landen buiten Europa
in de kaart, want die kunnen nagenoeg ongehinderd doorgaan met
uitbreiding van hun melkproductie. ,,Als zuivelsector mogen we niet
terechtkomen in een negatieve spiraal. We willen dat voorkomen en de
vakgroep heeft in deze duidelijk positie gekozen. Een krachtige sector
die vooruit wil, die ambities heeft, biedt jonge ondernemers het
meeste perspectief.â
Kansen benutten
Het pleidooi van Schenk en Reitsma luidt samengevat: houd scherp en in
de gaten wat er op markten gebeurt en probeer kansen te benutten.
,,Als we dan niet doen en afwachten, zullen andere landen uiteindelijk
de gaten opvullen. Want bij een opbrengstprijs van rond veertig cent
kan iedereen winstgevend melken.â
Ook als het EU-quotum niet wordt uitgebreid, zal de melkprijs naar hun
mening periodiek stijgen en dalen. De gemiddelde prijs zal wel hoger
liggen dan vroeger. Het is belangrijk dat melkveehouders dat beseffen
en er voor zorgen dat hun bedrijf er stevig en robuust voor staat. In
de wetenschap dat de melkprijs meer gaat fluctueren dan voorheen,
moeten bedrijven in staat zijn een jaar met slechte opbrengsten goed
door te komen.
Dinsdag 20 november 2007