Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2070805020
Vragen van de leden Schinkelshoek en Van de Camp (beiden CDA) aan de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de schrijfwijze van `Jood' in het Groene Boekje.
(Ingezonden 19 november 2007)
1
Bent u zich ervan bewust dat in het `Groene Boekje', de officiële spellingslijst van de
Nederlandse taal, onderscheid wordt gemaakt tussen de schrijfwijze van `Jood' (met een
hoofdletter) en `jood' (met een kleine letter)?
2
Realiseert u zich dat, ook door het ontbreken van een heldere, ondubbelzinnige toelichting,
niet duidelijk is wanneer de ene dan wel de andere schrijfwijze dient te worden gebruikt?
3
Ziet u kans het verschil tussen J of j uit te leggen? Ook aan leerlingen in welk onderwijs dan
ook? Wanneer moet de ene en wanneer de andere schrijfwijze worden gehanteerd? Welke
motivering ligt er aan ten grondslag?
4
Creëert het onderscheid tussen Jood en jood niet zo veel verwarring dat niets terecht komt van
de uitdrukkelijk bedoeling van de spellingherziening van 2005 om een einde te maken aan de
kleinerende bedoelingen om jood met een kleine letter te schrijven, een belediging die dateert
uit 1941?
5
Wilt u er, in overleg met uw Vlaamse ambtgenoot, via de Nederlandse Taalunie op
aandringen Jood, Jodin en Joods voortaan in alle gevallen met een hoofdletter te schrijven en
vast te laten leggen dat ook woorden als Jodenbuurt, Jodenster, Jodenhaat, Jodenvervolging
en Jodenmop met een hoofdletter dienen te worden geschreven?