European Union



Brussel, 19 november 2007

Vooruitgang, welvaart en welzijn

Hoe kunnen vooruitgang, welvaart en welzijn van een land worden gemeten? Dit is het onderwerp van een conferentie die op 19 en 20 november zal plaatsvinden en die door de Commissie is georganiseerd in samenwerking met het Europees Parlement, de OESO, de Club van Rome en het WWF. Doel van de conferentie is een beter inzicht te verkrijgen in de betekenis van de begrippen vooruitgang, welvaart en welzijn, uit te maken hoe deze factoren gemeten moeten worden en te onderstrepen dat het van belang is daarmee rekening te houden in het besluitvormingsproces. Deze conferentie, getiteld "Het BBP voorbij", zal op de eerste dag worden geopend door de voorzitter van de Commissie, de heer José Manuel Barroso en op de tweede dag door de voorzitter van het Europees Parlement, de heer Hans-Gert Pöttering.

Het BBP is niet langer een goede maatstaf van welzijn

Het bestrijden van het broeikaseffect, het behoud van de biodiversiteit, een efficiënt gebruik van de natuurlijke rijkdommen en sociale cohesie zijn vandaag de dag net zo belangrijk als economische groei. Het is evenwel zo dat het zeer ingewikkeld is deze zaken te kwantificeren en de meeste economische indicatoren die tegenwoordig worden gebruikt om het welzijn van een land te meten - zoals het BBP (bruto binnenlands product) - houden hiermee niet voldoende rekening.

De BBP-indicator, die werd ingevoerd na de grote depressie van de jaren '30 en de tweede wereldoorlog, was voor beleidsmakers een nuttige maatstaf om economische prestaties en activiteiten te meten. Maar de huidige economie en maatschappij verschillen aanzienlijk van die van het midden van de twintigste eeuw toen het begrip BBP werd ingevoerd.

Aangevoerd kan worden dat het BBP beleidsmakers heeft geholpen om een tweede grote depressie te voorkomen, dat het van nut was bij de wederopbouw na de oorlog en bij het handhaven van een nooit eerder gekende economische groei in de afgelopen 40 jaar. Maar alle facetten en noden van de huidige maatschappij komen in die indicator niet tot uiting. Achter een groeiend BBP kan namelijk een aanzienlijk verlies aan welvaart en welzijn schuilgaan. Als een land bijvoorbeeld al zijn bossen zou omhakken en zijn kinderen zou laten werken in plaats van naar school te sturen, zou dit goed zijn voor het BBP. Een orkaan die een grote ravage zou aanrichten en waarbij duizenden doden zouden vallen zou ook gunstig zijn voor het BBP vanwege de wederopbouw die daarna zou plaatsvinden.

Het BBP voorbij

Uit de ontwikkeling van het BBP blijkt dat de productie van 's werelds belangrijkste economieën vanaf de jaren '50 tot nu gestaag is gegroeid. Maar wanneer andere indicatoren worden gebruikt, blijkt dat de vooruitgang geen gelijke tred heeft gehouden met het BBP en dat er in sommige landen soms sprake is van een stagnatie van het economisch welzijn.

In de afgelopen twintig jaar zijn een aantal andere indicatoren ontwikkeld ter aanvulling van het BBP om de vooruitgang en de gezondheid van de economie te meten. In deze indicatoren zijn aspecten opgenomen die door het BBP niet worden gedekt, zoals de accumulatie van (natuurlijke, economische en sociale) rijkdom op lange termijn, de levensverwachting, de alfabetiseringsgraad, het onderwijsniveau en de schadelijke gevolgen van vervuiling en van de aantasting van hulpbronnen.

Enkele van deze indicatoren worden tegenwoordig gebruikt om de "werkelijke vooruitgang" te meten bij het vaststellen van streefcijfers en doelen. In maart 2001 was het Parlement van Wales het eerste regeringsorgaan ter wereld om dit te doen. Maar deze indicatoren zijn niet homogeen en worden slechts op beperkte schaal gebruikt.

De Europese Unie ontwikkelt momenteel een indicator om vooruitgang op het gebied van de milieubescherming te meten, waarbij ook gebruik wordt gemaakt van een geïntegreerde boekhouding en andere subindicatoren om de beleidsvorming te verbeteren. Naar verwachting zal een eerste versie in 2009 operationeel worden. Dit initiatief houdt verband met het "global project" dat op het wereldforum van Istanboel in juni 2007 door de OESO werd gelanceerd en waarmee de aandacht werd gevestigd op de behoefte aan internationale indicatoren om de vooruitgang van maatschappijen te meten. Een andere partner van de conferentie "het BBP voorbij" - het World Wildlife Fund for Nature (WWF) - heeft een indicator ontwikkeld waarmee de verarming van het leefmilieu kan worden gemeten.

De conferentie

De conferentie "het BBP voorbij" is het startpunt voor een politiek debat over de noodzaak rekening te houden met andere zaken dan die aan de hand waarvan het BBP wordt vastgesteld. Aan de conferentie, die in het gebouw van het Europees Parlement te Brussel zal worden gehouden, zullen ongeveer 600 mensen uit de economische en sociale wereld en de milieusector deelnemen. De sprekers zijn onder meer José Manuel Barroso (voorzitter van de Europese Commissie), Hans-Gert Pöttering (voorzitter van het Europees Parlement), HE Chief Emeka Anyaoku (voorzitter, WWF), Ashok Khosla (medevoorzitter, Club van Rome), en Pier Carlo Padoan (adjunct-secretaris-generaal, OESO). De conferentie zal in haar geheel live op de website van de conferentie worden uitgezonden

(http://www.beyond-gdp.eu) De persconferentie van 19 november om 12.30 uur en enkele zittingen zullen ook op sommige televisiezenders te zien zijn

(http://ec.europa.eu/avservices/ebs/schedule.cfm).