European Union



ECA/07/32

Luxemburg, 16 november 2007

Persbericht van de Europese Rekenkamer betreffende Speciaal verslag nr. 6/2007 over de doeltreffendheid van de technische bijstand in het kader van de capaciteitsontwikkeling

Technische bijstand is een middel dat bij vele ontwikkelingsprojecten en -programma's van allerlei soort wordt gebruikt en kan worden omschreven als "het contracteren van deskundigen voor het overdragen van know-how en vaardigheden en voor het oprichten en versterken van instellingen". De laatste jaren maakt men er steeds meer gebruik van ter ondersteuning van de capaciteitsontwikkeling van centrale en lokale overheidsdiensten in begunstigde landen, in sectoren als het beheer van de overheidsfinanciën, gezondheidszorg en onderwijs. Deze verlegging van de aandacht naar het functioneren van de overheidsdiensten vloeit voort uit het groeiende besef van donoren, waaronder de Europese Unie, dat een gebrek aan institutionele capaciteit een ernstige hinderpaal vormt voor duurzame ontwikkeling.

De controle van de Rekenkamer had tot doel na te gaan in hoeverre de Commissie ervoor zorgt dat de technische bijstand bijdraagt tot de ontwikkeling van de institutionele capaciteit in de begunstigde landen. Hiertoe beoordeelde de Rekenkamer hoe de Commissie capaciteitsontwikkeling en het gebruik van technische bijstand benadert en hoe zij het opzetten en uitvoeren van technische-bijstandsactiviteiten binnen projecten voor capaciteitsontwikkeling beheert.

Hoewel de opbouw van de institutionele capaciteit in het ontwikkelingsbeleid van de Europese Gemeenschap wordt onderkend als een essentieel instrument in de strijd tegen de armoede, heeft de Commissie in haar landenstrategiedocumenten geen uitvoerige beoordeling verricht van de zwakke punten in de institutionele capaciteit en heeft zij evenmin vastgesteld wat de prioritaire behoeften aan capaciteitsontwikkeling zijn binnen de bestuurs- en andere instellingen van de begunstigde regeringen. De Commissie beschikt ook niet over richtlijnen inzake de rol die de technische bijstand in deze context moet spelen.

De projectkeuze is doorgaans relevant, maar de opzet is vaak ongeschikt: de doelstellingen zijn al te ambitieus, de termijnen te krap, en de zwakke punten van de bestaande institutionele omgeving en de mate van lokaal 'ownership' van de projecten werden onvoldoende ingeschat.

De projectuitvoering wordt vaak gehinderd door een aantal problemen, zoals een lange voorbereidings- en startperiode, zodat de opzet van het project al achterhaald is tegen de tijd dat de uitvoering begint en de beschikbare uitvoeringstijd aanzienlijk wordt verkort. De werving van deskundigen voor technische bijstand geeft vaak nog meer vertraging omdat de geselecteerde deskundigen dikwijls niet beschikbaar zijn nadat de contracten zijn gegund. De bestaande procedures voor het plaatsen van opdrachten voor technische bijstand zijn niet bevorderlijk voor de deelname van openbare instanties, hoewel in zulke organisaties wellicht betere experts op bepaalde terreinen te vinden zijn. De donoren bieden de technische bijstand nog steeds hoofdzakelijk aan in afzonderlijke, ongecoördineerde projecten, en de uitvoeringsregelingen vormen geen stimulans voor lokaal 'ownership'.

Rapportage, toezicht en evaluatie betreffende de projecten zijn meestal toereikend. Er bestaat echter geen managementinformatiesysteem om de prestaties van de firma's of deskundigen voor technische bijstand te beoordelen en te registreren en aldus informatie te verstrekken wanneer besluiten moeten worden genomen inzake opdrachten voor technische bijstand.

Hoewel de projectresultaten zeer gevarieerd zijn, concludeert de Rekenkamer dat die resultaten en de bijdrage van de geleverde technische bijstand redelijk kunnen worden geacht gezien de vaak moeilijke omgeving waarin de projecten plaatsvinden. De kwaliteit van de geboden technische bijstand werd in het algemeen bevredigend bevonden, maar andere belangrijke factoren maakten de steunverlening minder doeltreffend. Ook al heeft de Commissie geen greep op sommige van die factoren, zij moet er beter op anticiperen.

Op grond van deze bevindingen doet de Rekenkamer gedetailleerde aanbevelingen die de Commissie zouden kunnen helpen om tot een meer doelgerichte en gestructureerde aanpak van de inzet van technische bijstand te komen, zodat de steun voor capaciteitsontwikkeling doeltreffender wordt.

In juli 2007 startte de Commissie een proces ter ontwikkeling van een strategie om te voldoen aan de doelstellingen inzake doeltreffendheid van de steun bij de eenheden voor technische samenwerking en projectuitvoering. Overleg met verscheidene bevoegde Commissiediensten, EU-lidstaten en partnerlanden is een essentieel element van deze strategie.

Met deze strategie wordt in feite de ontwikkeling van een gestructureerde aanpak op basis van breed overleg beoogd, zoals voorgesteld door de Rekenkamer. Er wordt gewerkt aan vele van de in dit verslag behandelde thema's en er zal rekening worden gehouden met de aanbevelingen van de Rekenkamer om een doeltreffende ondersteuning van de capaciteitsontwikkeling te verzekeren, overeenkomstig de EU-doelstellingen op dit gebied.

Speciaal verslag nr. 6/2007:

http://www.eca.europa.eu/audit_reports/special_reports/docs/2007/rs06_ 07nl.pdf
Europese Rekenkamer
Communicatie en verslagen - Voorlichtingsdienst 12, rue Alcide De Gasperi - L - 1615 Luxemburg Tel.: (+352) 4398 45224 - Fax: (+352) 4398 46233 - GSM (+352) 621 55 22 24
e-mail: press@eca.europa.eu
---

Dit persbericht wil slechts een samenvatting geven. Het door de Rekenkamer vastgestelde speciaal verslag, vergezeld van het antwoord van de Commissie, is beschikbaar op haar internetsite (http://www.eca.europa.eu) en zal binnenkort in het Publicatieblad van de Europese Unie, serie C, verschijnen.