Vervoer gevaarlijke stoffen Brabantroute veiliger
15-11-2007
De ministeries van Verkeer en Waterstaat en VROM trekken ruim 6
miljoen euro uit om gevaarlijke stoffen veiliger over de
Brabantroute, de spoorroute via Breda en Eindhoven naar Venlo, te
vervoeren. De ministeries willen seinen langs het spoor verbeteren om
te voorkomen dat treinen door rood licht rijden en de voorzieningen
voor brandweer en andere hulpverleners aanpassen.
Dit hebben ministers Eurlings en Cramer op 14 november besloten in
overleg met bestuurders uit Noord-Brabant, Limburg en Zuid-Holland. De
ministeries willen verder afspraken maken met bedrijven die
gevaarlijke stoffen laten vervoeren. Ze willen dat treinen zo geladen
worden dat de kans op een ontploffing na een ongeluk nog kleiner
wordt.
Ook willen de bewindslieden dat bedrijven de Brabantroute, die door
een aantal grote steden leidt, zoveel mogelijk vermijden en
gebruikmaken van de Betuweroute. Shell is in principe bereid een
aanzienlijk aantal lpg-transporten over de Betuweroute naar Duitsland
te laten rijden. Deze maatregelen worden in 2008 genomen.
Basisnet
Voor de lange termijn werken de ministeries aan het zogenoemde
Basisnet Spoor, waarin wordt vastgelegd langs welke routes gevaarlijke
stoffen mogen worden vervoerd. De Brabantroute wordt daarin zoveel
mogelijk ontlast. Blijven er daarna te grote risico's dan kunnen op
bepaalde plekken extra maatregelen worden overwogen, bijvoorbeeld
treinen langzamer laten rijden of tijdsvensters instellen. Onderzocht
wordt of aanpassingen aan het spoor, zoals spoorbogen, op langere
termijn mogelijk zijn.
De afspraken zijn gemaakt in de taskforce Brabantroute. Daarin zitten
bestuurders uit Noord-Brabant, Limburg en Zuid-Holland. De taskforce
is in het leven geroepen na een bijna botsing tussen een personentrein
en een goederentrein bij Tilburg in juli van dit jaar. De taakgroep
bespreekt de gemaakte afspraken in het voorjaar 2008.
Meer informatie
* Dossier Externe veiligheid
* Volledige persbericht op website ministerie van Verkeer en
Waterstaat
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer