Senaat gekant tegen overgangsrecht voorwaardelijke invrijheidstelling
woensdag 14 november 2007
De Eerste Kamer is het eens met het voorstel van de regering om de
regeling voor vervroegde invrijheidsstelling van gedetineerden te
vervangen door een voorwaardelijke invrijheidsstelling (30.513). Maar
bij de plenaire behandeling van het voorstel dinsdag 13 november 2007
verzette vrijwel de gehele senaat zich tegen het ook onder de nieuwe
regeling laten vallen van mensen die al zijn veroordeeld. Deze
terugwerkende kracht is in strijd met het strafrecht, oordeelde een
groot deel van de senaat onder aanvoering van CDA-senator Franken en
SP-senator Kox. Zij beriepen zich o.a. op een advies van de Raad van
State op dit punt.
Schorsing
Namens vrijwel de gehele Eerste Kamer vroeg CDA'er Franken om
schorsing van de beraadslagingen. Hij nodigde minister Hirsch Ballin
(CDA, Justitie) uit in een brief dit onderdeel van het wetsvoorstel
nader toe te lichten. De minister zegde de brief toe, maar drong wel
aan op spoed bij de verdere behandeling omdat o.a. de Reclassering de
tijd moet hebben om zich op de hernieuwde voorwaardelijke
invrijheidsstelling voor te bereiden. Met name de Reclassering zal
toezicht moeten houden op de naleving van de aan de
invrijheidsstelling te verbinden voorwaarden.
Overtuigd
Namens de VVD-fractie liet mevrouw Broekers-Knol weten dat uitstel
voor de VVD niet had gehoeven. De minister had in zijn antwoord de
VVD-fractie ervan overtuigd dat het voorgestelde overgangsrecht door
de beugel kan. Volgens mevrouw Broekers had het stelsel van
voorwaardelijke invrijheidsstelling een eeuw zijn waarde bewezen. Zij
hekelde het onherroepelijke karakter van de vervroegde
invrijheidsstelling. In de regel kan een gedetineerde vrij komen als
hij/zij tweederde van de opgelegde gevangenisstraf heeft uitgezeten.
Aan de invrijheidsstelling worden dan geen voorwaarden verbonden.
Nippertje
Senator Holdijk, die sprak namens SGP en CU, herinnerde er net als
andere sprekers aan dat ruim 20 jaar geleden in 1986 de toen bestaande
voorwaardelijke invrijheidsstelling 'op het nippertje' was vervangen
door de vervroegde invrijheidstelling zonder voorwaarden. Destijds nam
de Eerste Kamer het voorstel met 31 stemmen voor en 30 tegen aan.
Eigenlijk zouden de stemmen hebben gestaakt en zou het wetsvoorstel
zijn verworpen als een potentiële tegenstemmer de stemming niet had
gemist vanwege een uitgelopen radio-interview.
Toezegging
Franken namens de CDA-fractie en mevrouw Tan namens de PvdA-fractie
ventileerden twijfels over de capaciteit van de Reclassering om
voldoende toezicht te leveren op mensen die voorwaardelijk vrij zijn.
Het is de bedoeling dat het nieuwe regiem op 1 juli 2008 ingaat.
Minister Hirsch Ballin zegde de CDA-fractie toe dat na een jaar wordt
nagegaan of de regeling naar tevredenheid werkt. Mevrouw Tan kreeg de
geruststelling dat er met 23,8 miljoen euro extra voldoende geld is om
het toezicht adequaat te organiseren.
Rechten van de Mens
Mevrouw Böhler, die sprak namens GroenLinks en de Partij voor de
Dieren, verzette zich ook tegen het overgangsrecht. Net als Franken
wees zij erop dat herinvoering van de voorwaardelijke
invrijheidsstelling een vorm van strafverzwaring is waar het Europees
Verdrag voor de Rechten van de Mens zich tegen zou verzetten.
Tijdelijk instrument
De voorwaardelijke invrijheidsstelling zou ook eventueel tijdelijk als
instrument gebruikt kunnen worden als er gebrek is aan celruimte.
Minister Hirsch Ballin zegde de Eerste Kamer na indringende vragen van
CDA-senator Franken toe dat als van deze mogelijkheid al gebruik zou
worden gemaakt, dit van te voren aan beide Kamers van de
Staten-Generaal zou worden aangekondigd, zodat er eerst een
parlementair debat over dit voornemen zou kunnen komen.
Cellentekort
In antwoord op een vraag van mevrouw Broekers deelde de minister van
Justitie mee dat sinds 2004 niet meer van de mogelijkheid gebruikt is
gemaakt om gevangenen vervroegd in vrijheid te stellen vanwege
cellentekort.
Eerste Kamer der Staten Generaal