hoog niveau
Gezondheidszorg in Nederland op hoog niveau
Nieuwsbericht, 13 november 2007
Lege wachtkamer met voorbijlopende vrouw.
De kwaliteit van de gezondheidszorg is de afgelopen jaren verbeterd in
de OESO landen, maar de zorg voor chronische zieken kan nog beter. Dat
blijkt uit een internationale vergelijking van gezondheidszorgstelsels
en de gezondheid van de bevolking.
De OESO heeft deze vergelijking opgesteld voor 30 landen.
Ook meer aandacht voor het voorkomen van ziekten kan de
gezondheidszorg verder verbeteren. De stijgende kosten in de
gezondheidszorg zorgen ervoor dat de behoefte aan inzicht in de
kwaliteit van de geleverde zorg en het benutten van de kans ziekte te
voorkomen, alleen maar verder toeneemt.
Indicatoren
Hoewel het vaststellen van de kwaliteit van de geleverde zorg soms nog
moeilijk is, is er de laatste jaren veel gebeurd op dat gebied. Bij de
OESO ontwikkelt de Health Care Quality Indicator werkgroep, onder
leiding van professor Niek Klazinga, internationaal vergelijkbare
indicatoren. Klazinga is uitgeleend door het ministerie van VWS aan de
OESO.
De kwaliteitsindicatoren, die dit jaar voor het eerst opgenomen zijn
in de publicatie Health at a Glance , laten zien dat verbeteringen in
diagnosestelling en behandelingen in de OESO-landen ertoe hebben
geleid dat slechts 10 procent van de mensen die na een hartaanval zijn
opgenomen in een ziekenhuis (Nederland: 8.4 procent), daaraan binnen
30 dagen overlijdt. In 1980 overleed gemiddeld nog 20 procent van de
mensen die na een hartaanval in het ziekenhuis waren opgenomen.
Chronische aandoeningen
Ondanks deze verbeteringen blijft de behandeling en preventie van
chronische aandoeningen een grote uitdaging voor de OESO-landen. Voor
het groeiend aantal mensen met astma en diabetes is de zorg nog vaak
suboptimaal. Gemiddeld 6 op de 100.000 volwassenen belanden jaarlijks
in het ziekenhuis als gevolg van astma. De verschillen tussen de
OESO-landen zijn groot. In Finland en Amerika worden jaarlijks meer
dan 12 op de 100.000 volwassenen als gevolg van astma opgenomen in het
ziekenhuis in Nederland en Mexico is dat minder dan 3 op de 100.000.
Preventie
Ook kan de gezondheid in de OESO-landen worden verbeterd door meer
aandacht te besteden aan het voorkomen van ziekten. Preventie kan een
effectief middel zijn bij het bestrijden van overgewicht of vetzucht.
Hoewel Nederland hierbij geen koploper is, is het aantal mensen met
overgewicht of vetzucht in korte tijd bijna verdubbeld van 6 procent
in 1990 naar 11 procent in 2005. Deze stijging is reden voor
bezorgdheid, gezien het verhoogde risico voor gezondheidsproblemen.
Kosten
Mede door de vergrijzing en medisch-technologische ontwikkelingen zijn
de kosten voor gezondheidszorg in de meeste OESO-landen de afgelopen
jaren sterk gestegen. In 2005 werd gemiddeld 9 procent van het BBP aan
zorg uitgegeven. De VS staat bovenaan met een percentage van 15,3
procent. Nederland bezet met 9.2 procent de twaalfde plaats. Opvallend
is verder dat in Nederland slechts 8 procent van de totale
zorguitgaven wordt betaald door eigen betalingen. De gemiddelde eigen
betalingen in de OESO landen bedragen 20 procent; zou dit gemiddelde
voor Nederland gelden, dan zou ruim 10 miljard euro uit de portemonnee
van de burgers komen voor zorggebruik. Terwijl de eigen betalingen in
de meeste landen toenemen, dalen deze - door de omzetting van de
no-claim in het eigen risico - in ons land.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport