Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over salarisafdrachten aan
politieke partijen
13 november 2007
Antwoorden op kamervragen van de leden Rehwinkel (PvdA), de Vries
(PvdA), Hermans (VVD), Schaap (VVD), Schuurman (ChristenUnie), Holdijk
(SGP) en Engels (D66) over salarisafdrachten aan politieke partijen.
Vraag 1
Is het waar dat u rechtstreekse salarisafdrachten aan politieke
partijen wilt verbieden en eventuele de wet hiertoe wilt wijzigen,
omdat naar uw mening sprake is van het `gebruik van overheidsgeld voor
een ander doel dan waarvoor het is bestemd'?
Antwoord 1
Politieke ambtsdragers ontvangen vergoedingen en bezoldigingen voor
hun werkzaamheden. Voor dit doel worden de overheidsmiddelen
beschikbaar gesteld. Politieke ambtsdragers moeten volledig
onafhankelijk kunnen functioneren en dienen vrijelijk te kunnen
beschikken over de vergoedingen en bezoldigingen waarop zij wettelijk
aanspraak hebben. De overheid moet niet gehouden zijn de bezoldiging
direct aan de politieke partij te betalen. Voor politieke partijen is
er de Wet subsidiering politieke partijen die beoogt op uitputtende
wijze de overheidssubsidie te regelen. Door de directe afdrachten
wordt er materieel in een extra subsidie voorzien. Dit is gebruik van
overheidsmiddelen voor een ander doel dan waarvoor het is bestemd. De
subsidiering van politieke partijen en het vergoedingenstelsel van
politieke ambtsdragers zijn twee wettelijke regimes die doelbewust
onafhankelijk naast elkaar bestaan.
Vraag 2
Is momenteel, via de ondertekening van een zgn. akte van cessie,
sprake van de rechtstreekse storting van schadeloosstelling van leden
van de Staten-Generaal aan politieke partijen, waarna de partijen deze
(gedeeltelijk) overmaken aan de betreffende kamerleden?
Antwoord 2
De betaling van de schadeloosstelling van leden van de Staten-Generaal
geschiedt door de loonadministraties van de beide Kamers. Naar ik heb
begrepen is er daarbij ook sprake van betalingen direct aan de partij
op basis van aktes van cessie.
Vraag 3
Zo ja, hoe verhoudt die zich tot het beginsel van het vrije mandaat,
waarbij volksvertegenwoordigers (ook) financieel niet afhankelijk van
politieke partijen zijn.
Antwoord 3
Zoals ik bij antwoord 1 reeds heb aangegeven moeten
volksvertegenwoordigers volledig onafhankelijk kunnen functioneren en
niet afhankelijk zijn van een politieke partij voor hun inkomen.
Vraag 4
Bent u - met verschillende staatsrechtgeleerden en politicologen - van
mening dat dergelijke aktes van cessie nietig zijn vanwege strijd met
de Grondwet of anderszins onwenselijk, omdat de zgn. zuiveringseed
wordt geschonden.
Antwoord 4
Deze opvattingen zijn mij bekend. Men kan de stelling innemen dat de
cessies op genoemde gronden niet afdwingbaar zijn. Het is echter aan
de rechter om daarover te oordelen. Het waarborgen van de
onafhankelijkheid van volksvertegenwoordigers en andere politieke
ambtsdragers is voor mij echter ook een belangrijke overweging om te
bezien hoe wettelijk geregeld kan worden dat overheden uitsluitend aan
de ambtsdragers in persoon betalen.
Vraag 5
Heeft de afdracht van salarissen aan politieke partijen fiscale
gevolgen, die u ongewenst acht.
Antwoord 5
Nee. De overheden betalen, ook indien zij aan de partij overmaken, de
bezoldigingen en vergoedingen netto uit. Dat betekent dat er afdracht
van loonbelasting geschiedt. Ondanks het feit dat aan de partij wordt
betaald, wordt de vergoeding wel aangemerkt als persoonlijk inkomen
van de betrokken politieke ambtsdrager. De overheden zijn dus ook
verplicht de verschuldigde loonbelasting in te houden. De
afdrachtenregeling biedt de politieke ambtsdragers een mogelijkheid
van giftenaftrek. Zij kunnen de afdrachten bij hun belastingaangifte
binnen de fiscale kaders als gift aftrekken. Dit met een maximum van
10% van hun inkomen. De minister van Financiën heeft mij laten weten
dat er geen strijd is met de belastingregels.
Vraag 6
Is u bekend dat de burgemeester van Maastricht en commissaris van de
Koningin van Utrecht geweigerd hebben om cessieovereenkomsten aan te
gaan?
Antwoord 6
Het is mij bekend dat er gemeenten en provincies zijn die geen gehoor
willen geven aan de aktes van cessie tot betaling aan de politieke
partij. Gelet op mijn opvattingen over de onwenselijkheid van directe
betaling aan de politieke partij heb ik uiteraard begrip voor
overheden die geen gehoor willen geven aan de cessies.
Vraag 7
Bent u bereid om rechtstreekse storting van schadeloosstelling of
vergoeding van leden van de Staten-Generaal aan politieke partijen
onmiddellijk stop te (doen) zetten, zodat in Eerste noch Tweede Kamer
het beginsel van het vrije mandaat ter discussie kan staan.
Antwoord 7
Zoals aangegeven wil ik bezien hoe wettelijk geregeld kan worden dat
in de toekomst overheden uitsluitend aan de ambtsdragers in persoon
betalen. Het is daarnaast aan de beide Kamers der Staten-Generaal om
te besluiten of zij in de huidige situatie gehoor willen blijven geven
aan de cessieovereenkomsten waar het Kamerleden betreft.
Naar boven
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties