Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over inwendige insulinepompjes (2070803210)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
CZ-K-U-2808841
12 november 2007
Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Van
Gerven (SP) over inwendige insulinepompjes (2070803210).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het artikel waarin wordt gesteld dat de
intraperitoneale insulinepomp mogelijk niet meer wordt vergoed? 1)
Antwoord 1
Indien bij bepaalde indicaties de intraperitoneale insulinepomp valt
onder het basispakket dan dient de vergoeding van de kosten adequaat
te zijn geregeld.
Vraag 2
Is het waar dat intraperitoneale insuline pompen thans onder bepaalde
voorwaarden als verzekerde zorg dienen te worden aangemerkt voor
diabetespatiënten waarbij andere behandelingsvormen niet kunnen worden
toegepast of onvoldoende effectief zijn?
Antwoord 2
Ja. Het CvZ heeft het standpunt ingenomen, dat behandeling van
diabetes door middel van implanteerbare insulinepomp (IIP) tot de te
verzekeren prestatie "geneeskundige zorg" kan worden gerekend, indien
verzekerden daarop zijn aangewezen door de omstandigheid dat er voor
hen geen andere mogelijkheid is om met behulp van subcutane
insulinetoediening diabetes mellitus adequaat te behandelen. Daaronder
vallen bijvoorbeeld zeldzame vormen van insuline resistentie bij
subcutane toediening en huidreacties op subcutane insulinetoediening
waardoor subcutane toediening niet meer mogelijk is.
Vraag 3
Wat vindt u van het standpunt van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)
dat geen aparte Diagnose Behandelings Combinatie (DBC) voor deze
behandeling hoeft te worden ontwikkeld, waardoor het nog jaren kan
duren voordat een adequate financiering is geregeld? 2)
Antwoord 3
Uit de mailwisseling, die u onder 2) aan uw vragen heeft toegevoegd,
mag geen formeel standpunt van NZa worden afgeleid. Nu helder is, dat
het om verzekerde zorg gaat, wordt via de geëigende procedures gekeken
naar de inpassing van de IIP in de DBC systematiek.
Veldpartijen, in dit geval de Isalaklinieken, zouden dit proces kunnen
stimuleren door te verzoeken voor deze specifieke zorgvorm DBC's te
ontwikkelen. Mij is niet bekend dat een daartoe strekkend verzoek is
ingediend. Een dergelijk proces kent een doorlooptijd maar dat is
zeker geen jaren.
Vraag 4
Is dit niet in strijd met uw antwoord op eerdere Kamervragen waarin u
aangeeft dat, als de inwendige insulinepomp deel uitmaakt van het
basispakket, dan de gebruikelijke procedure dient te worden gevolgd om
te komen tot bekostiging van de behandeling? 3) Zo neen, waarom niet?
Zo ja, wilt u dan ervoor zorg dragen dat de NZa zo snel mogelijk een
adequate financiering realiseert?
Antwoord 4
Nee, omdat de gebruikelijke procedure kan worden gevolgd. Zie ook mijn
antwoord op vraag 3.
1) Medisch Contact 19 oktober 2007
2) Correspondentie tussen College Voor Zorgverzekeringen (CVZ) en NZa,
21 september 2007
3) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2006-2007, nr. 1637