Werkgeversvereniging AWVN
Grensarbeiders en WIA-aanspraak
Datum: 08 november 2007
Werknemers die in Nederland wonen maar in Duitsland werken en voor
langere duur ziek worden, kunnen in een aantal gevallen voor een
bepaalde duur maar beperkte aanspraak maken op een
invaliditeitsuitkering. Oorzaak hiervan is dat Duitsland en Nederland
verschillende ingangsdata en berekeningswijze van de
invaliditeitsuitkering hanteren. De Commissie grensarbeiders is door
minister Donner gevraagd hierover te adviseren over een
oplossingsrichting.
Op basis van de Europese coördinatieverordening nr. 1408/71 is
vastgelegd dat iemand die in Nederland woont en in Duitsland werkt,
verzekerd is ingevolge de Duitse invaliditeitswetgeving en niet
ingevolge de Wet WIA. Deze Verordening kent ook regels voor de
toekenning en de berekening van uitkeringen. De regels voor het
berekenen van de arbeidsongeschiktheidsuitkering van een werknemer die
in meer dan één land verzekerd is geweest, luiden dat elk land waar de
betrokkene verzekerd is geweest een arbeidsongeschiktheidsuitkering
toekent waarvan de hoogte evenredig is aan de verzekeringsduur in het
desbetreffende land ten opzichte van de totale verzekeringsduur in
alle EU-landen. Dit is een zogenoemde pro-rata uitkering. De pro-rata
uitkering wordt toegekend met toepassing van het nationale recht van
de betrokken lidstaten. Een grensarbeider met een Nederlands
arbeidsverleden die in Nederland woont en in Duitsland werkt en die
ziek wordt, heeft derhalve recht op Duits ziekengeld gedurende 78
weken. Na 78 weken ziekengeld heeft deze persoon recht op een Duitse
pro-rata invaliditeitsuitkering, waarvan de hoogte afhankelijk is van
de duur van de Duitse verzekering. De Nederlandse pro-rata
WIA-uitkering wordt echter pas toegekend na 104 weken.
Hierdoor is het mogelijk dat een in Duitsland werkende grensarbeider
in de periode tussen de 78e en 104e week van zijn
arbeidsongeschiktheid maar een beperkte Duitse pro rata Duitse
uitkering ontvangt. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid kan wel
aanspraak worden gemaakt op de Toeslagenwet of bij volledige
werkloosheid kan de wachttermijn van 104 weken worden teruggebracht.
Dit leidt echter niet tot eenzelfde aanspraak vergelijkbaar met een
werknemer die niet grensarbeider is.
Inmiddels zijn over deze lacune Kamervragen gesteld. Minister Donner
heeft hiervoor verwezen naar de Commissie grensarbeiders. Deze
Commissie zal - naast andere problematiek - de minster adviseren over
oplossingsrichtingen voor knelpunten bij verschillende regelgeving bij
ziekte en arbeidsongeschiktheid.