Gemeente Lansingerland


Gemeente, politie en instellingen gaan nauw samenwerken Convenant Gosa

Bij een groeiend aantal jongeren - en op steeds jeugdiger leeftijd - komen problemen voor met opvoeding en opgroeien. Een artikel hierover uit de Heraut.

Convenanten ondertekend

Lansingerland -Woensdag 31 oktober 2007 werden de convenanten ondertekend waarin de afspraken zijn vastgelegd over de samenwerking tussen alle bij het Gemeentelijk Overleg Sluitende Aanpak (GOSA) betrokken instellingen. Het GOSA, al actief sinds begin 2006, beoogt de vroegtijdige en gecoördineerde aanpak van meervoudige problemen - bijvoorbeeld drugsgebruik gecombineerd met crimineel gedrag - bij zowel jongeren als volwassenen. Daarvoor worden twee teams gevormd. Het Coördinatieteam Sluitende Aanpak Jeugd (CSAJ) voor jongeren van 0 tot 23 jaar en het Coördinatieteam Sluitende Aanpak Volwassenen (CSAV). De gemeente voert de regie op activiteiten in het kader van het GOSA. In een gesprek met deze krant gaven wethouder Naushad Boedhoe (PvdA), voorpostfunctionaris van bureau Jeugdzorg Ben Eijkelhof, GOSA-regisseur van de gemeente, Leonique van Tol en beleidsadviseur Werk, Inkomen en Zorg, Euridice Cruden een uiteenzetting over doel en opzet van het GOSA.

Door Gerrit Kool

Bij een groeiend aantal jongeren - en op steeds jeugdiger leeftijd - komen problemen voor met opvoeding en opgroeien. Die kunnen het gevolg zijn van slechte gezinsomstandigheden, financiële- of huisvestingsproblemen, gezondheidstoestand, problemen op school, op het werk of met de politie. Niet alleen werden die problemen soms pas laat gesignaleerd, ook wisten kinderen en hun ouders niet altijd waar ze ermee terecht konden. Waardoor er geen toereikende hulp kwam of de situatie verslechterde. Het GOSA moet een tijdige, adequate ingreep in probleemsituaties mogelijk maken. Door preventie of hulpverlening, desnoods ongevraagd als ouders of jeugdigen niet willen meewerken. Anders gezegd: bemoeizorg.

Bij meervoudige problematiek

De gemeente heeft met GOSA een sluitstuk op de bestaande netwerken voor de leeftijdsgroepen 0-4, 4-12 en 12-23 ontwikkeld waarin de betrokken instellingen regelmatig bij elkaar komen om probleemsituaties te bespreken. Als zij geen goede oplossing kunnen vinden omdat de zaak erg ingewikkeld ligt kunnen zij het GOSA inschakelen.

Ben Eijkelhof: `Binnen die netwerken gaat het gewoonlijk om zaken met een relatief eenvoudige problematiek die door die partners bestreken kan worden. Komt het naar GOSA, dan gaat het om gevallen waarin een meervoudige problematiek speelt, bijvoorbeeld opvoedproblemen in combinatie met grote financiële problemen of huiselijk geweld '.

Wethouder Boedhoe: `Vroeger had iedere instelling haar verantwoordelijkheid. Daar waar het echt noodzakelijk was vond afstemming plaats, soms een beetje ad hoc. Met GOSA krijg je met name een versterking van de horizontale samenwerking'.

Voor volwassenen is er een vergelijkbaar traject opgezet. Dat richt zich op inwoners van de gemeente in de leeftijdsgroep 24+ met een meervoudige problematiek op het gebied van gezin, huisvesting, gezondheid, werk, vrije tijd, financiën of politie/justitie.

Coördinatieteams

Vaste partners in het GOSA zijn de gemeente, de voorpostfunctionaris van Bureau Jeugdzorg en de jeugdcoördinator van de Politie. Zij vertegenwoordigen de elementen preventie, hulpverlening en justitiële aanpak en zijn de vaste deelnemers in de coördinatieteams. Hun aantal is beperkt gehouden, zeker ook met het oog op de privacy.

Voor het Coördinatieteam Sluitende Aanpak Jeugd (CSAJ) zijn de netwerkpartners voor 0- tot 4-jarigen de consultatiebureaus, kinderopvang, peuterspeelzalen en de Stichting Vroeghulp. In de leeftijdscategorie 4 tot 12 zijn het de GGD, de Interne Begeleider Basisonderwijs, de Stichting Kwadraad, de Schoolbegeleidingsdienst en het schoolmaatschappelijk werk. In het netwerk voor de oudste leeftijdsgroep nemen zorgcoördinator, leerlingbegeleider, schoolmaatschappelijk werk, schoolarts of jeugdverpleegkundige, orthopedagoog en schooladministratie deel.

De voorpostfunctionaris is aanwezig bij alle netwerken en vormt zo de verbinding naar het GOSA.

In samenwerking met andere jeugdinstellingen zorgen gemeente, de voorpostfunctionaris van bureau Jeugdzorg en de jeugdcoördinator van de Politie ervoor dat gecompliceerde problemen van kinderen of jongeren worden besproken en waar nodig een hulpverleningstraject wordt opgestart.

CSA Volwassenen sluit aan op de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en komt in de plaats van het OGGZ Platform. Er nemen meer maatschappelijke organisaties in deel, waardoor het inhoudelijk breder is geworden. Het heeft als vaste kern de gemeente, de Regiopolitie, de Stichting Kwadraad, GGZ Delfland, 3B Wonen, De Brijder Verslavingszorg en de Stichting MEE. En ook Jeugdzorg wordt een vaste partner voor het CSAV, aldus Euridice Cruden. Daarnaast kunnen Vluchtelingenwerk 3B, Zorg Compas en Vierstroomzorgring deelnemen.

Ook hier is de doelstelling om door een gerichte aanpak escalatie van problemen te voorkomen.

De gemeente kan als regisseur zorgen voor een verbinding tussen de coördinatieteams wanneer er zaken zijn die met elkaar verband houden, bijvoorbeeld bij kinderen in gezinnen waar ook huiselijk geweld voorkomt.

Privacygevoelig

Met de samenwerkende partners zijn afspraken gemaakt over de uitwisseling van gegevens. Daarbij wordt rekening gehouden met de Wet Bescherming Persoonsgegevens, de Wet Politieregisters en andere regelgeving waaraan partners gebonden zijn.

Leonique van Tol: `We hebben een document opgesteld waarin is vastgelegd hoe er met privacygevoelige gegevens wordt omgegaan. Als een geval bij het GOSA wordt aangemeld worden de ouders of betrokkenen daarvan schriftelijk op de hoogte gesteld'. Eijkelhof: `En in de onderliggende netwerken werken we met getekende toestemmingsverklaringen. Als ouders zeggen dat ze het niet willen gebeurt het niet en kan een zaak alleen anoniem besproken worden'.

De gedeelde informatie wordt beheerd door de gemeente. Daarvoor is een speciaal registratiesysteem opgezet dat alleen voor een kleine groep geautoriseerden toegankelijk is. Boedhoe: `Je zit hier in het spanningsveld tussen privacygevoeligheid en de noodzaak van adequate hulpverlening. Soms zal het belang van de privacy enigszins moeten wijken'.

Als een gezin waarin zich meervoudige problematiek voordoet vanuit de regio naar Lansingerland verhuist kunnen gegevens van instanties in de gemeente van herkomst onder dezelfde waarborgen worden uitgewisseld.

Politiedeelname

De politie vertegenwoordigt het repressieve element in het GOSA. Bij de politie speelt zowel de repressieve taak als die van vroegsignalering en doorverwijzing een rol. Op grond van de Wet op de Politieregisters mogen geen antecedenten uit de politieadministratie aan GOSA worden verstrekt. `Maar', aldus jeugdcoördinator Monique Janssen, `we kunnen wel een signaal afgeven als er op grond van wat bij ons bekend is reden tot ernstige zorg bestaat'.

Een jongere die alleen wegens crimineel gedrag met de politie in aanraking komt zal binnen dat circuit blijven tenzij de jeugdcoördinator zorgsignalen onderkent. Die kunnen bijvoorbeeld naar voren komen uit verhoren, via buurtagenten of door alertering via de politie-informatiesystemen. In die gevallen kan het GOSA erbij betrokken worden.

Meldpunt

De gemeente is bezig met het inrichten van een meldpunt waar signalen met betrekking tot probleemsituaties kunnen binnenkomen. Die worden dan door de gemeente binnen de netwerken afgestemd en doorgeleid naar de deelnemende instellingen. Bij het meldpunt kan iedereen, ouders, buurtbewoner, wijkagent of instelling, terecht die een zorgnoodzaak wil signaleren. Natuurlijk, aldus wethouder Boedhoe, wordt met meldingen zeer zorgvuldig omgegaan: `meld het als je iets merkt en laat de vervolgstappen aan de professionals over. Het is beter dat iets gemeld wordt dan dat zorg achterwege blijft'.

Convenanten

De tussen alle deelnemers gemaakte afspraken zijn nu vastgelegd in convenanten. De samenwerking wordt daardoor minder vrijblijvend. Met name de ermee gemoeide uitwisseling van privacygevoelige gegevens wordt in die convenanten omgeven met alle waarborgen die de Wet Bescherming Persoonsgegevens eist. Ook markeert de ondertekening naar buiten toe het bestaan van de zorgstructuur die door het GOSA wordt gevormd. Mensen komen daardoor op de hoogte van hoe het werkt. Boedhoe: `We hebben de plicht tot informatie, als de mensen weten hoe het werkt en dat er een meldpunt is wordt de toegankelijkheid van deze zorgstructuur verbeterd'.

Fotobijschrift

Ben Eijkelhof (l), voorpostfunctionaris van bureau Jeugdzorg, en wethouder Naushad Boedhoe lichten het initiatief toe. Foto: Trees Borkus-Henskens.

© De Heraut, november 2007.

Zie ook: Samenwerking bij hulpverlening aan jeugdigen en volwassenen Lansingerland