ProRail
Persbericht
09-11-2007
Verdere groei railgoederenvervoer zeker gesteld: ProRail, Keyrail en BRG
sluiten meerjarige overeenkomsten
De Nederlandse railtransportbedrijven, verenigd in de BRG, hebben
recentelijk een cruciale overeenkomst gesloten met zowel Keyrail
(exploitant van de Betuweroute) als ProRail (de beheerder van het
overige Nederlandse spoorwegnet). Deze overeenkomsten voorzien in een
aantal tarief- en prestatieafspraken voor de periode 2008 t/m 2011.
Zowel de railtransporteurs als ProRail en Keyrail kunnen zich goed
vinden in de bereikte akkoorden. Hiermee wordt voor een langere
periode stabiliteit binnen de railsector bereikt. Railvervoerders
worden de komende jaren niet meer geconfronteerd met verrassingen ten
aanzien van de kosten voor gebruik van het spoor, terwijl Prorail en
Keyrail voor diezelfde periode gegarandeerde en jaarlijks stijgende
inkomsten uit de gebruikersvergoeding tegemoet kunnen zien.
Deze stabiliteit is van groot belang voor de verdere
groeimogelijkheden van rail binnen de transportsector. En daarmee voor
de distributiemogelijkheden van de Nederlandse industrie en havens.
Met de groei van het goederenvervoer per spoor zal het gebruik van de
Betuweroute fors toenemen, terwijl door gerichte maatregelen aan het
bestaande net ook daar op de belangrijkste goederenroutes het
treinverkeer efficiënt kan worden verwerkt.
Het goederenvervoer per spoor groeit al sinds 1995 met 6 à 7% per
jaar. Om dit groeiende volume per spoor te kunnen verwerken is niet
alleen een gezonde railsector nodig, maar ook voldoende capaciteit op
een aantal belangrijke spoorroutes. De railsector gaat ervan uit een
substantiële bijdrage te kunnen leveren aan Nederland als
distributieland en daarmee aan de Nederlandse economie.
De tarieven zijn gedifferentieerd samengesteld en omvatten
verschillende opslag- en kortingsregelingen. De tarieven voor
Betuweroute en bestaande net liggen dicht bij elkaar. Voor de
Betuweroute geldt een tarief van â¬1,41, voor het gemengde net gelden
meerder prijsstijgingspercentages variërend van 6 tot 25 procent.
Door deze variabele percentages wordt de gewichtsdifferentiatie
gefaseerd ingevoerd. Gemiddeld blijven ze daarmee binnen de eerder
aanbevolen marges van 10-20%. Voor het bestaande net zal bovendien een
gewichtscomponent gaan gelden (zware treinen worden daar duurder dan
lichte).
De vervoerders gaan annuleringskosten betalen wanneer zij geboekte
âslotsâ op het spoor niet gebruiken of wijzigen. Maar er zullen ook
tariefsreducties gaan gelden wanneer de beheerders van de
infrastructuur niet de gegarandeerde kwaliteit kunnen bieden. Daarmee
wordt bereikt dat zowel vervoerders als beheerders beter gaan
presteren en de gebruiksefficiëntie van de railinfrastructuur
toeneemt.