Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4

2513 AA Den Haag

Contactpersoon Doorkiesnummer

Datum Bijlage(n)
8 november 2007 1 Ons kenmerk Uw kenmerk VENW/DGW-2007/1539 - Onderwerp
Evaluatie Derde Kustnota

Geachte voorzitter,

Hierbij informeer ik u over de evaluatie van de Derde Kustnota. Deze nota uit 2000 beschrijft het beleid van het ministerie van Verkeer en Waterstaat voor de veiligheid van de Nederlandse kust en de relaties met het gebruik van het kustgebied. De evaluatie is aangekondigd in de Rijksbegroting VenW 2007.

De ministeries van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Economische Zaken en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, en ook provincies, gemeenten en waterschappen zoals vertegenwoordigd in het Landelijk Bestuurlijk Overleg Hoogwaterbescherming zijn betrokken geweest bij de evaluatie.

Uit de evaluatie blijkt dat het beleid van de derde Kustnota grotendeels succesvol is geweest. Het eerste hoofddoel van de nota, de Duurzame bescherming van laag Nederland, is in de beschouwde periode gerealiseerd. Dit is toe te schrijven aan het gevoerde beleid van het dynamisch handhaven van de basiskustlijn (BKL). Het evaluatierapport meldt vervolgens dat het tweede hoofddoel van de nota, Ruimtegebruik van de kust in harmonie met duurzame bescherming van laag Nederland, vanuit ruimtelijke ordening onvoldoende concreet is ingevuld en onvoldoende beleidsinstrumenten heeft om adequate doorwerking mogelijk te maken. De evaluatie concludeert dat de nota een goede en belangrijke aanzet vormt voor het kustbeleid maar ook dat adequate vervolgstappen noodzakelijk zijn.

Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171 Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895

bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

VENW/DGW-2007/1539

Ik zie de evaluatie als een ondersteuning voor inmiddels in gang gezet beleid en als een nuttige bouwsteen voor vervolgacties. Daarbij wil ik ingaan op de volgende drie onderwerpen.

Verheldering van rollen en verantwoordelijkheden en het huidige rijksbeleid De evaluatie constateert voor het ruimtegebruik van de kust onduidelijkheden over het huidige rijksbeleid en over de verdeling van rollen en verantwoordelijkheden tussen de verschillende overheden. Mede daarom wordt het tweede hoofddoel van de derde kustnota niet gehaald. Met de Beleidslijn kust die u onlangs heeft ontvangen (ref. DGW/WG2007/1160) heeft het kabinet reeds invulling gegeven aan verbeter- punten voor de korte termijn uit deze evaluatie: de verheldering van bestuurlijke rolverdeling van het huidige rijksbeleid voor de kust en een vereenvoudiging van het rijksbeleid voor jaarrond strandpaviljoens. De beleidslijn bevestigt het huidige beleid voor de beheersing van risico's in buitendijks gebied. Voor het bepalen van het beschermingsniveau van bestaand bebouwd buitendijkse gebied in 13 kustplaatsen loopt een specifieke uitwerkingsactie.

Integrale visie op de ontwikkeling van de kustzone De evaluatie constateert een behoefte aan een integrale visie van het rijk op integraal beleid en beheer van de kustzone, in de vorm van een robuuste visie op de duurzame ontwikkeling van de kustzone. Ik onderschrijf de noodzaak voor integraal kustzone- beleid. Daarbij verwijs ik ook naar de brief aan u van de toenmalige staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, mede namens de ministers van LNV en VROM en de staatssecretaris van EZ, met de rapportage aan de Europese Commissie over de implementatie van de Europese Aanbeveling voor Integraal Kustzonebeheer in Nederland d.d. 7 februari 2006 (Tweede Kamerstuk 27 625, nr. 61). Het kabinet heeft in haar beleidsprogramma aangekondigd dat er een integrale langetermijnvisie komt voor een klimaatbestendige ontwikkeling van de kustzone. Op 7 september 2007 heeft het kabinet ingestemd met de instelling van de Deltacommissie, die mij in 2008 gaat adviseren over de toekomst van de kust op de lange termijn met het oog op verwachte klimaatverandering. De uitkomst van dat traject zal in de vorm van nationaal beleid voor de kust zijn beslag krijgen in het eerste nationale Waterplan.

Beleid voor beheer en onderhoud van de kust
Het huidige beleid is gericht op het voorkomen van ongewenste afslag van de kust door middel van het dynamisch handhaven van de basiskustlijn (BKL) en op het mee laten groeien van het kustfundament met de zeespiegelstijging door de zandvoorraad in de kust op peil te houden. Zo wordt een bijdrage geleverd aan de veiligheid van het achterland. VenW gebruikt hiervoor het jaarlijkse suppletieprogramma dat onder andere in overleg met de mede-overheden in de kust tot stand komt. Naast het succes van de BKL blijkt uit de evaluatie dat de afwegingen die ten grondslag liggen aan het jaarlijkse suppletieprogramma beter uitlegbaar moeten worden. In het huidige uitvoeringskader liften reeds andere belangen mee op het belang van de veiligheid.
---

VENW/DGW-2007/1539

Uit de evaluatie komt naar voren dat provincies, gemeenten en private partijen graag zien dat er expliciet voor andere functies gesuppleerd gaat worden, zoals voor strandrecreatie.

Naar aanleiding van de evaluatie zal VenW het uitvoeringskader, in overleg met betrokken partijen, herzien. Bij een herziening van de grondslag voor het onderhoud van de kust zullen ook mogelijkheden voor (mede)financiering door andere partijen dan het ministerie van Verkeer en Waterstaat aan de orde komen. Bestaande toezeggingen over het handhaven van buitendijkse beschermingsniveau voor 13 kustplaatsen en over de zwakke schakels zullen blijven bestaan.

De herziening van het beleid voor beheer en onderhoud van de kust zal opgenomen worden in het eerste nationale Waterplan. VenW zal hierbij in een vroeg stadium andere belanghebbenden betrekken, zoals bijvoorbeeld de deelnemende organisaties in de Provinciale Overleggen voor de Kust (POK's).

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa


---