Het hof âs-Hertogenbosch wijst 10 van de 11 zaken terug naar de
rechtbank en handhaaft voorlopige hechtenis
's-Hertogenbosch, 8 november 2007 - Op 8 november 2007 heeft het
gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in de elf zaken waarin
de rechtbank 's-Hertogenbosch eindvonnis heeft gewezen in een
samenstelling waaraan een niet benoemde noch beëdigde rechter deelnam.
Het hof heeft vastgesteld dat de niet benoemde noch beëdigde rechter
niet bevoegd was om rechterlijke werkzaamheden te verrichten. Daarom
is er sprake van een fundamenteel gebrek in de samenstelling van het
gerecht dat de vonnissen wees. Door dit gebrek was niet gegarandeerd
dat de rechter onafhankelijk en onpartijdig was.
Het hof is van oordeel dat die vonnissen niettemin rechterlijke
beslissingen zijn. De vonnissen behouden hun rechtskracht totdat zij
door een hogere rechter zijn vernietigd. Het is niet zo dat zij als
niet-bestaand moeten worden beschouwd. Als gevolg van het gebrek in de
vonnissen moeten zij wel vernietigd worden. Dat heeft het hof dan ook
gedaan.
In tien van de elf zaken heeft de advocaat-generaal en/of de
verdediging verzocht de zaak terug te wijzen naar de rechtbank om de
zaak opnieuw te berechten. Het hof heeft aldus beslist. In één zaak
hebben de advocaat-generaal en de verdediging een dergelijk verzoek
niet gedaan. Deze zaak zal op een later tijdstip door het gerechtshof
inhoudelijk worden behandeld.
In vier van de elf zaken bevond de verdachte zich in voorlopige
hechtenis. Het hof heeft geoordeeld dat uit de systematiek van de wet
valt af te leiden dat de voorlopige hechtenis, ondanks het gebrek in
het vonnis, blijft voortduren gedurende een termijn van 30 dagen na de
uitspraak van het hof. De verdachten blijven dus voorlopig in
voorarrest.
LJ Nummer
BB7403
Bron: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum actualiteit: 8 november 2007 Naar boven
Gerechtelijke organisatie