Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
CZ/TSZ-2798951
6 november 2007
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft een
brief ontvangen van de heer Rieb aangaande het behandelprotocol bij
een beroerte. U heeft mij verzocht hierop te reageren.
Het is in algemene zin ongebruikelijk dat het departement zich uitlaat
over de afhandeling van individuele klachtenprocedures. Op grond van
de informatie die ik hierover van de Inspectie voor de Gezondheidszorg
(IGZ) en - op mijn verzoek - van het betrokken ziekenhuis ontvangen
heb en die ik u ter kennisneming toezend, kan ik u hierover echter het
volgende berichten.
De heer Rieb heeft naar aanleiding van zijn behandeling een klacht
ingediend bij de regionale klachtencommissie huisartsenzorg en deze in
afschrift gestuurd naar de IGZ. Volgend op een gesprek met de
klachtencommissie heeft de heer Rieb deze klacht weer ingetrokken. Na
een oriënterend onderzoek door de IGZ, heeft deze geconcludeerd dat
"de zorg, die in de gegeven omstandigheid is verleend, niet (meer) ter
discussie staat."
Ik beschouw de kwestie daarmee als afgedaan.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink