Amnesty International

Nederland

Persconferentie Amnesty International en de Sichting Japanse Ereschulden met troostmeisjes uit Zuid-Korea, de Filippijnen en Nederland

29-10-2007 Op vrijdagochtend 2 november 2007 vanaf 10.30 uur, organiseren Amnesty International en de Stichting Japanse Ereschulden in Nieuwspoort in Den Haag een persconferentie met de voormalige troostmeisjes Won-Ok Gil (Zuid-Korea, 80 jaar), Menen Medina-Castillo (Filippijnen, 78 jaar) en Ellen van der Ploeg( Nederland, 84 jaar).

De drie vrouwen maken een tour door Europa en doen naast Den Haag ook Brussel, Berlijn en Londen aan. De vrouwen vertellen hun verschrikkelijke verhaal en willen dat regeringen en parlementen in Europa de volgende eisen overnemen:

* een volledige en publieke spuitbetuiging van de Japanse regering en het Japanse Parlement voor de gedwongen militaire prostitutie voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog;

* een volledige schadeloosstelling door Japan;
* een accurate weergave in de Japanse geschiedenisboekjes over de Japanse agressie en misdaden.

Na de persconferentie zullen de vrouwen deelnemen aan een manifestatie op het Plein te Den Haag. Daar zal om 12.00 uur een petitie met bovengenoemde eisen overhandigd worden aan VVD Tweede Kamerlid Hans van Baalen. De Tweede Kamer wordt gevraagd bij de begrotingsbehandeling Buitenlandse Zaken een motie aan te nemen met de eisen van de troostmeisjes.

Achtergrond
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn ongeveer 200.000 meisjes en vrouwen uit onder andere Zuid-Korea, Taiwan, China, Birma en de Filippijnen systematisch geronseld, bruut verkracht en misbruikt als sexslavinnen door de Japanse Keizerlijke strijdkrachten. Daarnaast werden ongeveer 300 Nederlandse vrouwen uit de kampen in Nederlands-Indië gehaald en eveneens gedwongen zich te prostitueren in militaire bordelen.
Tot op de dag van vandaag onkent Japan elke vorm van verantwoordelijkheid voor deze grootschalige, geïnstitutionaliseerde vorm van sexslavernij.
De gedwongen prostitutie in de zogenaamde comfort stations is ongekend wreed geweest en heeft geleid tot gedwongen abortussen, vernederingen en verminkingen. Veel van de meisjes en vrouwen zijn overleden door ziekte, honger en uitputting.De meisjes en vrouwen die het wel overleefd hebben waren vaak outcast in hun eigen land. Ze konden vaak geen kinderen meer krijgen en leefden in armoede. Door de diepe schaamte en de traumas van wat hen is overkomen, droegen zij hun leed lang in stilte.