Senternovem


02-11-2007 | Duurzaamheid in stroomversnelling

Er is een fundamentele omslag nodig om het energievraagstuk op te lossen. Die omslag wordt EnergieTransitie genoemd. Er zijn zeven thema's vastgesteld. Voor elk thema is een platform opgericht: Duurzame mobiliteit, Groene grondstoffen, Ketenefficiency, Nieuw gas, Duurzame elektriciteitsvoorziening, Kas als energiebron en Gebouwde omgeving. Het uitgangspunt van EnergieTransitie is Nederland voorzien van schone, betaalbare en betrouwbare energievoorziening in 2050. Het Platform EnergieTransitie Gebouwde Omgeving (PeGO) doet dit door markt en draagvlak te creëren voor energiebesparing, te blijven innoveren en te zorgen voor flexibele regelgeving. En dat alles in een stroomversnelling.

In het platform zitten vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, overheid, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. Door de integrale samewerking ontstaan nieuwe coalities en netwerken die echte oplossingen vinden. Voor het platform Gebouwde Omgeving zijn drie transitiepaden vastgesteld: Bestaande Bouw, Innovatie en Regelgeving. Elk transitiepad beschikt over een eigen werkgroep die voorstellen verder uitwerkt. "Inmiddels zijn we in het stadium van denken naar doen. Het plan `Meer met Minder' is daar een bewijs van," vertelt Peter Schuthof van SenterNovem en secretaris van PeGO.

Het doel van `Meer met Minder' is een besparing van 100 PJ per jaar aan energie in de bestaande bouw in 2020 (woningbouw en utiliteitsbouw). Het plan is ontstaan door een intensieve samenwerking tussen de werkgroep Bestaande Bouw van PeGO EnergieNed, Uneto-VNI en Aedes. `Meer met Minder' is inmiddels opgenomen in het werkprogramma Schoon en Zuinig van minister Jacqueline Cramer. Volgens Schuthof is de toegevoegde waarde van EnergieTransitie dat de samenwerking tussen alle partijen een structurele aanpak op nationaal niveau oplevert en hierdoor ontstaat een breed draagvlak. In plaats van ad hoc maatregelen en lokale projecten, ontstaat er ook echt een markt voor energiebesparing. Dan is het voor marktpartijen lonend om op die markt in te spelen."

Als voorbeeld noemt Schuthof installateurs. Bij het realiseren van de doelen uit `Meer met Minder' spelen zij een belangrijke rol. Als eigenaar-bewoners en huurders de energieprestatie van hun huis willen verbeteren, zullen vaak installateurs ingeschakeld worden. Om te zorgen dat er dan de juiste energiebesparende maatregelen worden genomen, moeten die installateurs opgeleid worden. "Omdat het programma `Meer met Minder' zich richt op het creëren van een structurele markt voor de komende dertien jaar is het lonend installateurs daarvoor op te leiden."

Omdat de vraagkant van de gebouwde omgeving (eigenaren en beheerders van gebouwen) uiteindelijk de doelstelling van minimaal 30% energiebesparing per gebouw moet realiseren, is in PeGO juist de vraagkant goed vertegenwoordigd. Zo hebben de directeuren van onder andere Vereniging Eigen Huis en de Vereniging Nederlandse Woonbond zitting in het platform. Maar ook de aanbodkant heeft een stem in de plannen van PeGO, door vertegenwoordiging van Bouwend Nederland, BAM Vastgoed en TNO Bouw en ondergrond. Het zijn partijen die bereid zijn over de schutting te kijken en een bijdrage te leveren aan duurzame energievoorziening in Nederland en een grote achterban hebben, waardoor plannen breed worden gedragen. Daarbij is het ook zeker van belang dat de platformleden voldoende invloed hebben veranderingen tot stand te brengen.

Bestaande Bouw
De werkgroep Bestaande Bouw heeft samen met EnergieNed, Uneto-VNI en Aedes `Meer met Minder' uitgewerkt. Dit plan is inmiddels met vele partijen besproken en de uitvoering wordt realistisch en mogelijk geacht indien alle partijen, inclusief de overheid hieraan bijdragen. De komende maanden worden de afspraken verder uitgewerkt. Daarnaast wordt een implementatieplan in detail uitgewerkt met alle betrokken partijen. Naar verwachting zal nog in 2007 een aantal pilot-projecten starten. De volledige start vindt plaats in 2008.

Innovatie
De Innovatiewerkgroep richt zich op het bevorderen van energiezuinige nieuwbouw en renovatie in zowel de woningbouw als de utiliteitsbouw. "In de werkgroep gaan we er van uit dat wat vandaag innovatief is, morgen gangbaar is", vertelt Schuthof. "Je moet dus blijven innoveren om de doelstellingen op langere termijn te realiseren." De Innovatiewerkgroep stelt dat in de bouwketen een structuur ontbreekt die innovatie op een praktische manier ondersteunt en stimuleert. Reden hiervoor is het grotendeels incidentele karakter van een bouwopgave en de discontinuïteit in de samenstelling van bouwteams. De innovatiewerkgroep wil vanuit een centrale bundeling van kennis een zelflerende en continu innoverende keten op gang brengen. Daar zijn zogenaamde transitiecoalities voor nodig bestaande uit onder meer gemeentes, woningcorporaties, projectontwikkelaars, architecten, adviesbureaus, leveranciers en bewonersgroepen etc. Deze transitiecoalities moeten samenwerken aan de implementatie van nieuwe en verbeterde technieken. De komende jaren wil de werkgroep samen met de partijen meerdere, commercieel interessante systeemconcepten in de nieuwbouw en bestaande bouw ontwikkelen en op de markt brengen. In drie opeenvolgende cycli worden projecten gerealiseerd met een oplopend ambitieniveau van 45%, 60% en 80% CO2-reductie.

Regelgeving
De werkgroep regelgeving spant zich in om rijksregelgeving aan te passen, daar waar die de realisatie van energiebesparing in de weg staat. Ook richt de werkgroep zich op het ontwikkelen van flankerend beleid van de overheid om energiebesparing te versnellen. Het gaat daarbij om verbeteringen die de regelgeving flexibeler maken en zowel het aanbod van als de vraag naar besparingsoplossingen bevorderen. De voorstellen van de werkgroep regelgeving staan in dienst van de werkgroepen bestaande bouw en innovatie. De werkgroep heeft de afgelopen tijd onder andere een voorstel uitgewerkt om naast energie ook de kwaliteit van het binnenmilieu mee te nemen. Ook is een voorstel uitgewerkt om het verbeteren van de energieprestatie van bestaande woningen te stimuleren door de koppeling van de energieprestatie aan de overdrachtsbelasting.

Meer informatie over PeGO en de werkgroepen Gebouwde Omgeving, Innovatie en Regelgeving vindt u via EnergieTransitieGO.