CDA Rotterdam
01-11-2007
CDA Centrum: Stadsbrede visie op welzijn moet gericht zijn op de uitvoering
van de WMO in de stad
Voorzitter, het CDA is ingenomen met een stadsbrede visie op de
invoering van de WMO.
Het meerjarenplan (mjp) geeft aan dat het college van Rotterdam ernst
maakt met de eigen verantwoordelijkheden op het welzijnsbeleid die
door het Rijk zijn overgedragen. Het CDA is daar blij mee.
Decentralisatie waar dat kan is nodig. Het welzijnsdebat over de
invulling van dat beleid moet in de stad en in de deelgemeenten
gevoerd kunnen worden. Die decentralisatie is dus een mooie erfenis
van Balkenende III
Die decentralisatie betekent dat wij als Centrum meer
verantwoordelijkheid krijgen en volwassen politiek kunnen bedrijven
wat voor u als portefeuillehouder een uitdaging is en voor ons als
raadsleden verlangt dat wij mee meedenken over de invulling van het
beleid op grond van wat we denken dat nodig is voor onze bevolking en
daar ook de bevolking en de organisaties bij betrekken. Participatie
is kenmerk van de WMO.
Het mjp markeert de eerste stappen op weg naar de invulling van de
WMO. Het geeft een complex beleidskader weer dat bestaat uit het
Sociaal Programma, het opstellen van de Wapsen, de uitvoering van de
stedelijke programma's, de ontwikkeling van de deelgemeentelijke
aanpakken van de WMO en het programma het welzijnswerk te
professionaliseren. Daarmee stelt zich wel een probleem. Ambtelijk kan
dit allemaal wel goed doordacht zijn maar ik wil als politiek
verantwoordelijke toch wel enig overzicht behouden om de juiste keuzes
te kunnen maken. Het CDA maakt zich zorgen over de veelheid van
beleidsinitiatieven. De politiek moet leiding geven.
De CDA fractie wil op het vlak van welzijn een transparant
beleidskader dat qua inrichting en uitvoering liefst voor alle
deelgemeenten eenzelfde vorm krijgt.
Organisatie van welzijn in het Centrum
Wij hebben zelf in het Centrum een mooi beleids- en
uitvoeringsprogramma, waarin veel creativiteit is gaan zitten (de
Kadernota welzijn), maar ik den dat het verstandig om welzijn in
mjp-programma's, jaarlijkse uitvoeringsprogramma's en wapsen gestalte
te geven.
Qua inrichting mogen die best uniform zijn. Zo kan de stad goed nagaan
wat deelgemeenten doen en wij zien wat de stad doet. Afstemming is er
bij gebaat dat we de klok gelijk zetten. Het lijkt aanbevelingswaardig
om hier in deelgemeentelijk overleg aandacht aan besteden. Zo ja wilt
u deze suggestie dan meenemen in uw concept-advies?
Dat wij meer te zeggen krijgen op welzijnvlak betekent dat wij ook
moeten nadenken over de aansturing, de organisatie en de
verantwoording van het gevoerde beleid.
De aansturing maken wij kenbaar door een duidelijke vernieuwing van
ons instrumentarium: het subsiedieverbetertraject en de
aanbestedingsprocedure. Het CDA steunt dat beleid en vind ook dat het
DB zich assertief en vernieuwend opstelt.
Qua organisatie van beleid hebben wij nog geen goed beeld over wie wat
doe en hoe dat wordt afgestemd. Het is de ambitie van het CDA om dat
wel helder te krijgen. Wij hebben hier meerdere malen in de Raad over
gesproken. Het CDA is er voorstander van dat de Centrumraad werkt met
hoofdaannemers, en - op specifieke onderdelen weer kleinere aannemers
- om overzicht te kunnen houden. Zo kan je het werk beter in hand
houden als politiek bestuur en er voor zorgdragen dat er regie en
afstemming is. Deels is dit praktijk.
Qua verantwoording zullen we nog moeten nadenken. Het CDA vindt dat
het DB zich met haar beleid moet verantwoorden naar burgers en
instellingen. Hoe kan dat vorm krijgen? Het liefst in dialoog
natuurlijk. Via bijeenkomsten in de Centrumwijken en ook op het niveau
van Centrum als geheel. Daarin kunnen we uitleggen aan welke doelen is
gewerkt en wat is bereikt en hoe we er sociaal voorstaan.
Dat brengt mij verder op de vraag of wij als Centrumraad toegerust
zijn op onze taakstelling. U werkt met een team van 4. Is dat
voldoende om de implementatie te doen en het beheer/onderhoud van de
WMO? Wat is uw mening daarover. CDA is voor decentralisatie maar wel
als daar de bestuurslag voor is toegerust.
Inhoud van het mjp
Het CDA is het er mee eens dat instellingen en diensten zicht meer op
wensen en behoefte van burgers moeten richten. Kennis- en
competentieontwikkeling vergt dat. Terecht noemt het mjp-plan dat
instellingen veel meer bij het beleid kunnen worden betrokken, ook als
het gaat om de strategie, niet alleen uitvoering zoals de vraagwijzer.
Wat nodig is, is inhoudelijk leiderschap, visie bij het
welzijnsmanagement zodat vernieuwing vormkrijgt. Tegelijkertijd mag
van de stad worden verwacht dat zij het proces gaat managen en
faciliteren om tot professionalisering te komen anders is dat een
wassen neus. Kunt u aangeven wat er gebeurt op dit vlak?
Wat verder aansprak, is dat geconstateerd wordt dat er een verbinding
nodig is tussen het fysiek en het sociale in wijken. Hoe staan wij er
voor in het Centrum als het gaat om de combinatie van welzijn, wonen
en zorg? Naar de mening van het CDA moet hierove voor elke wijk een
visie komen. Het Oude Westen is test case. Daarna Centrum ,
Stadsdriehoek en SVK. Wij moeten ook mee ademen op deze ontwikkeling.
De idee van een basisinfrastructuur voor welzijn spreekt het CDA aan.
Het is goed als we een minimum aan sociale kwaliteit benoemen en
daarnaar toe werken. Wat te doen als dat minimum niet gehaald wordt?
Welke bestuurlijk interventies zijn dan noodzakelijk? Zowel vanuit
deelgemeente als vanuit de stad. Hoe staan we ervoor als centrum?
Het Centrum loopt voorop als het gaat om de verbetering van de
welzijnssector. Eerder wees ik op het subsidieverbetertraject en de
aanbesteding. Deelt u die opvatting?
Over de versterking van de samenwerking is het mjp vrijblijvend. Om op
langere termijn te komen tot vergroting van de focus op samenhang is
het wenselijk dat de deelgemeenten en de stad hun activiteiten op het
gebied van wonen, welzijn en zorg ordenen volgens de prestatievelden
van de WMO.
Wat is de state of de art in het centrum als het gaat om
woonzorgzonering en kindvriendelijke wijken. Cool is meen ik
aangewezen als kindvriendelijke wijk. Wat houdt dat in? Is dit fysieke
infrastructuur of betreft het ook het sociaal - cultureel klimaat in
een wijk?
Keten bemoeizorg is iets dat het CDA ontzettend belangrijk vindt. Wij
moeten de mensen in een marginale positie opvangen en integreren. Niet
uitkotsen. Daarin vind het CDA dat het Centrum een aandeel moet
leveren in de opvang.
Centrum is onderdeel van die keten als het gaat om het aantal
opvanglocaties. Het CDA wil dat de deelgemeente Centrum op
volwassenniveau kan meepraten als het gaat om maatschappelijke opvang
en particuliere opvang. De gang van zaken rond de opvang van
ex-gedetineerden in het Blaakse Bos is het CDA een doorn in het oog.
De juridische basis om als gemeente te interveniëren is maginaal. Mw.
Kriens had nauwelijks een positie om te interveniëren en kan dus ook
niet verantwoordelijk gehouden worden voor de gang van zaken. Het is
hier het particulier initiatief dat verantwoordelijkheid draagt. St
Exodus. Dat kan goed gaan, zoals in het SVKe, maar waar om zou je in
je ketenbenadering het particulier initiatoef. niet inweven? Waarom is
dit taboe? Het CDA wil `afvoerputjes' als `s - Gravendijkwal te
voorkomen. Het is niet goed als we de keten beperken tot voorzieningen
die alleen door de overheid worden bekostigd.
Het innovatiefonds. Het CDA is m.n. geïnteresseerd in het beheer ervan
kan het werken als een aanjager van innovatie in de welzijnssector
breed of gaat het om zeg maar om 10 pilots. Dat laatste heeft zijn
waarde maar is niet substantieel
Christof Wielemaker