Nederlands Instituut voor Ecologie

Persbericht, 30 oktober 2007

Wortelknagers verstoren bovengrondse voedselketen

HETEREN (Gld.) / WAGENINGEN - Als een insect aan de wortels van een plant knabbelt, dan gaat de plantenverdediging 'aan'. Dat blijkt bovengronds de groei en het gedrag van planteneters te beïnvloeden. En dat niet alleen: ook van hun natuurlijke vijanden en de vijanden van hun vijanden! Roxina Soler Gamborena van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) ontdekte dat dit sneeuwbaleffect zelfs afstraalde op buurplanten. Ze promoveert vandaag in Wageningen. "Zulke effecten komen waarschijnlijk veel vaker voor dan we tot nu toe gezien hebben."

Niet alleen de rups op een plant merkt het als ondergronds een ander insect zit te knagen aan de wortels. De rups is kleiner en groeit langzamer, maar ook zijn natuurlijke vijand (zoals een sluipwesp) en zelfs de vijand van zijn vijand hebben minder succes. De door een wortelvreter en een bladeter gedeelde waardplant geeft de signalen door, bijvoorbeeld in de vorm van aangemaakte verdedigingsstoffen: plantengif dus. Zo kunnen insecten bovengronds tot in de vierde graad in de voedselketen beïnvloed worden door wortelknagerij. Dat effect gaat veel verder dan onderzoekers tot nu toe dachten.

Behalve de groei verandert wortelvraat ook het gedrag van insecten bovengronds. Met een veldproef toonde biologe Roxina Soler Gamborena aan, dat vlinders liever eieren leggen op planten die geen last hebben van wortelplagen (zoals larven van de wortelvlieg). En als sluipwespvrouwtjes het voor het kiezen hebben, dan vermijden ze rupsen op planten met aangevreten wortels. De sluipwespen ruiken dat, omdat de ondergronds aangetaste plant een andere mix van vluchtige stoffen blijkt uit te scheiden. En daar halen ze dus hun neus voor op.

Nog verbazingwekkender is, dat Soler Gamborena vond dat het effect ook afstraalt op de omgeving. Als een plant een wortelknager in huis heeft, dan maakt dat de rups op de buurplant met gave wortels juist aantrekkelijker voor een sluipwesp (om eieren in te leggen). Deze rupsen worden dan sneller gevonden door hun vijanden. Zo heeft de plant met 'wortelgasten' dubbel pech: én wortelschade én geen hulp meer van de vijanden van zijn bovengrondse belagers. "Omdat het ook zo indirect kan werken, komen bovengrondse-ondergrondse interacties in de voedselketen waarschijnlijk veel vaker voor dan tot nu toe gezien," denkt de NIOO-onderzoekster. En dat heeft nogal wat gevolgen. Bij biologische bestrijding maar ook bij natuurontwikkeling is het van belang te weten waar je nu precies naar aan het kijken bent: de oorzaak van een probleem bovengronds kan dus ondergronds liggen.

Grappig genoeg zit het wortelinsect zijn bovengrondse 'tafelgenoten' niet alleen dwars, maar helpt hij ze ook. Door het aanzetten van het plantenalarm begint de waardplant gif te maken en groeien bladetende rupsen dus minder goed. Maar het positieve effect voor deze rupsen is, dat tegelijkertijd ook hun vijanden worden weggejaagd. Zo ontstaat er een 'vijandvrije omgeving'.

Het NIOO is het onderzoeksinstituut voor ecologie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW). Het bestaat uit drie centra: voor ecologie van kust en zee, van het zoete water en van het land. Bij het NIOO werken ongeveer 250 mensen. Op het NIOO-Centrum voor Terrestrische Ecologie in Heteren richten de onderzoekers zich op het leven op het land. In 2007 bestaat het NIOO 15 jaar, maar de centra zijn al (ruim) 50 jaar oud.