Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 23 oktober 2007 - Ons kenmerk Uw kenmerk V&W/DGTL 2007/10373 2060724920 Onderwerp
kamervraag

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Roemer (SP) aan de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat over de brugbediening bij de Zaan. Ik kan u op het merendeel van de vragen helaas geen rechtstreeks antwoord geven, maar moet u verwijzen naar een andere bestuurslaag.


1. Wat is uw mening over de klachten van schippers over wachttijden en bijna-ongelukken bij de brugbediening bij de Zaan? 1


2. Klopt het dat er meerdere rapporten zijn over de brugbediening bij de Zaan? Zo ja, bent u bereid deze rapporten aan de Kamer te verstrekken?


3. Wat is uw mening over de kritiek van de voormalig sluiswachter op de Wilhelminasluis in Zaandam, die aangeeft dat er een onwerkbare situatie is ontstaan sinds de sluisbemanning de bediening van de beide gemeentelijke bruggen over de sluis uit handen heeft moeten geven aan de centrale bedieningspost van Zaanstad?


4. Kunt u aangeven waarom ervoor gekozen is om deze sluizen en bruggen op afstand te gaan bedienen? Wat zijn de gevolgen van dit besluit?


5. Kunt u aangeven hoeveel vertraging er voor schepen is ontstaan bij de brugbediening bij de Zaan?


1-5 De verantwoordelijkheid voor de brug- en sluisbediening in het betreffende gebied berust bij Gedeputeerde Staten van Noord-Holland voor wat betreft het vaststellen van de bedienings- tijden, bij het Hoogheemraadschap Hollands Nooderkwartier voor wat betreft de bediening van de Wilhelminasluis en bij de gemeente Zaanstad voor wat betreft de (centrale) bediening van de


1 Schuttevaer, 1 september 2007
Postadres Postbus 20901 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171 Bezoekadres Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895 Internet www.verkeerenwaterstaat.nl

Bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

V&W/DGTL 2007/10373

bruggen. Als ik deze vragen zou beantwoorden, dan zou ik ten onrechte in de bevoegdheid van de betreffende bestuurders treden. Indien de volksvertegenwoordigers de vragen in deze vorm beantwoord willen hebben, adviseer ik hen deze bij de verantwoordelijke bestuurslaag neer te leggen. Zij zouden zich daarbij in eerste instantie kunnen richten tot de provincie. Wellicht geeft mijn antwoord op vraag 6 echter al voldoende zicht op de gewenste informatie.


6. Bent u bereid onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de brug- en sluisbediening bij de Zaan? Zo ja, welk onderzoek gaat u laten doen? Zo neen, waarom niet?

6. Onafhankelijk onderzoek op mijn initiatief zou aan de orde zijn als de verkeersregels onder de Scheepvaartverkeerswet mogelijk niet zouden voldoen. Ik heb geen aanwijzingen die daar op duiden. Echter, de provincie heeft mij verzocht een bijdrage uit het infrafonds toe te kennen voor de ontwikkeling van de vaarweg de Zaan. In de betreffende planstudie wordt centrale bediening genoemd als een van de maatregelen om de benutting te verbeteren. Ik zal daarom de provincie verzoeken aan te tonen dat de bediening van de betreffende kunstwerken de veiligheid van het scheepvaartverkeer borgt en een optimale doorstroming van het scheepvaartverkeer bevordert. Ik zal u voor uw informatie een afschrift doen toekomen van het antwoord op deze vraag.


7. Welke maatregelen gaat u nemen om de sluis- en brugbediening bij de Zaan veiliger en sneller te maken?

7. Hiervoor verwijs ik u naar mijn antwoord bij de vragen 1 ­ 6.


8. Bent u bereid uw beleid om steeds meer bruggen en sluizen op afstand te bedienen te veranderen nu duidelijk blijkt dat er niet slechts sprake is van `opgedane positieve ervaringen'2 en `positieve ervaringen'?3


9. Bent u bereid om een grondige evaluatie te doen van het op afstand bedienen van bruggen en sluizen en in afwachting daarvan geen nieuwe sluizen en bruggen te `ontmensen'?

8-9 Mijn beleid ten aanzien van (centrale) bediening voor het rijksvaarwegennet heb ik toegelicht in de beantwoording van de vragen van het lid Roemer (SP) over centrale bediening van sluizen, bruggen en stuwen, vergaderjaar 2006-2007, aanhangsel handelingen nrs.1204 en 1931. Dit is de beantwoording waar in vraag 8 aan gerefereerd wordt. Ik zie in de situatie bij de Zaan geen aanleiding om mijn beleid bij te stellen of grondig te evalueren.

Los van deze vragen wil ik gaarne van de gelegenheid gebruik maken de vaste kamercommissie voor Verkeer en Waterstaat uit te nodigen voor een kennismaking met de praktijk van de binnenvaart en de verkeersbegeleiding.

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa


2 Aanhangsel Handelingen nr. 1204, vergaderjaar 2006-2007
3 Aanhangsel Handelingen nr. 1931, vergaderjaar 2006-2007


---