abcdefgh
0
De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
- -
Datum Bijlage(n)
22 oktober 2007 -
Ons kenmerk Uw kenmerk
RWS/SDG/NW2007/1589/55807 2070800640
Onderwerp
kamervragen
Geachte voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de vragen van het lid De Krom over
onderzoek naar de dijken in het Noorden.
1. Bent u bekend met het artikel 'Noorden is achter met onderzoek naar dijken'?
1. Ja.
2. Is het waar dat Rijkswaterstaat achter loopt met het onderzoek naar de
Waddendijken in het Noorden?
2. Rijkswaterstaat voert onderzoek uit naar de golfbelastingen waarop de
waterkeringen berekend moeten zijn, dit onderzoek loopt conform planning. Dit
onderzoek zal de basis vormen voor een volgende toetsing.
N.B. Het Waterschap is verantwoordelijk voor het handhaven van de
veiligheidsnorm voor de waterkering. Hiertoe is door de Waterschappen in 2006
over deze dijken gerapporteerd op grond van de 5 jaarlijkse toetsing op veiligheid
uit de Wet op de waterkering. Aan deze toetsing liggen hydraulische
randvoorwaarden ten grondslag die daarvoor vanwege het Rijk beschikbaar zijn
gesteld. De Tweede Kamer is over het resultaat van de toetsing op
19 september 2006 geïnformeerd.
Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171
Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895
bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
RWS/SDG/NW2007/1589/55807
De verbetermaatregelen, die in aanmerking komen voor rijksfinanciering, zijn
opgenomen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Hierover is de Tweede
Kamer op 20 september 2006 geïnformeerd.
3. Hoeveel vertraging heeft het onderzoek naar de Waddendijken opgelopen en
wanneer verwacht u de eerste onderzoeksresultaten te presenteren?
3. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2, heeft het geplande onderzoek
naar golfbelastingen dat door Rijkswaterstaat uitgevoerd wordt in het kader van
project "Sterkte en Belastingen Waterkeringen" geen vertraging opgelopen. Wel
is de oorspronkelijke opzet van het onderzoek gewijzigd. In 2003 is het onderzoek
gestart met zes meetboeien in het Amelander Zeegat, gelegen tussen Terschelling
en Ameland. In 2005 is dit aantal uitgebreid met vier extra meetboeien. Op basis
van de resultaten van deze waarnemingen wordt het onderzoek in de Eems-
Dollard optimaal vormgegeven. In 2008 verwacht RWS het gehele
meetprogramma voor deze omgeving operationeel te hebben. Het onderzoek in
het kader van project "Sterkte en Belastingen Waterkeringen" loopt tot 2016. De
onderzoekresultaten worden verwerkt in de toetsinstrumenten die bestemd zijn
voor de vierde toetsronde (2011-2016). De door het onderzoek verkregen
inzichten kunnen leiden tot een bijstelling van de vigerende Hydraulische
Randvoorwaarden en zonodig een aangepast Voorschrift voor Toetsen op
Veiligheid. Beide toetsinstrumenten worden in 2012 opnieuw vastgesteld. Het
vigerende toetsinstrumentarium voor de derde ronde toetsen op veiligheid zijn
recent door mij vastgesteld. Over de resultaten hiervan wordt in 2011
gerapporteerd.
4. Waarom zitten er grote verschillen in de uitvoering bij de plaatsing van
meetpunten langs de Nederlandse kust?
4. De verschillen worden veroorzaakt door de variëteit van de geografie en
morfologie van de Nederlandse kust. De Waddenzee is een complex systeem. Het
bepalen van de juiste meetlocaties vraagt daarom veel onderzoek en daarmee een
gedegen en tijdrovende voorbereiding.
5. Waarom wordt de noodzakelijke meetapparatuur pas volgend jaar geplaatst en
niet eerder?
5. Veel meetapparatuur is reeds geplaatst en in werking. Vanaf 2003 worden in dit
kader metingen in de Waddenzee uitgevoerd, namelijk in het Amelander Zeegat.
Op dit moment wordt in en rond de Waddenzee gemeten met één meetpaal en
24 meetboeien, waarvan 20 meetboeien specifiek voor dit onderzoek zijn
geplaatst. Op basis van de hiermee opgedane ervaring wordt het meetsysteem
voor de Eems-Dollard optimaal ingericht. Het plaatsen van de meetapparatuur in
de Waddenzee is vergunningplichtig en dat vereist tevens de nodige doorlooptijd.
---
RWS/SDG/NW2007/1589/55807
Daarnaast stemt RWS het plaatsen van meetapparatuur in de Eems-Dollard af met
Duitsland, om te komen tot een meetopstelling die zowel voor Nederland als
Duitsland zinvol is.
6. Deelt u de opvatting dat het onderzoek naar de Waddendijken te traag verloopt
en dat haast is geboden met de plaatsing van meetapparatuur?
6. Ik deel uw opvatting dat onderzoek naar de golfdoordringing in de Waddenzee
prioriteit heeft, maar ik deel uw mening niet dat het benodigde onderzoek naar de
golfbelasting van de dijken te traag verloopt. Dit onderzoek verloopt volgens
planning. Zowel de voorbereiding, het plaatsen van meetapparatuur als ook het
verzamelen en bewerken van de meetresultaten, dient zorgvuldig te geschieden.
Dit gehele proces vergt de nodige tijd. De voorbereiding voor het plaatsen van de
laatste meetpalen is reeds in gang gezet en ik verwacht dat deze medio 2008
operationeel zijn.
7. Bent u bereid maatregelen te nemen die het onderzoek naar de Waddendijken
versnellen? Zo neen, waarom niet?
7. De laatste meetpalen worden al zo snel als mogelijk geplaatst. Het tempo wordt
mede bepaald door de tijd die benodigd is voor afgifte van de vereiste
vergunningen en is tevens afhankelijk van goede weercondities. Alles is er op
gericht om de meetlocatie Eems-Dollard conform de planning medio 2008
operationeel te hebben. Extra maatregelen zijn niet nodig.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
J.C. Huizinga-Heringa
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat