Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
19 oktober 2007
VGP/ADT 2789709
In overleg met de Minister van Justitie heb ik besloten om onbewerkte
paddo's op lijst II van de Opiumwet te plaatsen. Dat betekent in de
eerste plaats dat voortaan alle paddenstoelen die psilocine en
psilocybine bevatten onder de werking van de Opiumwet vallen: de
onbewerkte paddo's staan dan op lijst II, de werkzame stoffen van
bewerkte paddo's stonden al op lijst I van de wet.
Door deze plaatsing onder het regime van de Opiumwet wordt het
mogelijk om het aanbod van onbewerkte paddo's terug te dringen. De
handhaving van het verbod zal gericht zijn op het bestrijden van de
verkoop. Artikel 13b van de Opiumwet biedt het lokale bestuur goede
mogelijkheden om verkooppunten van verboden paddo's te sluiten.
Ik stuur u deze brief mede namens de minister van Justitie.
De redenen voor het besluit zijn:
· het gebruik van paddo's kan tot onvoorspelbare effecten leiden en
daarmee tot risicovol gedrag;
· het is niet doenlijk om een zodanig veilige gebruikssituatie te
garanderen dat de gevolgen van een eventuele `bad trip' kunnen worden
beperkt;
· er is geen of nauwelijks verschil in gezondheidsrisico tussen
gedroogde (bewerkte) en verse (onbewerkte) paddo's. De reguliere dosis
van gedroogde paddo's bedraagt tussen de 1 en 5 gram, en die van verse
paddo's tussen de 10 en 50 gram. Dit verschil in dosering, wat in
minimum bandbreedte neerkomt op slechts 5 gram, is onvoldoende reden
om wel de bewerkte en niet de onbewerkte (verse) paddo's te verbieden;
· in de meeste EU-landen zijn paddo's verboden.
Zoals ik bij brief van 14 mei 2007 aan uw Kamer meldde, heb ik mede
naar aanleiding van de motie Joldersma van 29 maart 2007 advies
gevraagd aan het Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs
( CAM). Het betreft de rapportage "Risicoschatting van psilocine en
psilocybine bevattende paddenstoelen (paddo's) 2007", en een op
verzoek van ondergetekende gemaakte aanvullende analyse van de mate
van gezondheidsrisico's voor het individu vooral in relatie tot het
onvoorspelbare karakter van paddo's in samenhang met de hallucinogene
werking. Beide rapportages sturen wij u hierbij toe.
Hieronder zullen wij ons standpunt ten aanzien van het besluit nader
toelichten; een standpunt dat overigens afwijkt van het advies van het
CAM, maar wel mede gebaseerd is op feitelijke informatie in het advies
van het CAM. Daarom volgen wij het CAM niet in zijn mening dat het
gebruik van hallucinogene paddenstoelen een dusdanig laag risico
oplevert voor de individuele gezondheid en de samenleving dat het
verbieden van paddo's een te zwaar middel is in verhouding tot de
overlast en schade door het huidige gebruik. De door het CAM
aanbevolen route van verbetering van de voorlichting en regulering van
de handel en verkoop acht ik ontoereikend. Wij zijn van mening dat
onder meer het wetenschappelijk onderzoek, waaraan het CAM-rapport
refereert, laat zien dat de individuele risico's van paddo's te groot
zijn. Voorts zijn wij van mening dat verbetering van de voorlichting
en meer regulering van handel en verkoop onvoldoende effect zullen
sorteren om een veilige gebruikssituatie te bewerkstelligen.
Rapportages CAM
De CAM-rapportages geven een gedifferentieerd beeld van de risico's
van paddogebruik.
Het CAM schrijft: "het effect van een middel wordt niet alleen bepaald
door de farmacologische eigenschappen van de actieve psychoactieve
componenten, maar is ook afhankelijk van de set (fysieke en
geestelijke gesteldheid en verwachting van de gebruiker op het moment
van gebruik) en de setting (plaats en omstandigheden, bijvoorbeeld de
aanwezigheid van vrienden). Nog meer dan bij enige andere groep
psychotrope stoffen lijken persoon en omgeving (set en setting) een
rol te spelen in de effecten van hallucinogenen".
Voorts schrijft het CAM: "Om een `bad trip' te voorkomen adviseren
ervaren gebruikers om alleen te gebruiken `als je gezond bent en je
goed voelt' en alleen te gebruiken in `een rustige en ontspannen
omgeving'. Om de gevolgen van een eventuele bad trip te kunnen
inperken adviseren zij om alleen te gebruiken in aanwezigheid van een
bekende die zelf niet gebruikt maar die op de hoogte is van alle
gevolgen van het gebruik". Deze randvoorwaarden acht ik echter niet
voldoende realistisch.
Bovendien is volgens het CAM-rapport niet bewezen dat alcohol de
negatieve ervaringen door paddenstoelengebruik verhoogt, maar is er
toch voldoende aanleiding om het gebruik van alcohol tenminste als
complicerende factor te beschouwen. Volgens het CAM worden de effecten
van alcohol in bepaalde gevallen zelfs onderdrukt bij gelijktijdig
paddogebruik. Uit de CAM-analyse van de ernstige incidenten die dit
jaar in Amsterdam hebben plaatsgevonden komt dan ook naar voren, dat
in de meeste gevallen sprake is van gecombineerd gebruik met alcohol
en/of andere drugs. Ook daarom acht ik de door het CAM bepleite
terughoudendheid niet gerechtvaardigd.
Toelichting standpunt
In het CAM-rapport wordt een onderzoek beschreven waarbij zelfs in een
gecontroleerde, veilige situatie angstervaringen en paranoia optreden.
In dit onderzoek van Griffiths et al. wordt beschreven dat 22% van de
vrijwilligers die psilocybine (het werkzame bestanddeel in paddo's) et
werkzame bestanddeel in paddobewerkte en niet de ikers ook in een
veilige setting ek van Griffith et al. e.end kreeg toegediend
aanzienlijke angst/dysphorie had gehad, soms met paranoïde gedachten.
Bij de vrijwilligers die een hogere dosering hadden gekregen, lag dat
percentage nog hoger (31% angst, 17% paranoia). Bij onvoldoende
toezicht kunnen zulke effecten escaleren in ernstige paniekaanvallen
en gevaarlijk gedrag. In tegenstelling tot het CAM komen wij op grond
van deze percentages tot de conclusie dat de kans op angstervaringen
en daarmee de kans op risicovol gedrag, aanzienlijk is. De
onvoorspelbaarheid van de effecten wordt nog vergroot doordat de
gebruikers niet bekend zijn met het gehalte werkzame stoffen in de
paddo's, dat sterk kan fluctueren. Tevens speelt mee dat de
dosis-effect relatie sterk kan variëren tussen individuen. Een extra
risico vormt tenslotte het feit dat na het consumeren van een paddo
het een tijd duurt totdat de effecten merkbaar zijn. Dit vergroot
eveneens de kans op een te hoge dosering en onvoorspelbaar gedrag.
De frequentie van het aantal ambulanceritten als gevolg van
paddogebruik in Amsterdam ondersteunt onze conclusie dat de risico's
van paddo's te groot zijn. Het CAM schat dat ongeveer op elke 2500
verkochte paddobakjes er een ambulancerit nodig is. Bij ongeveer
1 op de 20 ambulanceritten is er sprake van een klinische opname met
eventueel fatale afloop. Dit betekent dat 1 à 2 op de 100.000
consumpties in Amsterdam leidt tot ziekenhuisopname en wellicht tot
overlijden (in 2007 in één geval). Hierbij moet worden aangetekend dat
het hier uitsluitend gaat om incidenten waarbij de ambulance is
opgeroepen. Hulpvragen bij huisarts of spoedeisende hulp zijn in deze
cijfers niet opgenomen. De werkelijke hulpvraag zal dus nog wel hoger
liggen.
Vervolgens kan de vraag gesteld worden hoe de genoemde
angstervaringen, het risicovol gedrag en het aantal incidenten kunnen
worden teruggedrongen. Het CAM stelt dat een veilige setting de
risico's kan verminderen. De voorwaarden die het CAM stelt aan een
veilige setting voor gebruik zijn echter van dusdanige aard dat zij in
feite het risicovolle en onvoorspelbare karakter van het gebruik
onderstrepen en daarmee voor ons contra-indicaties zijn voor het
advies om de hallucinogene paddenstoelen in de vrije - zij het
gereguleerde verkoop - te houden. Het is niet mogelijk zodanige
maatregelen te nemen dat die voorwaarden (alleen als je gezond bent en
je goed voelt, alleen in aanwezigheid van een bekende die zelf niet
gebruikt, niet combineren met alcohol en/of andere drugs) kunnen
worden gegarandeerd. Voorlichting zou slechts een zeer beperkte
bijdrage kunnen leveren aan het stimuleren van gedrag van gebruikers
om die voorwaarden te creëren. Het genoemde onderzoek van Griffiths et
al. heeft bovendien overduidelijk aangetoond dat bij een aanzienlijk
deel van de gebruikers ook in een veilige setting angstaanvallen en
paranoia optreden.
Het voorstel van de burgemeester van Amsterdam om een
vergunningstelsel (met hierin opgenomen een bedenktijd van 3 dagen
voor aankoop van paddo's) voor smartshops in te voeren toont weliswaar
aan dat ook dit gemeentebestuur zoekt naar een mogelijkheid om
risicovol gedrag als gevolg van paddogebruik te verminderen; wij
verwachten meer van een totaalverbod om incidenten met paddo's in de
toekomst tegen te gaan. Alleen door de verkoop van paddo's aan banden
te leggen kunnen de risico's en de kans op incidenten zoals "bad
trips" worden gereduceerd.
Ten slotte hebben wij bij ons besluit tot het verbod op onbewerkte
paddo's meegewogen, dat blijkens een analyse van het Europees
Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving paddo's in de meeste
lidstaten van de EU verboden zijn. In het Verenigd Koninkrijk is dat
in 2005 gebeurd. Dit verbod werd, vanuit wetenschappelijke hoek,
gesteund door de Advisory Council on the Misuse of Drugs Act. In
Ierland geldt sinds een fatale casus in 2006 eveneens een verbod.
Met het wijdverspreide aanbod van paddo's in specifiek op toeristen
gerichte winkels in Amsterdam, wordt het paddogebruik dusdanig
gestimuleerd dat het gebruik een grote omvang onder deze bij uitstek
kwetsbare groep heeft aangenomen. Het is richting onze buurlanden
volstrekt ongewenst dat hun onderdanen relatief grote
gezondheidsrisico's lopen als gevolg van het zeer vercommercialiseerde
aanbod van paddo's in met name Amsterdam.
In de huidige wetgeving staan de werkzame bestanddelen van de
hallucinogene paddenstoelen, psilocybine en psilocine, op lijst I van
de Opiumwet. Deze stoffen zijn onder controle gebracht vanwege
plaatsing onder het Psychotrope Stoffenverdrag uit 1971.
De Hoge Raad (LJN: AE2095, Hoge Raad, 01030/01) heeft geoordeeld dat
gedroogde, gestampte, gemalen of in etenswaren verwerkte paddo's als
preparaten in de zin van de Opiumwet vallen aan te merken. Volgens de
uitleg van de Hoge Raad waren paddo's "slechts dan niet verboden
indien zij niet enigerlei bewerking hebben ondergaan". Er is echter
geen of nauwelijks verschil in gezondheidsrisico tussen gedroogde en
verse paddo's. De reguliere dosis van gedroogde paddo's bedraagt
tussen de 1 en 5 gram, en die van verse paddo's tussen de 10 en 50
gram. Dit verschil in dosering, wat in minimum bandbreedte neerkomt op
slechts 5 gram, is onvoldoende reden om wel de bewerkte en niet de
onbewerkte (verse) paddo's te verbieden. Dit geldt temeer daar de
paddo's niet gestandaardiseerd zijn te etiketteren. Met de plaatsing
van hallucinogene paddenstoelen op lijst II worden nu ook verse,
onbewerkte paddo's verboden.
Conclusie
Wij achten een verbod van hallucinogene paddenstoelen noodzakelijk.
Ook onbewerkte paddo's zullen daartoe onder de reikwijdte van de
Opiumwet worden gebracht.
Over de nadere uitwerking van deze maatregelen zullen de minister van
Justitie en ik u spoedig informeren.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
_______________________
Kamerstukken II 2006-2007, 30515, nr. 5
Kamerstukken II 2006-2007, 30515, nr.12
CAM rapportage "Risicoschatting van psilocine en psilocybine
bevattende paddenstoelen (paddo's) 2007", p. 29-30.