Openbare bibliotheek Amsterdam


Jan Wolkers overleden

19 okt 2007 - 16:31
Schrijver, beeldhouwer en schilder Jan Wolkers is vrijdag op 81-jarige leeftijd overleden op Texel, waar hij al jaren woonde. De OBA wenst zijn naasten heel veel sterkte toe met dit grote verlies.

Jan Wolkers (Oestgeest, 26 oktober 1925) groeide op in een gereformeerd middenstandersgezin. In 1943 dook hij onder in Leiden en studeerde aan de Leidse schilderacademie. Na een periode aan de Haagse Academie van Beeldende Kunsten, studeerde hij van 1949 tot 1953 beeldhouwkunst aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam. In 1957 ging Wolkers op uitnodiging van de Franse regering een jaar bij de beeldbouwer Zadkine in Parijs werken.

In datzelfde jaar begint hij te schrijven: De verschrikkelijke sneeuwman, is zijn eerste verhaal. Hij publiceerde verhalen in Podium, Tirade, Hoos, De Gids, Merlyn en Podium. Zijn eerste verhalenbundel Serpentina's Petticoat (1961) werd met gemengde gevoelens ontvangen. De bundel veroorzaakte zowel een schok van bewondering als van afgrijzen. Zijn roman Een roos van vlees wekte al evenveel opschudding. In een snel opeenvolgend tempo verschenen onder andere titels Kort Amerikaans, Terug naar Oegstgeest en Turks fruit. Alledrie deze romans zijn verfilmd.

In 1980 verhuisde Wolkers naar Texel waar hij schrijft, maar zich voornamelijk toelegt op zijn schilder- en beeldhouwwerk. Vanaf zijn eiland spuwde hij vuur op menig Nederlands literatuurcriticus. Hij weigerde in 1982 de Constantijn Huygens-prijs voor zijn gehele oeuvre, omdat zijns inziens deze uiting van erkenning te laat kwam. Prijzen weigeren zou Wolkers vaker doen; na in 1982 de Publieksprijs niet in ontvangst willen nemen, zei hij in 1989 geen prijs te stellen op de P.C. Hooftprijs. Volgens Wolkers was de prijs te vaak aan de verkeerde schrijvers uitgedeeld. Pas in 1991 besloot Wolkers een hem toebedeelde onderscheiding te accepteren, de Busken Huetprijs voor zijn essaybundel Tarzan in Arles.

In 1994 volgde Rembrandt in Rommeldam, een essaybundel over het lezen van boeken, over schilderijen, over tuinen en over erotiek in de beeldende kunst.
In 1996 verscheen de derde essaybundel Mondriaan op Mauritius. In hetzelfde jaar verscheen het briljante essay over John Keats Icarus en de vliegende tering, in een luxe-editie.
Meer essays verschenen in 2000 onder de titel Wolkers in Wolkersdorf, ter gelegenheid van Wolkers' 75-ste verjaardag. In datzelfde jaar verscheen de dichtbundel Jaargetijden.

Met het verschijnen van de grote bundeling van de poëzie die Wolkers in de afgelopen jaren schreef onder de titel Wintervitrines openbaarde hij zich in 2003 in volle glorie als dichter.
Tevens verscheen eind 2003 De achtertuin, het boek dat hoort bij de televisieserie en dat prachtig werd geïllustreerd met tekeningen van Bob en Tom Wolkers.

In 2005 verscheen Ach, Wim, wat is een vrouw?, een verzameling brieven, en in hetzelfde jaar verschenen twee uitgaven van zijn dagboeken: Dagboek 1969 en Dagboek 1974.