Gerechtelijke organisatie

Rechtbank honoreert beroep op noodweer

Almelo, 19 oktober 2007 - De rechtbank Almelo heeft het beroep op noodweer van de 42-jarige H.J. uit Enschede gehonoreerd. Hij had op 19 april jl. een man betrapt bij een poging in zijn huis in te breken en heeft deze toen meermalen met een honkbalknuppel geslagen. Aan J. was ook poging tot doodslag ten laste gelegd. Hiervan heeft de rechtbank hem vrijgesproken. Wel is J. schuldig bevonden aan verboden wapenbezit.

Volgens de inbreker, Van der P., heeft J. hem met de honkbalknuppel op het hoofd geslagen. Een medische verklaring over Van der P.'s verwondingen ontbreekt. Uit de stukken blijkt ook niet dat er op de inbeslaggenomen knuppel bloed is aangetroffen, zodat de rechtbank ervan uit moet gaan dat geen bloed is aangetroffen op de knuppel. Een getuige - die zich op enige afstand bevond - heeft gezien dat een persoon meerdere keren met een honkbalknuppel op "iets" aan het slaan was. Dat "iets" bleek hem later een persoon te zijn, maar uit die verklaring blijkt niet waar die persoon geraakt werd.

Omdat niet bewezen is dat J. Van der P. op het hoofd heeft geslagen met de honkbalknuppel, heeft de rechtbank hem vrijgesproken van poging tot doodslag. Wel acht de rechtbank poging tot zware mishandeling bewezen. Daarmee staat nog niet vast dat J. strafbaar is voor dit feit. Daarvoor heeft de rechtbank beoordeeld of J.'s handelen gerechtvaardigd was wegens noodweer.

J. heeft Van der P. op heterdaad betrapt en wilde hem overdragen aan de politie. De rechtbank is van oordeel dat J. een gerechtvaardigd belang had Van der P. "te pakken" met het doel hem aan de politie over te dragen. Hoewel Van der P. op heterdaad was betrapt, gaf hij zich niet vrijwillig over. Daardoor werd J. genoodzaakt zich tegen hem te verweren, hem te achtervolgen en diens verzet te breken. Daartoe heeft J. hem met een (relatief kleine) knuppel twee of drie keer op het lichaam geslagen. Mede omdat Van der P. alsmaar agressief bleef, J. met geweld bedreigde en mogelijk een wapen had, vindt de rechtbank de slagen, ook al waren zij hard, in dit specifieke geval gepast en niet disproportioneel.

De rechtbank acht J. schuldig aan verboden wapenbezit. Zij legt hem hiervoor geen straf op, maar onttrekt de honkbalknuppel aan het verkeer.

Ten slotte had Van der P. gevorderd dat J. hem EUR 35.310,= schadevergoeding zou betalen. Omdat J. is ontslagen van rechtsvervolging voor de poging tot zware mishandeling, kan deze vordering niet in het strafproces in behandeling worden genomen. De rechtbank heeft Van der P. daarom niet-ontvankelijk verklaard in deze vordering. Van der P. kan zijn vordering nog wel voorleggen aan de civiele rechter.

LJ Nummer

BB6018

Bron: Rechtbank Almelo
Datum actualiteit: 19 oktober 2007 Naar boven