Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Beantwoording kamervragen illegaal gevangen kabeljauw


18 oktober 2007 - kamerstuk

Kamerbrief met antwoorden op kamervragen over het lossen van mogelijk illegaal gevangen kabeljauw in Nederland. De AID heeft in september honderd ton kabeljauw en schelvis geweigerd voor aanlanding.

Meer informatie

w brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp bijlagen

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE

12 september 2007 2060725100 Viss. 2007/4667 17 oktober 2007 Kamervragen over het lossen van mogelijk illegaal gevangen kabeljauw in Nederland u
Geachte Voorzitter,
Naar aanleiding van uw bovenvermelde brief doe ik u, mede namens de ministers van Justitie en Buitenlandse Zaken, de antwoorden toekomen op de vragen van lid Ouwehand (PvdD) over het lossen van mogelijk illegaal gevangen kabeljauw in Nederland.
1
Kent u het bericht "Honderd ton kabeljauw tegengehouden"? 1) Ja.

2
Kunt u aangeven op grond van welke overtreding de 100 ton kabeljauw is tegengehouden en waarom geen inbeslagname heeft plaatsgevonden? Op grond van artikel 52 van verordening (EG) nr. 41/2007 moet de vlaggenstaat van vaar-tuigen uit derde landen bepaalde gegevens bevestigen alvorens een dergelijk vaartuig vis uit het NEAFC (North East Atlantic Fisheries Commission) gebied mag aanlanden. In dit geval is door de AID geen autorisatie voor aanlanding van de kabeljauw en schelvis gegeven omdat de vlaggenstaat, Rusland, had aangegeven dat het vaartuig over onvoldoende quotum beschikte voor de hoeveelheid vis die zich aan boord bevond. Inbeslagname van vis aan boord van schepen van derde landen is echter niet een maatregel die op grond van verordeningen (EG) nr. 41/2007, nr. 2847/1993 en nr. 1093/1994 kan worden genomen. Ik verwijs in dit verband naar mijn brief van 20 maart 2007 aan de Tweede Kamer inzake het rapport van Greenpeace "Vispiratenparadijs Nederland" (Kamerstuk 2006-2007, 30195, nr. 20), waarin uiteen is gezet welke juridische kaders er zijn en welke bevoegdheden Nederland heeft. Wel neemt Nederland maatregelen om de vlaggenstaat in staat te stellen in geval van overtredingen vervolging in te stellen. In gevallen zoals deze worden ten alle tijden de Europese Commissie en het secretariaat van de NEAFC op de hoogte gesteld. In praktische afspraken tussen de NEAFC verdragspartijen is bepaald dat de vis die niet mag worden aangeland niet in beslag wordt genomen, maar terug moet naar de vlaggenstaat van het vaartuig. Op deze manier wordt de vlaggenstaat in staat gesteld de overtreder te vervolgen. Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 17 oktober 2007 Viss. 2007/4667 2
3
Kunt u aangeven of de Algemene Inspectiedienst (AID) kon garanderen dat er niets mis was met de 1.100 ton die wel gelost is? Zo ja, kunt u dit toelichten? Zo neen, waarom niet? Ja, de AID gaat ervan uit dat de door de vlaggenstaat geaccoordeerde hoeveelheden juist zijn. De AID had geen aanwijzingen dat de overige vangst niet conform de regels zou zijn gevangen. De hoeveelheden en soorten van de op de formulieren vermelde vissersvaar-tuigen zijn door de vlaggenstaat geverifieerd en als akkoord gemeld aan Nederland.
4
Is het tegenhouden van de genoemde honderd ton kabeljauw een incident of worden er vaker partijen kabeljauw of andere bedreigde vissoorten tegengehouden? Kunt u de Kamer inzicht geven in de mate waarin dit gebeurt? Sinds de invoering van het nieuwe Scheme of Control and Enforcement regime per 1 mei 2007 was dit de eerste keer dat voor een partij geen toestemming werd gegeven voor aanlanding.
5
Ziet u aanleiding de controles te verscherpen en het aantal fte's dat voor de controles beschikbaar is uit te breiden? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze? Zo neen, waarom niet? In artikel 53 van verordening (EG) nr. 41/2007 is een maatstaf opgenomen dat 15% van alle aanlandingen uit de Barentszzee gecontroleerd dient te worden. De AID voldoet hieraan. Tot augustus 2007 is 18% van alle aanlandingen intensief gecontroleerd. Voor 2008 is een verhoging van de inzet voorzien voor controles op aanlandingen van derde landen vaartuigen.
6
Bent u bereid met de Russische regering in overleg te treden over strengere controles en inbeslagnames, wanneer er aanleiding is om een schip te verdenken van illegale activitei-ten, zoals het overschrijden van quota, het overladen op open zee of het samenwerken met schepen waarvan bekend is dat ze zich bezighouden met 'Illegal, Unregulated en Unreported' (IUU) visserij? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? Tussen Nederland en de Russische overheid is eind maart 2007 overleg geweest over de uitvoering van de sinds 1 mei 2007 aangescherpte NEAFC-regels voor aanlandingen. De Europese Commissie heeft hierna in april 2007 eveneens overleg gehad met de Russische overheid om met hen tot een overeenkomst te komen over de praktische uitvoering. In NEAFC-verband wordt voortdurend intensief overleg gevoerd tussen de verdragspartijen (waaronder Rusland) om te komen tot sluitende controle- en inspectieafspraken en naleving van beheersmaatregelen te bevorderen. Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 17 oktober 2007 Viss. 2007/4667 3
7
Bent u bereid tot het ontwikkelen van beleid waardoor illegaal gevangen partijen van de bedreigde kabeljauw en andere vissoorten bij aanvoer in Nederland direct door de Nederlandse autoriteiten in beslag genomen kunnen worden? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo neen, waarom niet? Zie mijn antwoord op vraag 2 en mijn brief van 20 maart 2007 aan de Tweede Kamer inzake het rapport van Greenpeace "Vispiratenparadijs Nederland". Ik houd mij aan de afspraken die hierover in NEAFC- en EU-kader zijn gemaakt. Er wordt in de genoemde NEAFC-overleggen momenteel gewerkt aan een systeem, waarbij de vlaggenstaten moeten melden wat er gedaan is met de teruggezonden hoeveelheden vis, waarvan de aanlanding is geweigerd in de EU en andere verdragspartijen. DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg