Partij van de Arbeid
Den Haag, 17 oktober 2007

Aanvullende vragen{1} van het lid Heerts (PvdA) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over verrekening van stamrechtuitkeringen met IOAW

1. Herinnert u zich het persbericht van uw ministerie waarin wordt gesteld dat u door aanpassing van enige inkomensbesluiten een einde zou maken aan de onzekerheid over de verrekening van stamrechtuitkeringen met IOAW?

2. Wanneer worden de betreffende inkomensbesluiten aangepast?

3. Waarom heeft u in de antwoorden over dit onderwerp op vragen van het Kamerlid Heerts een beperkende voorwaarde met betrekking tot de WW geformuleerd, namelijk dat de aankoop van het stamrecht vóór aanvang van de WW-periode moet hebben plaatsgevonden?

4. Is het u bekend dat in de praktijk een ontslagzaak via de kantonrechter vaak zeer snel wordt afgewikkeld, terwijl het offerte/acceptatietraject van een stamrecht een aantal weken met zich meebrengt en de aankoop dus niet altijd voor aanvang van de WW-periode zal kunnen plaatsvinden?

5. Is het u bekend dat een aantal gemeenten, waaronder de gemeente Breda, deze voorwaarde aangrijpt om stamrechtuitkeringen toch in mindering te brengen op de IOAW-uitkering, zelfs als de polis van het stamrecht slechts enkele weken na ingang van de WW-uitkering is opgemaakt?

6. Kunt u aangeven hoe dit beleid past in uw streven om aan de onzekerheid rond de verrekening van stamrechtuitkeringen een eind te maken?

7. Bent u met ons eens dat stamrechthouders hiermee de dupe worden van een uitvoeringspraktijk waar zij zelf geen invloed op (hebben) kunnen uitoefenen?

8. Wat is de achterliggende gedachte van deze beperkende voorwaarde?

9. Bent u het met ons eens dat het wenselijk is een stamrecht dat is afgesloten binnen drie maanden na het ontslag c.q. begin van de WW-uitkering, níet in aanmerking te laten komen voor verrekening van de IOAW, mits aan de overige voorwaarden is voldaan (zoals de voorwaarde dat de belanghebbende een vrije keuze heeft gehad bij de besteding van de eenmalige ontslagvergoeding en deze vrije bestedingsmogelijkheid kan aantonen)?

10. In de antwoorden die u op 11 september heeft gegeven kondigde u aan dat gemeenten via de Verzamelbrief zouden worden geïnformeerd dat zij kunnen anticiperen op de voorgenomen wijziging van het Inkomensbesluit IOAW; waarom bent u deze toezegging niet nagekomen in de eerstvolgende Verzamelbrief die u op 3 oktober aan gemeenten heeft verstuurd?

{1} Vragenserie 2655, aanhangsel bij de handelingen, blz. 5623 en 5624, vergaderjaar 2006-2007.

---
Sandra Boting
Persvoorlichting

Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid
Plein 2
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
T 070 318 2694
M s.boting@tweedekamer.nl

{1} Vragenserie 2655, aanhangsel bij de handelingen, blz. 5623 en 5624, vergaderjaar 2006-2007.