Raad voor de Rechtspraak


Bepalen strafmaat door rechter is maatwerk

Den Haag, dinsdag 16 oktober 2007 - Waarom houdt een rechter zich niet aan de richtlijnen van het Openbaar Ministerie? Krijg je een taakstraf als je een moord pleegt? Hieronder vindt u antwoorden op deze en andere vragen naar aanleiding van de actuele maatschappelijke discussie over taakstraffen.

Wat is de minimumstraf voor zware misdrijven?
De wetgever (regering en parlement) bepaalt per misdrijf welke maximumstraf de rechter mag opleggen. Een minimumstraf schrijft het Wetboek van Strafrecht niet voor, ook niet bij zware misdrijven als moord, doodslag en verkrachting. De wetgever laat aan de rechter over om te bepalen welke straf het meest gepast is.

Krijg je een taakstraf als je een moord pleegt? Nee. De meeste daders van zware misdrijven die voor de rechter komen, worden bestraft met onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Alleen in uitzonderlijke gevallen wijkt de rechter daarvan af. Bijvoorbeeld omdat een veroordeelde te oud is voor de gevangenis, of omdat een veroordeelde om gezondheidsredenen niet in de gevangenis kan verblijven. Ook kan het zijn dat een dader met gedragsproblemen (denk aan een stalker of iemand die een zedenmisdrijf heeft gepleegd) gebaat is bij een behandeling of hulp van de reclassering. In dat geval wordt vaak een gedeeltelijk voorwaardelijke straf opgelegd met bijzondere voorwaarden. Dit houdt in dat een dader (een gedeelte van) zijn straf niet hoeft uit te zitten, mits hij zich onder behandeling stelt en geen nieuwe strafbare feiten pleegt. Houdt deze dader zich niet aan de voorwaarden, dan zal hij alsnog het voorwaardelijke gedeelte van zijn straf moeten ondergaan.

Zijn er nog andere redenen waarom iemand niet de gevangenis in hoeft bij een zware misdaad?
Een ander voorbeeld is de vrouw die jarenlang stelselmatig wordt mishandeld door haar echtgenoot, en die omdat ze geen uitweg ziet in een opwelling haar man op het hoofd slaat. Zij maakt zich mogelijk schuldig aan doodslag als de man overlijdt. De rechter zal zich in zo'n geval afvragen: Moet de samenleving beschermd worden tegen deze vrouw? Hoe groot is de kans op herhaling? De vrouw is in zekere zin zelf slachtoffer, maar haar daad mag ook niet onbestraft blijven. Juist voor dit soort gevallen heeft de wetgever aan rechters de ruimte gelaten om de juiste straf te bepalen.

Waarom wordt een misdrijf als verkrachting niet telkens hetzelfde bestraft?
Het is bij de strafoplegging van groot belang nuances aan te brengen, zelfs als er sprake is van zware misdrijven. Onder verkrachting wordt in het Nederlandse strafrecht bijvoorbeeld ook verstaan: een tongzoen. Het ligt voor de hand dat een verdachte van het geven van een ongewenste tongzoen minder zwaar zal worden bestraft dan de gewelddadige verkrachter.

Is een straf alleen bedoeld als vergelding?
Met het opleggen van een straf beoogt een rechter verschillende dingen: vergelding voor het leed dat is berokkend (genoegdoening voor het slachtoffer of nabestaanden), afschrikking (om anderen ervan te weerhouden strafbare feiten te plegen), bescherming van de samenleving (tegen gevaarlijke criminelen), maar ook `resocialisatie'. Een dader moet niet alleen gestraft worden, ook willen justitie en de rechterlijke macht voorkomen dat daders opnieuw een strafbaar feit plegen. Uit ervaring weten rechters dat een (lange) gevangenisstraf een normale terugkeer in de samenleving na afloop van de straf bemoeilijkt. Een rechter vraagt zich dus ook af of de samenleving uiteindelijk beter af is als iemand een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf moet ondergaan.

Hoe bepaalt een rechter de juiste straf?
De rechter houdt rekening met de omstandigheden van het misdrijf en met de persoon van de verdachte. Daarnaast let de rechter bij de strafoplegging op de gevolgen van het misdrijf voor het slachtoffer. Binnen de grenzen van de wet beoordeelt de rechter per zaak welke straf het meest gepast is. Rechters laten zich in strafzaken adviseren door de reclassering, die een rapport opmaakt over de verdachte. Daarnaast is de eis van de officier van justitie richtinggevend, maar zoals gezegd: een rechter kan afwijken van de eis.

Waarom houdt een rechter zich niet aan de richtlijnen van het Openbaar Ministerie?
Rechters zijn onafhankelijk. Deze onafhankelijkheid van de rechter is vastgelegd in de wet. Die wettelijke bescherming van de onafhankelijkheid is nodig: iedereen moet er op kunnen vertrouwen dat een rechter naar de zaak zelf kijkt en niet beïnvloed kan worden door andere belangen. Richtlijnen van het Openbaar Ministerie, bijvoorbeeld dat er niet voor een tweede keer een taakstraf tegen een verdachte wordt geëist, gelden dus niet voor rechters maar uitsluitend voor officieren van justitie bij het vormen van hun strafeis. Niemand kan de rechter dan ook voorschrijven hoe te handelen in individuele zaken. Wel moet de rechter zich houden aan de grenzen die de wet aangeeft. Een rechter kan geen straf opleggen als die straf niet als mogelijke straf voor een bepaald delict is opgenomen in de wet.

Hebben rechters eigen richtlijnen?
Rechters overleggen gezamenlijk over de algemene uitgangspunten voor het opleggen van straffen. Afspraken die rechters onderling maken, hebben niet de status van richtlijn. Vanwege de wettelijk vastgelegde onafhankelijkheid van de rechter, kunnen rechters ook onderling geen bindende afspraken maken. Voor een aantal vaak voorkomende delicten hebben strafrechters in onderling overleg een strafmaat aangegeven waarop de rechter zich kan oriënteren bij de oplegging van de straf. Deze afspraken zijn gemaakt om te voorkomen dat straffen die in vergelijkbare zaken door verschillende rechtbanken worden opgelegd, te ver uiteenlopen. Deze zogenoemde oriëntatiepunten straftoemeting zijn gepubliceerd op Rechtspraak.nl.

Wat staat er in die oriëntatiepunten?
Oriëntatiepunten gaan onder meer over rijden onder invloed, eenvoudige diefstallen, mishandeling en verkrachting. Bijvoorbeeld bij verkrachting is het uitgangspunt dat dit misdrijf wordt bestraft met een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden. De rechter behoudt de vrijheid hiervan af te wijken als de omstandigheden van een concrete zaak hiertoe aanleiding geven. Zijn er geen verzachtende omstandigheden, dan is een taakstraf voor dit misdrijf niet aan de orde. Bij de totstandkoming van oriëntatiepunten worden alle rechtbanken en gerechtshoven in het land betrokken.

Is een lichte straf voor een zware misdaad niet een verkeerd signaal naar de samenleving?
Wel als niet duidelijk is om wat voor zaak het gaat. Als verzachtende omstandigheden een rol spelen en de rechter in het vonnis aangeeft hoe hij of zij tot de strafmaat is gekomen, hoeft dat geen verkeerd signaal te zijn.

Wat vinden rechters van de kritiek dat zij te vaak taakstraffen opleggen?
Je kunt niet stellen dat rechters `te vaak' een taakstraf opleggen. Rechters hebben geen targets als het gaat om de inhoud van de zaak. Stelt u zich voor dat u voor de rechter zou staan. Moet aan iemand gevangenisstraf worden opgelegd omdat een verdachte in een andere zaak al een taakstraf heeft gekregen? Rechters kijken naar de feiten en omstandigheden in een individuele zaak, en oordelen ook in een individuele zaak.

Gewelds- en zedendelicten zouden niet in aanmerking moeten komen voor het opleggen van alternatieve straffen. Wat vindt de Raad voor de rechtspraak hiervan?
Omdat niet elke strafzaak hetzelfde is, laat de rechter de omstandigheden meewegen bij de strafoplegging. De rechter beschikt daarbij over een scala aan straffen en maatregelen waaruit hij de meest toepasselijke straf voor de concrete situatie kan kiezen. Om die reden heeft de voorzitter van de Raad voor de rechtspraak, mr. A.H. van Delden, in NRC Handelsblad (15 oktober 2007) gezegd het `buitengewoon slecht te vinden" als de rechter tot het geven van celstraffen verplicht wordt. Straffen is maatwerk.

Bron: Raad voor de rechtspraak Datum actualiteit: 16 oktober 2007 Naar boven