abcdefgh
Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
- -
Datum Bijlage(n)
12 oktober 2007 1
Ons kenmerk Uw kenmerk
IVW/LuLu/07NU000605 -
Onderwerp
Handhavingsrapportage Schiphol 2007
1 november 2006 - 1 mei 2007
Geachte voorzitter,
Op grond van artikel 8.29 van de Wet luchtvaart en artikel 3.1, eerste lid, van de Regeling
milieu-informatie luchthaven Schiphol (RMI) dient jaarlijks vóór 1 juli door de Inspecteur-
Generaal Verkeer en Waterstaat (hierna: de inspecteur-generaal) aan de Minister van
Verkeer en Waterstaat en de Minister van Volkshuisvesting , Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer verslag te worden uitgebracht. Dit verslag betreft de in de Wet luchtvaart en
het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB) vastgelegde veiligheids- en milieuaspecten,
over de eerste helft van het gebruiksjaar, en bied ik u ter kennisneming aan.
In de eerste helft van het gebruiksjaar 2007 is door de Inspectie Verkeer en Waterstaat
(verder: de Inspectie) prioriteit gegeven aan acties die voortvloeiden uit de overschrijdingen
van grenswaarden voor de geluidbelasting die zich in het gebruiksjaar 2006 hebben
voorgedaan en acties in verband met een vrijstellingsaanvraag van Schiphol in verband met
groot baanonderhoud in 2007. Hierdoor was de uiterste datum van 1 juli 2007 voor de
Inspectie niet haalbaar en is het verslag later dan 1 juli uitgebracht.
Voor Schiphol beslaat het gebruiksjaar de periode 1 november tot en met 31 oktober. In de
nu voorliggende rapportage wordt verslag gedaan over de periode 1 november 2006 tot en
met 30 april 2007.
Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171
Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895
bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
IVW/LuLu/07NU000605
Bevindingen en acties
De belangrijkste bevindingen en acties van de Inspectie over de eerste helft van het
gebruiksjaar 2007 zijn, dat:
· de grenswaarden voor het externe veiligheidsrisico, de geluidbelasting en de uitstoot
van stoffen die lokale luchtverontreiniging veroorzaken niet overschreden zijn;
· de luchtvaartsector vanaf het begin van het gebruiksjaar en in april 2007 in totaal
twee baanpreferentiewijzigingen heeft doorgevoerd om overschrijdingen van de
grenswaarden voor de geluidbelasting in handhavingspunten te voorkomen;
· het maximaal toegestane percentage afwijkingen van twee regels van het LVB
inzake het gebruik van het luchtruim door Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL)
(voorlopig) overschreden is;
· voor één van deze regels geldt dat de (voorlopige) overschrijding met name het
gevolg is van de parallel starten problematiek bij de Polderbaan en de
Zwanenburgbaan;
· Amsterdam Airport Schiphol (AAS) en LVNL vrijstelling is verleend voor het gebruik
van de Buitenveldertbaan voor starts in de nacht van 18 op 19 januari 2007 in
verband met zuidwesterstorm;
· door vier luchtvaartmaatschappijen dusdanig van een luchtverkeerweg is
afgeweken, dat ze door de Inspectie zijn aangeschreven;
· twee van deze luchtvaartmaatschappijen een waarschuwingsbrief hebben
ontvangen en de komende tijd door de Inspectie zullen worden gemonitord om te
kunnen vaststellen of de betreffende maatschappijen alsnog een sanctie wordt
opgelegd;
· in drie gevallen is aangegeven welke restricties er zijn met betrekking tot de hoogte
van de bouwkraan en in vijf gevallen voorlichting is gegeven om een overtreding te
voorkomen;
· in één geval de werkzaamheden zijn stopgezet in verband met een overtreding van
de geldende hoogtebeperking en aan het betreffende aannemersbedrijf hierover een
waarschuwingsbrief is gestuurd;
· de inspecteur-generaal in maart 2007 zijn voornemen tot het opleggen van
maatregelen aan AAS, LVNL en de KLM bekend heeft gemaakt in verband met de
overschrijdingen van de grenswaarden voor de geluidbelasting die zich in het
gebruiksjaar 2006 hebben voorgedaan;
· deze maatregelen in april 2007 definitief zijn gemaakt en op 7 mei 2007 aan AAS,
LVNL en KLM bekend zijn gesteld;
· een procedure ontwikkeld is om `slots' te gaan handhaven.
Toelichting op de bevindingen en acties
Naleving regels LVNL
Ten aanzien van de naleving van de voor LVNL geldende regels merk ik op dat voor wat
betreft de afwijkingen van twee regels van het LVB inzake het gebruik van het luchtruim
pas na afloop van het gebruiksjaar (na 1 november 2007) definitief kan worden vastgesteld
of het maximaal toegestane percentage overschreden is.
---
IVW/LuLu/07NU000605
In het LVB bedraagt het maximale toegestane percentage afwijkingen van
luchtverkeerwegen overdag onder 3000 voet 3%. Over de eerste helft van het gebruiksjaar
2007 bedraagt het feitelijke percentage afwijkingen ongeveer 4,5%. Het feitelijke
percentage kan in de tweede helft van het gebruiksjaar 2007 nog veranderen, maar de
verwachting is dat dit percentage boven de norm van 3% blijft. De afwijkingen zijn met
name het gevolg van de parallel starten problematiek bij de Polderbaan en de
Zwanenburgbaan. Door een andere startprocedure toe te passen wordt door LVNL
afgeweken van de uitvliegroutes zoals vastgelegd in het huidige LVB. Voor deze
problematiek, die al sinds de ingebruikname van de Polderbaan in 2003 speelt, wordt een
oplossing voorgesteld in het ontwerp-LVB dat momenteel ter inzage ligt. Hierin is onder
meer een wijziging van de uitvliegroutes in oostelijke richting vanaf de Zwanenburgbaan
opgenomen. Met deze wijziging is de verwachting dat het aantal afwijkingen van
luchtverkeerwegen overdag onder 3000 voet, voor zover dat samenhangt met parallel
starten, in de toekomst zal afnemen. Het ontwerp-LVB is u bij brief van 6 september 2007
aangeboden in het kader van de in de wet vastgelegde voorhang van wijzigingen van het
LVB (VenW/DGTL-2007/10193).
Bestuursrechtelijke afhandeling overschrijdingen grenswaarden geluid
Ten aanzien van de maatregelen die de inspecteur-generaal AAS, LVNL en KLM op 7 mei
2007 in verband met de overschrijdingen van grenswaarden geluid in het gebruiksjaar 2006
heeft opgelegd merk ik op dat deze bij besluit van 26 juli 2007 door de inspecteur-generaal
zijn ingetrokken. De directe aanleiding hiervoor is mijn brief van 13 juli 2007 waarin AAS en
LVNL zijn geïnformeerd over de aanvaarding van het MER voor de korte termijn en mijn
besluit om op basis van dit MER, en in lijn met het Aldersakkoord, voor de korte termijn het
huidige LVB te wijzigen. Zoals ik hiervoor reeds aangaf, heb ik u de ontwerpwijziging van
het LVB 6 september j.l. toegezonden. Hierin is de voorgenomen wijziging van
grenswaarden voor de geluidbelasting in handhavingspunten opgenomen.
In reactie op vragen van de Tweede Kamer heb ik reeds aangegeven dat de inspecteur-
generaal voornemens was om voor het gebruiksjaar 2007 op basis van voornoemd besluit
anticiperend te gaan handhaven. Dit houdt met name in dat voor het gebruiksjaar 2007 zal
worden gehandhaafd, rekening houdend met de grenswaarden zoals die in het ontwerp-
LVB zijn opgenomen.
Uit het ontwerp-LVB blijkt dat de gewenste aanpassing van grenswaarden voor de
geluidbelasting onder meer hogere grenswaarden oplevert voor de handhavingspunten bij
de Buitenveldertbaan die in het gebruiksjaar 2006 overschreden zijn. Deze verhoging zorgt
ervoor dat de kans op een overschrijding van de grenswaarden in deze handhavingspunten
dusdanig klein is geworden dat er voor de inspecteur-generaal onvoldoende reden is om de
maatregelen van 7 mei 2007 in stand te houden. De inspecteur-generaal heeft daarbij
gehandeld overeenkomstig artikel 8.22, derde lid, van de Wet luchtvaart.
Aangezien bovengenoemde ontwikkeling in juli heeft plaatsgevonden wordt hierop in de nu
voorliggende rapportage, die de periode 1 november 2006 tot 1 mei 2007 betreft, niet
ingegaan.
---
IVW/LuLu/07NU000605
Nadere bijzonderheden hierover zullen uiteraard wel aan de orde komen in de volgende
rapportage die na 1 november 2007 wordt opgesteld en betrekking heeft op het gehele
gebruiksjaar 2007.
Handhaving slots
Ten aanzien van het onderwerp `slots' wordt opgemerkt dat de Inspectie in de eerste helft
van het gebruiksjaar 2007 een procedure ontwikkeld heeft om `slots' te gaan handhaven.
Deze actie vloeit voort uit het feit dat de Inspectie een handhavende rol heeft toebedeeld
gekregen. Deze is gebaseerd op EU-verordening nr. 793/2004 inzake wijziging van EU-
verordening nr. 95/93 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van 'slots'
op communautaire luchthavens. De verplichting om in geval van slotsmisbruik effectieve en
proportionele sancties/maatregelen aan luchtvaartmaatschappijen op te leggen is vervolgens
uitgewerkt in de wijziging van het Besluit slotallocatie van 15 september 2005.
De handhavingsrapportage Schiphol bevat in principe alleen onderwerpen die voortvloeien
uit hoofdstuk 8 van de Wet luchtvaart, het LVB en (voor wat betreft het toezicht op de
naleving van hoogtebeperkende objecten) het Luchthavenindelingbesluit (LIB). De
slotshandhaving is echter van betekenis voor het beheersbaar houden van de ontwikkeling
van de geluidbelasting. De verwachting is dat in de tweede helft van het gebruiksjaar 2007
door de Inspectie concrete acties worden ondernomen om slotsmisbruik door
luchtvaartmaatschappijen aan te pakken. Om die reden zal de inspecteur-generaal u in het
vervolg via de handhavingsrapportage Schiphol over deze acties informeren.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Camiel Eurlings
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat