Productschap Diervoeder

09/10/2007

Certificatie leveranciers nieuwe EU lidstaten in relatie tot Protocol P 10

Bestemd voor: Certificatie-instellingen en GMP+ : 2006 deelnemers

In de praktijk is gebleken dat de certificatienormen voor leveranciers van granen uit de 10 nieuwe EU lidstaten niet altijd goed worden toegepast. Dit heeft waarschijnlijk kunnen ontstaan omdat vóór toetreding tot de EU deze leveranciers niet GMP+ waren gecertificeerd en het Protocol P 10: monitoring granen, zaden en peulvruchten werd toegepast door de afnemers. Sinds toetreding tot de EU per 1 mei 2004 moet de leverancier uit die nieuwe lidstaten gecertificeerd zijn, maar toch werd het Protocol P 10 nog toegepast. Het spreekt van zich dat de gecertificeerde leveranciers van granen uit de nieuwe EU lidstaten zullen moeten voldoen aan de normen van de GMP+ standaard die van toepassing is.

Het Protocol P 10: monitoring granen, zaden en peulvruchten heeft als doelgroep de verladers van die producten van niet-EU 15 origine per zeeboot, coaster, binnenvaartlichter, trein, auto, etc. De verlader is als zodanig gecertificeerd en hij moet aantoonbaar de aanvullende GMP+
-borging toepassen. Naast deze algemene voorwaarden is daar na de uitbreiding van de EU in 2004 aan toegevoegd, dat bij herkomst uit de 10 nieuwe lidstaten ook de leverancier is gecertificeerd (bijv. GMP B2).

De leveranciers uit die 10 nieuwe lidstaten zijn dus GMP+ : 2006 gecertificeerd en moeten voldoen aan alle voorwaarden van de standaard, die van toepassing is, bijvoorbeeld de B2 standaard. Handel in voedermiddelen kan zowel geschieden in GMP+ als niet-GMP+ producten. Producten kunnen dus ook betrokken worden van niet GMP+ gecertificeerde bedrijven, maar die zullen als niet-GMP+ producten strikt gescheiden worden gehouden van de GMP+ producten. Het Protocol P 10 voor granen, zaden en peulvruchten zal in principe alleen aan het begin van de GMP+ keten worden toegepast.