Groen!
Brussel, 5 oktober 2007
Leterme veegt kernafval onder de mat
Weer pech voor formateur Leterme. Een van de weinige punten waar de
kibbelende oranje-blauwe partijen het over eens zijn, met name dat
tijdens deze legislatuur een beslissing wordt genomen over de
onomkeerbare berging van hoogradioactief kernafval op grote diepte, is
totaal onrealistisch en zelfs onverantwoord. Tot dit besluit kwam een
delegatie van parlementsleden van Groen! en Ecolo na een bezoek aan
het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK) in Mol.
Uit een in maart 2007 uitgelekt geheim advies van de Nationale
Instelling voor Radioactief Afval en Splijtstoffen (NIRAS) werd reeds
duidelijk dat de lopende onderzoeksprogrammas met betrekking tot de
ondergrondse berging in de Kempense kleilagen nog lang niet afgerond
zijn. Hierdoor kan de evaluatie van de aan- of afwezigheid van
onoverkomelijke gebreken in het voorgestelde bergingsconcept pas ten
vroegste rond 2020 plaatsvinden. Bovendien dekken de lopende
onderzoeksprogrammas lang niet alle soorten hoogradioactief afval. Zo
beperken de projecten zich voornamelijk tot het onderzoek naar de
berging van verglaasd afval uit nucleaire opwerkingsfabrieken, daar
waar een belangrijk deel van het te bergen afval bestaat uit gebruikte
kernbrandstofelementen en MOX-staven uit de kerncentrales.
Om zich van de toestand te vergewissen trokken vandaag een aantal
groene parlementsleden naar het SCK, waar ze gedurende enkele uren in
gesprek gingen met de verantwoordelijken van de onderzoeksprojecten
naar de diepgeologische berging van hoogradioactief afval. Sinds de
jaren 80 wordt hiernaar in Mol actief onderzoek verricht, onder meer
in een experimenteel laboratorium op 220 meter diepte.
De groene parlementsleden stelden vast dat het onderzoek naar de
berging van hoogradioactief afval in Mol op een ernstige wijze en door
toegewijde mensen gebeurt. Maar tevens werden de bevindingen uit het
uitgelekte NIRAS-rapport bevestigd. Het lopende onderzoek is verre van
af en naar een aantal belangrijke aspecten, zoals de strategie voor de
conditionering en berging van het zeer gevaarlijke plutonium, is
momenteel geen enkele studie beschikbaar.
In die omstandigheden is het totaal onaanvaardbaar en zelfs
onverantwoord dat een toekomstige regering in de loop van haar
legislatuur een beslissing zou nemen over de definitieve berging van
langlevend en hoogradioactief afval in de Molse ondergrond, zoals
Leterme enkele weken geleden in zijn tweede formateursnota schreef.
Leterme wil het onopgeloste kernafvalprobleem snel onder de mat
schuiven of in dit geval letterlijk snel in de grond stoppen. Op die
manier hoopt hij ongetwijfeld het draagvlak voor het langer openhouden
van de kerncentrales van Electrabel te vergroten.
Het getuigt absoluut niet van goed bestuur om in de huidige
omstandigheden, met onze gebrekkige kennis en inzichten in onder
andere de migratie van de nucleaire elementen door de kleilagen, reeds
een definitieve beslissing te nemen over de bergingsoptie voor dit
gevaarlijke en eeuwig stralende kernafval.
Het is evenmin aanvaardbaar dat België in deze omstandigheden
buitenlands hoogradioactief afval opslaat. Het transport, eerder deze
week, van 2 brandstof staven vanuit Spanje naar het SCK is niet alleen
gevaarlijk maar ook onverantwoord in het licht van het onopgeloste
kernafvalprobleem waar België mee opgezadeld zit
Volgende parlementsleden namen deel aan het bezoek aan het SCK: Voor
Groen!: Europarlementslid Bart Staes, Senator Freya Piryns, Vlaams
volksvertegenwoordigers Eloi Glorieux en Rudi Daems, provincieraadslid
Ethel Brits. Voor Ecolo: Kamerlid Muriel Gerkens.
Het uitgelekte geheime rapport betreft het Eensluidend advies van
NIRAS aan het opvolgingscomité van de kernprovisie-vennootschap in
verband met de voorzieningen voor de ontmanteling van de kerncentrales
en voor het beheer van splijtstoffen bestraald in onze kerncentrales,
van maart 2007.