Rechtbank acht criminele organisatie niet bewezen
Arnhem, 5 oktober 2007 - De rechtbank Arnhem heeft vandaag uitspraak
gedaan in de zaak tegen drie mannen die verdacht werden van deelneming
aan een criminele organisatie, het plegen van ontuchtige handelingen
met minderjarige jongens en het ronselen van deze jongens voor
escortbureau Best Boys.
In deze zaak heeft de rechtbank niet de overtuiging verkregen dat er
sprake is van een criminele organisatie. Daarvoor acht de rechtbank
onvoldoende bewijs aanwezig. Dat neemt niet weg dat elke verdachte in
deze strafzaak voor meerdere zedenzaken wordt veroordeeld.
Tijdens het debat ter zitting heeft de officier van justitie
aangevoerd dat de handelingen van verdachten in hun onderlinge
samenhang moeten worden beschouwd. Hun handelingen zijn er volgens de
officier op gericht geweest om stelselmatig minderjarigen te ronselen
voor de escort en voor eigen seksueel genot. Dat niet alle gevallen
van exploitatie van minderjarigen in de prostitutie en andere vormen
van misbruik van minderjarigen op de dagvaarding werden geplaatst, had
volgens de officier van justitie te maken met de beperkte
onderzoeksruimte en tijd. De getuigenverklaringen en andere
bewijsmiddelen geven volgens de officier van justitie voldoende
aanknopingspunten om aan te nemen dat door verdachten veel meer
strafbare feiten in groot verband zijn gepleegd.
De rechtbank oordeelt dat de bewezen geachte feiten aantonen dat
verdachten kennelijk gemakkelijk - althans anders dan incidenteel -
strafrechtelijke grenzen overschrijden ten aanzien van psychologisch
kwetsbare jongeren. De drie verdachten hebben niet alleen de grenzen
van goede zorg en moraal en fatsoen overschreden, maar ook een
strafrechtelijke grens. De verdachten 1 en 2 hebben zelfs ten aanzien
van jongens die aan hun zorg waren toevertrouwd seksuele delicten
gepleegd. Dit vraagt inderdaad om een zware strafrechtelijke reactie.
Veroordeling
De rechtbank ziet, mede gelet op de justitiële documentatie van
verdachten en anders dan de officier van justitie, geen aanleiding te
veronderstellen dat de voor dit soort zedenzaken gangbare strafmaat in
het geval van verdachten te licht zouden zijn om hen te weerhouden van
het plegen van soortgelijke feiten in de toekomst.
De rechtbank acht minder feiten bewezen dan de officier van justitie.
Daarnaast deelt de rechtbank de mening van de officier niet dat bij de
huidige, beperkte kennis van de persoonlijke omstandigheden van
verdachten extra zwaar gestraft moet worden. Daarom komt de rechtbank
tot een lagere strafoplegging dan geëist.
Uitspraak 45-jarige verdachte
De rechtbank neemt het de 45-jarige verdachte bijzonder kwalijk dat
hij minderjarige jongens in de escort heeft gebracht en ontucht heeft
gepleegd met kwetsbare minderjarige jongens waarbij een speciale
verhouding een rol speelde (ondergeschikt zijn, het scheppen van een
speciale band door het geven van aandacht dan wel aan zijn zorg
toevertrouwd zijn). Verder rekent de rechtbank verdachte zwaar aan dat
er bij hem thuis een grote hoeveelheid kinderporno is aangetroffen en
dat hierbij sprake was van foto's van eveneens kwetsbare minderjarige
jongens die bij hem thuis over de vloer kwamen. De rechtbank
veroordeelt de 45-jarige verdachte tot een gevangenisstraf van drie
jaren en zes maanden (LJN BB4877).
Uitspraak 29-jarige verdachte
De rechtbank neemt het de 29-jarige verdachte bijzonder kwalijk dat
hij ontucht heeft gepleegd met kwetsbare minderjarige jongens waarbij
een speciale verhouding een rol speelde (het scheppen van een speciale
band door het geven van aandacht dan wel aan zijn zorg toevertrouwd
zijn). Verder rekent de rechtbank verdachte zwaar aan dat er bij hem
thuis een grote hoeveelheid kinderporno is aangetroffen en dat hierbij
sprake was van foto's van (hem zelf met) eveneens kwetsbare
minderjarige jongens die bij hem thuis over de vloer kwamen. De
rechtbank veroordeelt de 29-jarige verdachte tot een gevangenisstraf
van twee jaren (LJN BB4886).
Uitspraak 46-jarige verdachte
De rechtbank neemt het de 46-jarige verdachte bijzonder kwalijk dat
hij een kwetsbare minderjarige jongen in de escort heeft gebracht, een
kwetsbare minderjarige jongen feitelijk in zijn eerbaarheid heeft
aangerand door middel van webcam-seks, ontucht heeft gepleegd met een
dertienjarig meisje en een minderjarige jongen heeft verleid. Hierbij
tekent de rechtbank aan dat de ontucht met het minderjarige meisje
meer dan 12 jaar geleden heeft plaatsgevonden en dat de webcam-seks
met de minderjarige jongen, zoals blijkt uit een
deskundigenrapportage, hem verminderd kan worden toegerekend. De
rechtbank veroordeelt de 46-jarige verdachte tot een gevangenisstraf
van twee jaren (LJN BB4879).
LJ Nummers
BB4877
BB4886
BB4879
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum actualiteit: 5 oktober 2007 Naar boven
Gerechtelijke organisatie