Partij van de Arbeid

Den Haag, 4 oktober 2007

Vragen van de leden Samsom en Vermeij (beiden PvdA) aan de minister van Verkeer en Waterstaat

over RandstadRail


* Kent u de brief van het Stadsgewest Haaglanden (kenmerk: SHO7.1729) van 24 september 2007 gericht aan de raadscommissies verkeer van de gemeenten den Haag, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp en Zoetermeer waarin wordt ingegaan op de stand van zaken met betrekking tot RandstadRail?


* Wat is uw oordeel op het gegeven dat het stadsgewest Haaglanden heeft aangegeven dat het proefbedrijf op de Oosterheemlijn al rond 10 september 2007 heeft voldaan aan de normen, zoals die door de Inspectie Verkeer en Waterstaat zijn gesteld?


* Is het juist dat Inspectie Verkeer en Waterstaat toestemming heeft gegeven voor het starten van het zogenaamde reizigersbedrijf op de Erasmuslijn en dat de Inspectie Verkeer en Waterstaat zich tot nu toe in het overleg met het Stadsgewest Haaglanden over de Oosterheemlijn niet bereid heeft verklaard om voor deze lijn eveneens toestemming te geven?


* Waarom heeft de Inspectie Verkeer en Waterstaat bij de Erasmuslijn wel voor een tijdelijke oplossing gekozen en is dit bij de Oosterheemlijn nagelaten, terwijl deze lijnen qua wisselproblematiek niet verschillend zijn?


* Kunt u aangeven of IVW zich momenteel nog op praktische veiligheidsreden beroept om geen toestemming te geven om het reizigersvervoer op de Oosterheemlijn te hervatten? Zo ja, kunt u die veiligheidsredenen benoemen?


* Hoe beoordeelt de minister van Verkeer en Waterstaat de gang van zaken bij de Inspectie Verkeer en Waterstaat met betrekking tot de gang van zaken rond Oosterheemlijn van Randstadrail tegen de achtergrond dat dagelijks duizenden Haaglanders op een andere wijze met veel tijdverlies hun bestemming moeten bereiken en bovendien slecht geïnformeerd worden over de gang van zaken?


* Kunt u aangeven wanneer het vervoer op de Oosterheemlijn en De Krakeling hervat gaat worden? Zo neen, waarom niet?