Vereniging Reizigers Openbaar Vervoer (ROVER)


PERSBERICHT

NS vergeet prijs/kwaliteitverhouding

De consumentenorganisaties in het LOCOV (Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad), Consumentenbond, Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO), Fietsersbond, Landelijke Studentenvakbond LSVb en Reizigersvereniging ROVER) zijn het eens met de plannen van de NS om sterker op klantoordelen te gaan sturen. Dat voornemen van de NS staat in het Vervoerplan 2008. Naast de rapportcijfers van reizigers dienen echter ook in de toekomst hardere meetgegevens - zoals de kans dat een reiziger zijn aansluiting haalt - een rol te blijven spelen bij het beoordelen van de prestaties van de NS. Maar de allerbelangrijkste graadmeter ontbreekt in de plannen van de NS: de prijs/kwaliteitverhouding.

In het jaarlijkse vervoerplan zet de NS op een rij welke prestaties zij wil gaan leveren. De Tweede Kamer moet deze plannen goedkeuren en het Ministerie van Verkeer en Waterstaat controleert of de afspraken realistisch zijn en of de NS in staat is, hieraan te voldoen. Dat klantoordelen hierbij een belangrijke plaats innemen betekent niet dat harde cijfers kunnen vervallen. In combinatie met de `zachtere' klantoordelen vormen ze een onmisbaar sturingsinstrument voor de NS zelf en de overheid. Een aandachtspunt bij álle indicatoren blijft, dat zij een gemiddelde uitdrukken voor het hele land en voor alle tijdstippen waarop treinen rijden. Zij geven geen zicht op kritieke gebieden of dagdelen waar het prestatieniveau beneden een nog vast te stellen minimum daalt. De consumentenorganisaties vinden daarom dat negatieve uitschieters moeten worden gesignaleerd, en dat hiervoor dus een ondergrens moet worden vastgesteld. Dit is voor het volgen en sturen van de prestaties op kritieke gebieden of tijdstippen van wezenlijk belang.

Er ontbreekt een belangrijke indicator in de plannen, namelijk het klantenoordeel over de prijs/kwaliteitverhouding. Wanneer dat ongunstig uitvalt gaat de klant normaal gesproken naar de concurrent, maar voor het vervoer per trein kan dat niet. De prijzen van de diensten worden door NS bepaald, terwijl onduidelijk is of de klant vindt dat hij waar voor zijn geld krijgt. Als maatschappelijke onderneming moet de NS in ieder geval oog hebben voor dit punt. Klanten lok je immers niet met een te duur product. De NS heeft in het verleden aangegeven dat de reiziger geen goed oordeel over de prijs-kwaliteitverhouding kan geven omdat hij niet in staat zou zijn, een juiste vergelijking tussen treintarieven en autokosten te maken. Deze stellingname wijzen de consumentenorganisaties van de hand. Het kan niet zo zijn dat de NS enerzijds stelt dat het oordeel van de klant zeer belangrijk is, en anderzijds dat de klant niet in staat is een oordeel te vellen. Overigens zou de stellingname van de NS betekenen dat reizigers ook geen mening kunnen hebben over bij voorbeeld zitplaatskans (in de auto is die 100%) of aansluitingen (automobilisten hoeven nooit over te stappen). De consumentenorganisaties verlangen dus dat de indicator `prijs/kwaliteitverhouding' alsnog als indicator in de lijst van beoordelingscriteria wordt opgenomen.

Verder vinden de consumentenorganisaties dat de NS ook nu weer de lat te laag legt. Zo is de NS al tevreden met slechts een marginale stijging van het klantoordeel over op tijd rijden, terwijl de robuustere dienstregeling 2007 toch duidelijk ontworpen is om hierin verbetering te brengen, en ligt de kans dat de reiziger een conducteur tegenkomt volgens het Vervoerplan op minder dan 50 procent. Pagina geplaatst: 2 oktober 2007