Schoonmaakbranche wil veiligheidstoets in bouwvergunning
02/10/2007 16:52
Pauw, Sanders, Zeilstra & Van Spaendonck
De Ondernemersvereniging Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten (OSB), waaronder ook glazenwassers vallen, wil dat bouwvergunningen in de toekomst niet kunnen worden verleend zonder dat er is getoetst of het gebouw veilig kan worden onderhouden. De branche hoopt op de medewerking van de commissie WWI van de Tweede Kamer om er bij de minister op aan te dringen snel maatregelen te nemen tegen onveilig werken op hoogte. In samenwerking met de Arbeidsinspectie en de vakbonden heeft de OSB een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI?) opgesteld. Hiermee heeft de branche invulling gegeven aan haar verantwoordelijkheden inzake het veilig werken op hoogte. Henk van Weerdenburg, voorzitter van de OSB, heeft dit document op 2 oktober overhandigd aan de voorzitter van de commissie, Ineke van Gent.
De OSB is van mening dat een gebouw zo moet worden ontworpen dat het ook veilig gebouwd, onderhouden en gesloopt kan worden. De veiligheid van onderhoudspersoneel moet uit de concurrentiesfeer blijven. Dit kan heel eenvoudig getoetst worden tijdens de aanvraag van een bouwvergunning, en zal de (administratieve) lasten niet onnodig verhogen.
De individuele glazenwasser moet voor het wassen van een pand een project RI? maken. Een bronaanpak zoals een gevelinstallatie of een glazenwasserbalkon heeft daarbij de voorkeur, maar vereist veelal aanpassingen aan het gebouw. De glazenwasser is niet in staat deze voorzieningen zelf te realiseren, maar is daarbij afhankelijk van de gebouweigenaar. De verantwoordelijkheden van ontwerper en gebouweigenaar zijn echter niet in de wet verankerd.
Alle glazenwassers hebben deze week een praktische RI?-werkmap ontvangen met checklists e.d. Deze werkmap is gefinancierd uit de heffingsgelden van het Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA).