Raad van State
Uitspraak
Zaaknummer: 200704954/2
Publicatie datum: maandag 1 oktober 2007
Tegen: het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland
Proceduresoort: Voorlopige voorziening
Rechtsgebied: Kamer 1 - RO - Noord-Holland
---
200704954/2.
Datum uitspraak: 1 oktober 2007
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige
voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het
geding tussen onder meer:
{verzoekers}, beiden wonend te {woonplaats},
en
het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 24 april 2007 heeft het college van burgemeester en
wethouders van Heerhugowaard (hierna: het college) het plan tot
wijziging van het bestemmingsplan "Zuidwijk/Huygenhoek" (hierna: het
plan) vastgesteld.
Bij besluit van 12 juni 2007, kenmerk 2007-32855, heeft verweerder
beslist over de goedkeuring van dit plan.
Tegen dit besluit hebben onder meer verzoekers bij brief van 12 juli
2007, bij de Raad van State ingekomen op 17 juli 2007, beroep
ingesteld.
Voorts hebben zij de Voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te
treffen.
De Voorzitter heeft de zaak ter zitting behandeld op 17 september
2007, waar verweerder, vertegenwoordigd door mr. D. Westerval,
ambtenaar in dienst van de provincie, is verschenen. Voorts is als
partij gehoord het college, vertegenwoordigd door S.C.M. Waardenburg,
ambtenaar in dienst van de gemeente. Verzoekers zijn, zonder bericht
van verhindering, niet ter zitting verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het plan voorziet in de toekenning van een bouwvlak ten behoeve
van de realisering van een nieuwe woning aan het perceel {locatie} te
{plaats}.
2.2. Verzoekers voeren aan dat verweerder, door goedkeuring aan het
plan te hechten, heeft miskend dat het wat betreft de maximaal
toegestane breedte van het bouwvlak in strijd is met de welstandsnota
Heerhugowaard 2006. Voorts stellen zij dat het schaduwonderzoek
onvolledig is en dat zowel het college als verweerder niet voldoende
op de door hen aangevoerde argumenten zijn ingegaan.
2.3. Ter zitting is gebleken dat voornoemd perceel eigendom van de
gemeente Heerhugowaard is en dat nog geen aanvraag om bouwvergunning
ten behoeve van een nieuwe woning is ingediend. Omdat evenmin is
gebleken van concrete bouwplannen voor het perceel, acht de Voorzitter
het niet aannemelijk dat dit op korte termijn zal gebeuren. Gelet
hierop is van een spoedeisend belang van verzoekers bij schorsing van
het besluit van verweerder over de goedkeuring van het plan geen
sprake.
2.4. De conclusie is dat het verzoek om het treffen van een voorlopige
voorziening moet worden afgewezen.
2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van
State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. A. Kosto, als Voorzitter, in
tegenwoordigheid van mr. A.M.E.A. Neuwahl, ambtenaar van Staat.
w.g. Kosto w.g. Neuwahl
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 1 oktober 2007
280-464.