Toespraak op het Miljoenendebat, georganiseerd dooor de KvK Rivierenland te
Gorinchem.
toespraak | 01-10-2007 | Gorinchem, Staatssecretaris
Dames en heren,
Een goede merknaam kun je vaak herkennen aan het feit dat zo'n naam
samenvalt met een soortnaam. Maggi bijvoorbeeld. Of Spa.
Ik vind de naam Miljoenendebat ook wel in dat straatje passen. Sinds
Prinsjesdag lijk ik in een non-stop miljoenendebat te verkeren. Zowel
in de Kamer als op allerlei spreekbeurten. Maar nu ben ik bij Hét
Miljoenendebat. Dat klinkt toch alsof ik in het epicentrum ben
aangekomen.
Ik was blij met uw uitnodiging. Prinsjesdag brengt altijd de nodige
veranderingen en het nodige nieuws met zich mee. Ook voor ondernemers.
Het is een goed idee en nuttig om dan bij elkaar te komen en daarover
van gedachten te wisselen.
Miljoenennota
Dames en heren,
Graag geef ik u de komende minuten een `tour d'horizon' door het
Belastingplan.
Het Belastingplan is een wet, het is wetgeving. Het waarom, de
hoofdlijnen op maatschappelijke relevantie van de maatregelen zitten
in het achterliggende beleid. En je kunt het halen uit de
Miljoenennota. Daarom zal ik daar beginnen: bij de Miljoenennota en
bij de beleidsprioriteiten die ik mijzelf als staatssecretaris heb
gesteld.
De Miljoenennota bevat onze spelregels en de financiele speelruimte
voor de doelstellingen van het kabinet. Gezonde overheidsfinanciën en
gericht investeren. In de kwaliteit en kracht van de samenleving, de
kracht van de economie en in een duurzaamheid. We hebben een overschot
op de begroting van 1,0% in 2011. Daarin moeten de investeringen
passen.
De economie draait goed. Ook in internationaal perspectief doet
Nederland het goed.
Ook de Nederlandse overheidsfinanciën staan er beter voor dan het
gemiddelde van de eurozone.
Maar we willen het dak repareren als de zon schijnt. Daarom nemen we
juist nu minder plezierige maatregelen. We moeten ons voorbereiden op
de kosten van de vergrijzing, we willen de economische structuur
versterken en de arbeidsparticipatie verhogen.
We bereiken houdbare overheidsfinanciën op drie manieren.
1. Sparen: doordat we een overschot kunnen laten zien, betalen we een
deel van de staatsschuld af en sparen we in feite voor de toekomst.
Lagere schuld betekent lagere jaarlijkse rente-uitgaven en dus meer
ruimte op de begroting. We kunnen nu voor het eerst sinds 1954 een
begrotingsoverschot laten zien voor de komende vier jaar.
2. Het bevorderen van de arbeidsparticipatie zodat het draagvlak voor
de collectieve voorzieningen groter wordt. Hoe meer mensen er werken,
des te meer schouders zijn er waarover de lasten verdeeld kunnen
worden.
3. Het aanpassen van de voorzieningen op het gebied van vergrijzing,
zoals AOW en zorg.
Van verschillende kanten is kritiek gekomen dat het kabinet de lasten
zou verzwaren met 6,8 miljard. Wie dat zegt, maakt een karikatuur van
de werkelijkheid. Wat is het geval?
Toen vorig jaar alle politieke partijen hun verkiezingsprogramma's
opstelden, was al duidelijk dat hogere zorgpremies voor
lastenstijgingen zouden zorgen. In het coalitieakkoord hebben we toen
gezegd: ten opzichte van deze stand, geen verdere stijgingen. Het
kabinet heeft dus gekozen voor lastenneutraliteit voor burgers en
bedrijven over de gehele kabinetsperiode. Die belofte doen we gestand.
De lastenstijging door de zorg komt bovendien niet per se overeen met
wat mensen en bedrijven ervaren. Want we treffen bijvoorbeeld ook
maatregelen aan de uitgavenkant, die je niet ziet in de lastencijfers,
maar die wel een lastenverlichting inhouden voor mensen en bedrijven.
Bijvoorbeeld invoering van gratis schoolboeken en loonkostensubsidies.
Het uitgangspunt was: lastenneutraliteit over de periode 2008-2011. En
dat blijft het.
De overige maatregelen hebben vooral te maken met de
kabinetsdoelstellingen op gebied van energie en klimaat. We kiezen
voor een verschuiving van lasten op arbeid en winst naar lasten op
consumptie en milieu.
Over de hele kabinetsperiode gezien is het beeld duidelijk positief:
werkgelegenheid en koopkracht nemen over de hele linie toe, en de
overheidsfinanciën worden meer solide.
Speerpunten
Dames en heren,
Het milieu vervuilen kan heel goedkoop. Maar de maatschappelijke
kosten zijn hoog. Als je die kosten met belasting doorberekent kun je
een eerlijker prijs tot stand brengen.
Daarom kies ik voor een verschuiving van de belasting op arbeid en
winst naar het belasten van milieuvervuilend gedrag en consumptie.
Als staatssecretaris heb ik bij mijn aantreden drie speerpunten
geformuleerd. Daarmee ga ik de komende jaren aan de slag:
- Fiscale vergroening
- Innovatief ondernemerschap, en
- Vereenvoudiging
Vergroening: het klimaatbeleid staat bovenaan de agenda. We hebben een
verantwoordelijkheid om goed voor ons milieu te zorgen. Belastingen
kunnen daarbij een belangrijke rol spelen.
Innovatief ondernemerschap, omdat versterking daarvan van groot belang
is voor de Nederlandse economie. Innovatie leidt tot vooruitgang. Het
stimuleert creativiteit en vernieuwing en het is een manier, om de
problemen van vandaag en de toekomst op te lossen.
Vereenvoudiging, omdat hoge administratieve lasten al jaren irritatie
opwekken. En omdat de regels zo ingewikkeld zijn geworden dat ze
moeilijk uitvoerbaar zijn.
Belastingplan
Fiscale vergroening is het centrale thema van dit Belastingplan.
Het Belastingplan is een jaarlijks terugkerend fiscaal wetsvoorstel
dat voor een belangrijk deel de wijzigingen regelt die nodig zijn aan
de inkomstenkant van de Rijksbegroting.
Bijvoorbeeld op het terrein van mobiliteit, brandstoffen en afval
Mobiliteit
Met het vliegtuig naar Londen is soms goedkoper dan met de trein naar
Groningen. Maar de schade aan het milieu door vliegverkeer is fors.
Een vliegbelasting zorgt ervoor dat milieueffecten tot uitdrukking
komen in de prijzen van vliegtickets.
De vliegbelasting wordt geheven per vertrekkende passagier met een
vliegtuig vanaf een Nederlandse luchthaven.
Het is geen brandstofaccijns geworden. Dat kan niet vanwege Europese
regelgeving en internationale verdragen. Een belasting per passagier
is wél mogelijk. Onder andere Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk
kennen dit al.
Voor afstanden tot 2500 km en landen in de EU is het tarief 11 euro
25, voor langere afstanden 45 euro.
De heffing wordt opgelegd aan de luchthaven. Hij treedt in werking per
1 juli 2008.
Auto's moeten niet alleen zuiniger worden, maar ook schoner.
En de vervuiler betaalt. De hoogte van de belastingen op auto's gaat
afhangen van de milieuprestaties van de auto. De belasting op
vervuilende auto's en auto 's die veel brandstof verbruiken wordt
verhoogd. Belasting op schone en zuinige auto's verlaagd.
Het stimuleren van zuinige auto's doen we door een intensivering van
de bonus-malusregeling in de aanschafbelasting, de BPM. Zowel de bonus
als de malus worden verhoogd. Het verschil tussen de maximale bonus en
de maximale malus wordt bijna verdubbeld.
Daarnaast komt er voor zeer onzuinige auto's een CO2 toeslag van
EUR110 per gram CO2 uitstoot, boven een bepaalde grens aan CO2
uitstoot.
Voor zeer zuinige auto's komt er bovendien een halvering van het
tarief van de Motorrijtuigenbelasting. Net als een verlaging van de
bijtelling voor privé gebruik van een zeer zuinige auto van de zaak.
Brandstoffen
Het tarief voor diesel gaat volgend jaar met 3 cent omhoog. LPG gaat
omhoog met 1½ cent per liter.
Diesel is vergeleken met benzine een stuk vervuilender, terwijl de
totale belastingdruk op diesel lager is. LPG is schoner dan diesel,
maar gemiddeld vuiler dan moderne benzineauto's. Sinds 1994 is de
accijns op LPG nauwelijks verhoogd en hij is lager dan die voor diesel
en benzine.
Afval
Producten worden vaak verpakt. Daar zijn goede redenen voor, maar er
belandt wel dagelijks een flinke berg verpakkingsmateriaal in de
vuilnisbak. We willen dat producenten beter nadenken hoe ze hun
producten verpakken.
Daarom is er met ingang van 1 januari 2008 een verpakkingenbelasting.
De Verpakkingenbelasting past ook in het streven om milieuvervuiling
in marktprijzen tot uitdrukking te laten komen. Hij kan bijdragen aan
het terugdringen van de hoeveelheid verpakkingen. En hij draagt bij
aan een verschuiving naar verpakkingsmaterialen die minder schadelijk
zijn.
Want verpakkingsmaterialen gaan we verschillend belasten op basis van
hun milieukenmerken, naar hoeveelheid en soort.
Om administratieve lasten te beperken, is het streven om het aantal
belastingplichtigen zo klein mogelijk te houden. Belastingplichtig is
de producent of de importeur van de verpakking of de verpakte
producten. Door 2 procent van de bedrijven te belasten, kunnen we 95
procent van alle verpakkingen onder de verpakkingenbelasting brengen.
Innovatief ondernemerschap en Vereenvoudiging
Dames en heren,
Vergroening voert in dit belastingplan duidelijk de boventoon.
De twee andere speerpunten, zoals ik eerder zei, zijn innovatief
ondernemerschap en Vereenvoudiging.
Mijn speerpunten hangen natuurlijk in feite met elkaar samen:
als je de wereld groener wilt krijgen, door de bewegingen van mensen
en goederen te verminderen en te optimaliseren;
als je een slag wilt maken in administratieve lastenverlichting en
vereenvoudiging voor burgers en bedrijven;
als je ondernemerschap wilt versterken;
dan is innovatie voor en door ondernemers enorm belangrijk.
Innovatie draagt bij aan vergroening, aan vereenvoudiging en aan
innovatief ondernemerschap.
Veel gebeurde natuurlijk al. Denk aan zaken als de vereenvoudiging van
de afdrachtvermindering voor R&D, ofwel in het kader van de WBSO, in
overheidsjargon. De loonberekening per werknemer is vervallen. De
eindafrekeningsaangifte is afgeschaft en de regeling wordt uitgevoerd
door één uitvoeringsinstantie, SenterNovem.
En de WBSO wordt nog verder vereenvoudigd, met een nieuwe
berekeningswijze, en minder administratieve handelingen.
Ondernemers zijn met dit Belastingplan gebaat door verlaging van de
lastendruk voor mkb-ondernemers met een vennootschap. Dat zijn meestal
de mkb-ers met personeel.
Over de eerste 200.000 euro winst betaal je flink minder
vennootschapsbelasting.
Andere maatregelen op het gebied van innovatie en vereenvoudiging
volgen in een volgend Belastingplan of in een apart wetsvoorstel.
Werken lonend
Tot slot nog één ander belangrijk punt: het bevorderen van
arbeidsparticipatie. Als je wilt dat mensen met twee benen in de
samenleving staan, is inkomen en deelnemen aan het arbeidsproces heel
belangrijk. Dat bevorderen we bijvoorbeeld door het
inkomensafhankelijker maken van de arbeidskorting. De aanvullende
combinatiekorting gaat fors omhoog. Dat maakt de combinatie van arbeid
en zorg voor kinderen financieel aantrekkelijker.
Ik ben blij met het Belastingplan dat er nu ligt. Op het gebied van
vergroening van het Belastingstelsel hebben we een forse stap gezet.
Die stap volgt logisch uit het Coalitieakkoord. En we zijn zelfs nog
een stap verder gegaan.
De belastingdruk verschuift meer van arbeid en winst naar belastingen
op milieugrondslag. En er komen twee nieuwe belastingen. Dat betekent
dat dit Belastingplan een sprong maakt in de vergroening van ons
fiscale stelsel.
Fiscaliteit is er niet alleen om geld op te halen. Je kunt met
belastingen aansporen tot ander gedrag. Door maatschappelijke kosten
in de prijzen te verwerken. Dan kan de markt nog beter zijn werk doen.
Dit Belastingplan laat zien hoe dat kan.
Dank u wel.
Meer informatie
* Website Miljoenendebat
* Laatst aangepast: 05-10-2007