Beantwoording vragen van de leden Irrgang, Gill'ard en Ferrier over
Replenishment proces van het Global Fund
28-09-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door de leden Irrgang, Gill'ard en Ferrier over Replenishment
proces van het Global Fund. Deze vragen werden ingezonden op 24
september 2007 met kenmerk 2070800530.
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Bert Koenders
Antwoorden van de heer Koenders, minister voor
Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van de leden Irrgang, Gill'ard en
Ferrier over Replenishment proces van het Global Fund.
Vraag 1
Kunt u aangeven wat de Nederlandse inzet zal zijn bij het Global Fund
Replenishment proces op 26 en 27 september a.s. in Berlijn?
Antwoord
Het Global Fund is het financieringsmechanisme bij uitstek voor de
bestrijding van de drie grote ziekten Aids, Malaria en Tb. Het Global
Fund heeft in de korte tijd van haar bestaan indrukwekkende resultaten
laten zien. Het Global Fund is tevens een belangrijke speler in de
internationale gezondheidsarchitectuur en de coördinatie rondom
gezondheidssystemen gericht op het bereiken van MDG 4, 5 en 6. Naast
deze aandacht voor versterking voor gezondheidssystemen, heeft het
Global Fund een toenemende focus op gender en srgr, twee prioriteiten
van mijn beleid.
Om die reden zal ik mijn bijdrage aan het Global Fund verhogen met een
bedrag van 20 miljoen euro in 2009 en 30 miljoen euro in 2010, waarmee
de totale Nederlandse bijdrage aan het Global Fund vanaf 2010, 90
miljoen euro bedraagt.
Maar ik zal die verhoging eerst daadwerkelijk beschikbaar stellen op
het moment dat ook andere landen, met name de G8, hun bijdragen aan
het Global Fund substantieel verhogen. Nederlands is immers nu al
koploper in de financiering van hiv/aids, het is zaak dat G8 landen
hun verantwoording nemen en eerdere toezeggingen gestand doen.
Bij monde van de Aidsambassadeur, die mij in Berlijn vertegenwoordigt,
zal deze koppeling expliciet worden verwoord.
Mijn bijdrage maak ik tevens afhankelijk van de verdere bevordering
van de integratie van srgr en gender in voorstellen die door het
Global Fund worden gefinancierd, teneinde een effectieve inzet op MDG
3 en 5 te realiseren (zie antwoord vraag 4).
Vraag 2
Wat is de stand van zaken betreffende de absorptiecapaciteit van het
Global Fund?
Antwoord
De absorptiecapaciteit van het Global Fund wordt vooral bepaald door
de absorptiecapaciteit op landenniveau. Met een meer expliciete inzet
op gezondheidssystemen - bereiken van resultaten op gebied van
hiv/aids, tuberculose en malaria door het oplossen van knelpunten in
de dienstverlening - zal deze naar verwachting toenemen. De trends van
de laatste rondes lijken te wijzen op een toenemend aantal ingediende
goede voorstellen. In de vijfde ronde werd voor USD 726 miljoen aan
voorstellen goedgekeurd; dit was USD 847 miljoen voor ronde 6 en de
eerste berichten over ronde 7 geven aan dat het bestuur in november
gevraagd wordt om voor USD 1,3 miljard aan nieuwe voorstellen goed te
keuren. Met nieuwe beleidsmatige ontwikkelingen als het "Rolling
Continuation Channel" (opschalen van succesvolle programma's naar de
eerste fase van 5 jaar) zal absorptiecapaciteit naar verwachting
verder toenemen.
Ook andere ontwikkelingen - zoals de ondertekening van een compact
tussen ontwikkelingslanden, internationale organisaties en bilaterale
donoren over betere coördinatie rondom de versterking van
gezondheidsystemen (International Health Partnership, gelanceerd te
Londen op 5 september 2007) - zullen op termijn bijdragen aan een
grotere absorptiecapaciteit op landenniveau.
Vraag 3
Hoe kijkt u aan tegen (verdere) verhoging van de Nederlandse bijdrage
indien andere lidstaten hun bijdragen verhogen naar een vergelijkbaar
niveau?
Antwoord
Zie antwoord vraag 1.
Vraag 4
Welke rol speelt Nederland ten opzichte van andere landen met
betrekking tot aandacht voor gender en de inspanningen voor
gezondheidssystemen in de breedte?
Antwoord
Nederland heeft altijd duidelijk ingezet op beide thema's, en deze
vormen ook een prioriteit voor de Point Seven kiesgroep waarin
Nederland deelneemt, samen met Zweden, Noorwegen, Denemarken, Ierland
en Luxemburg. Gender aspecten zijn niet altijd goed geïntegreerd in
voorstellen, hetgeen een reflectie is van de lage prioriteit die
gender in veel landen heeft. Mede op aandringen van de Point Seven
kiesgroep zijn de richtlijnen voor de zevende ronde voorstellen,
waarover het bestuur in november ene besluit neemt, verder
aangescherpt.
Global Fund is nu al een belangrijke bron van financiering voor
gezondheidssystemen in de breedte. Resultaten op gebied van hiv/aids,
tuberculose en malaria zijn alleen te behalen als knelpunten in de
dienstverlening aangepakt worden. Bij strategisch gebruik van
financiering bereiken landen niet alleen de beoogde resultaten op
hiv/aids, tuberculose en malaria, maar ook bredere systeem effecten.
Zo wist Rwanda met financiering voor hiv/aids en tuberculose niet
alleen de gestelde specifieke doelen te bereiken maar verdubbelde ook
het aantal kinderen dat gevaccineerd werd en steeg het aantal zwangere
vrouwen dat voor controle naar de kliniek ging. De bestaande
flexibiliteit kan echter veel beter benut worden dan tot nu toe
gebeurt. Dat is enerzijds een kwestie van communicatie, Global Fund
moet de bestaande flexibiliteit duidelijk benadrukken. In de eerder
genoemde richtlijnen voor de zevende ronde voorstellen is het belang
van gezondheidssystemen op aandringen van het bestuur nu heel
expliciet opgenomen. Anderzijds is dit ook een kwestie van technische
assistentie op landenniveau. Zowel WHO als Wereldbank hebben recent
aangegeven veel meer prioriteit te willen geven aan
gezondheidssystemen, en beter te willen samenwerken om landen te
adviseren over de versterking van gezondheidssystemen. Ik heb er
vertrouwen in dat deze verschuivende prioriteit ook zal resulteren in
verbetering van de technische assistentie op gebied van
gezondheidssystemen op landenniveau.
Vraag
Kunt u deze vragen, vóór bovengenoemde bijeenkomst in Berlijn, zo
spoedig mogelijk beantwoorden?
Antwoord
Vanwege verblijf in het buitenland is tijdige beantwoording helaas
niet mogelijk gebleken.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken