Partij voor de Dieren
30-09-2007
Partij voor de Dieren stelt vragen over de subsidiering door de staat
aan het Koninklijk Jachtdepartement
Den Haag, 30 september 2007- De Partij voor de Dieren heeft
vervolgvragen gesteld over de bijdrage van de staat aan het Koninklijk
Jachtdepartement. Na vier maanden gaf de regering afgelopen vrijdag
schoorvoetend toe dat het Koninklijk Jachtdepartement volledig betaald
wordt vanuit gemeenschapsgeld. Bij het Verantwoordingsdebat dat
afgelopen mei plaatsvond heeft Marianne Thieme aan de minister van
Financiën gevraagd waarom in de begroting voor het Koninklijk Huis
geen afzonderlijke post is opgenomen voor het Koninklijk
Jachtdepartement. Thieme wilde weten hoe het Jachtdepartement
gefinancierd wordt en waarom de begroting ervan niet openbaar is.
De vragen:
Vervolgvragen van het lid Thieme (Partij voor de Dieren) aan de
minister van Wonen, Wijken en Integratie, minister van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit en de minister van Algemene Zaken over de
bijdrage van de staat aan het Koninklijk Jachtdepartement
1. Kunt u verdere inzage geven in de financiering van het Koninklijk
Jachtdepartement, de betaalde bedragen aan het Koninklijk
Jachtdepartement over de afgelopen vijf jaar en welke ministeries
hier aan hebben bijgedragen en op welke wijze zij de inkomsten
voor deze uitgaven hebben gegenereerd?
2. Kunt u gespecificeerd inzicht geven in de bedragen welke in de
afgelopen 5 jaar gedeclareerd zijn door het Koninklijk
Jachtdepartement bij het ministerie van VROM en bij andere
ministeries?
3. Kunt u de kamer tevens de onderliggende stukken, facturen en
begrotingsposten inclusief accountantsverklaringen toezenden? Zo
neen, waarom niet en in hoeverre verhoudt zich dit tot de Wet
Openbaarheid Bestuur?
4. Kunt u aangeven welke departementen een bijdrage leveren aan
kosten gemaakt voor of door het Koninklijk huis, zoals recent
bekend werd dat het ministerie van defensie in het onderhoud van
de Groene Draeck voorziet en het ministerie van VROM en BiZa in de
kosten van het Koninklijk Jachtdepartement?
5. Kunt u aangeven wat u verstaat onder "functionele kosten" waar het
Koninklijk jachtdepartement betreft? Kunt u tevens aangeven welke
verschillen u ziet tussen "jacht" en "faunabeheer"? En kunt u
daarbij aangeven op basis van welke criteria een onderscheid wordt
gemaakt tussen `jacht' en `faunabeheer', wie deze criteria heeft
bepaald en wie controle uitoefent op het juist hanteren van deze
criteria?
6. Kunt u aangeven waarom de kosten van het Koninklijk
Jachtdepartement niet in de begroting zijn opgenomen en waarom u
van mening bent dat sprake is van "functionele kosten" en om welke
functioneel kosten het dan precies gaat?
7. Kunt u aangeven waarom u het rechtvaardig vindt dat Nederlandse
burgers meebetalen aan de jacht van het Koninklijk huis?
8. Kunt u aangeven wanneer er sprake is van uitoefening van de
jachthobby van leden van het Koninklijk huis, hun genodigden en/of
personeel en wanneer van faunabeheer en kunt u aangeven waar dat
onderscheid is vastgelegd, welke criteria worden gehanteerd en wie
de vaststelling en controle daarop uitoefent? Kunt u daarbij
aangeven in hoeverre de controleur onafhankelijk is?
9. Kunt u aangeven welke zekerheidsmechanismen zijn ingebouwd om de
subsidiering van hobbyjacht door leden van het Koninklijk Huis,
hun genodigden en/of het personeel van het Koninklijk Huis te
voorkomen?
10. Kunt u aangeven of in geval van hobbyjacht door Koninklijk Huis
gebruik wordt of is gemaakt van faciliteiten, personeel, materieel
en infrastructuur welke is bekostigd uit de overheidsbijdrage aan
het Koninklijk Jachtdepartement? Zo ja, wordt hiervoor dan een
vergoeding betaald en is deze marktconform? Zo neen, hoe is dit
bepaald en wie controleert dat?
11. Deelt u de mening dat faunabeheer welke hobbymatig wordt
uitgeoefend niet in aanmerking zou moeten komen voor directe of
indirecte staatssteun? Zo ja, bent u bereid tot zodanige
beleidswijziging dat de hobbyjacht niet langer voor staatssteun in
aanmerking komt? Zo neen, waarom niet en op welke gronden
rechtvaardigt u staatssteun aan de uitoefening van ene hobby?
12. Is het waar dat het Kroondomein het Loo van 25 september tot 26
december gesloten is voor het publiek, terwijl het gebied in 1959
door Prinses Wilhelmina aan de staat is geschonken?
13. Welke bepaling in de wet op het Kroondomein rechtvaardigt een
openstellingbeperking? Is een kroondomein niet gehouden zijn tot
elders gehanteerde openstellingsverplichting?
14. Waarin verschilt een mogelijke noodzaak tot beperking van de
openstelling van een Kroondomein zich van soortgelijke situaties
op andere landgoederen en natuurgebieden die eigendom zijn van de
staat of van particulieren?
15. Bent u bereid om volledige openstelling gedurende het gehele jaar
in te voeren voor het kroondomein? Zo ja, op welke termijn? Zo
neen, waarom niet?