Intrekking hoger beroep bouwzaken
28 september 2007
Het OM en het gros van de verdachten in de zgn. bouwzaken hebben
recent het hoger beroep ingetrokken omdat zij geen belang meer zien in
voortzetting van dit hoger beroep. De zaak tegen één rechtspersoon
(en één feitelijk leidinggevende van die rechtspersoon) wordt
voortgezet. Op 10 oktober as. zal een aanvang worden gemaakt met de
behandeling van het hoger beroep in deze twee zaken.
Bij de intrekking van het hoger beroep in de meeste bouwzaken spelen
verschillende aspecten, die voor een deel na de uitspraak door de
rechtbank tot uiting zijn gekomen, een rol. Het gaat hierbij om de
gedragsverandering binnen de branche en binnen de afzonderlijke
bedrijven en de (publiekelijke) boetedoening door de bedrijven waarbij
grote sommen geld aan opdrachtgevers en de Nma zijn betaald. Voor het
OM geldt daarbij nog dat het verwacht dat het Gerechtshof, gelet op
deze aspecten in deze zaken, niet tot het opleggen van hogere straffen
zal komen.
De rechtbank Rotterdam veroordeelde op 9 juni 2005 vier rechtspersonen
en een aantal leidinggevende natuurlijke personen terzake van onder
meer deelname aan een organisatie die het oogmerk had het plegen van
misdrijven in de sfeer van de mededingingswetgeving.
Deze vonnissen zijn, voor zover de zaken zijn ingetrokken, thans
onherroepelijk geworden.
Openbaar Ministerie