Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
Rotterdam, 18 september 2007
Binnenvaart en logistiek in de Rijksbegroting 2008: Politieke moed gevraagd om eindelijk eens knopen door te hakken
Voor belangenorganisaties is het de gewoonte om op Prinsjesdag te reageren op de voornemens
van de politiek verantwoordelijken, zoals die zijn vastgelegd in de begrotingen en de toelichtingen
daarop.
Ook in de begrotingen voor 2008 staan meer dan voldoende elementen en aspecten, die als
zinvol en stimulerend worden ervaren, echter de ervaringen van de afgelopen jaren met de wijze
van besluitvorming in Nederland, roept een zeker cynisme op bij een grote groep van
betrokkenen, of al deze politieke plannen ook eens daadwerkelijk en spoedig tot uitvoering
kunnen komen. Om die reden vragen wij in de eerste plaats aandacht daarvoor.
Dit kan worden uitgedrukt in een aantal kernbegrippen:
· R.O.-wetgeving is verworden tot een bureaucratische en procedurele brij.
· Doorgeschoten decentralisatie.
· Het te vaak ontbreken van een langjarig beleid op het gebied van vervoer en ruimtelijke
ordening.
· Zeer trage besluitvormings en uitvoeringsprocedures.
· Het verlies van deskundigheid en daadkracht op de ministeries.
·
Een korte toelichting op de bovenstaande punten:
· Veel wetgeving op het gebied van Ruimtelijke Ordening is ontwikkeld in de jaren 70 en
80 met zeer ruime inspraakmogelijkheden en Rechtelijke toetsingsmomenten op allerlei
niveaus. Dit op zich loffelijke streven heeft geresulteerd in een zeer gebureaucratiseerd
en gejuridiceerd besluitvormingssysteem, dat zeer veel vertraging veroorzaakt en
bovengemiddeld veel invloed geeft aan gespecialiseerde hindermachten. Door zijn
ingewikkeldheid ligt het laatste woord vaak bij een rechter, in plaats van bij de verkozen
politici. Het wordt tijd dat `Den Haag' de politieke moed opbrengt om deze gordiaanse
knoop door te hakken. Een doorbraak op dit terrein levert een zeer grote vermindering
van onnodige administratieve lasten op, zonder aan democratisch gehalte te hoeven
inleveren.
· Goede Ruimtelijke Ordening en duurzame logistieke systemen kunnen alleen worden
ontwikkeld in een ruimtelijk gebied van enige omvang. Te veel besluitvormingsprocessen
vinden op een te laag niveau plaats om dit ook goed mogelijk te maken, met als gevolg
een wirwar van bedrijventerreinen, verkeerd benutte bedrijventerreinen, die ook weer
vaak een slechte aansluiting hebben op de infrastructuur en dan ook vaak alleen maar
naar de weg en niet naar de vaarwegen. Dergelijke besluitvormingsmacht moet weer op
een hoger- meer centraal- niveau komen. Te vaak moet worden geconstateerd dat er op
gemeentelijk niveau een zeker onvermogen of onwil is om verder te kijken dan de eigen
optiek.
· Ontwikkeling van een beleid op het gebied van ruimtelijk beleid en logistiek vraagt om
een focus van vele jaren. Een wisselend beleid per periode van 4 jaar is daarvoor veel te
kort.
· Naast het feit dat besluitvormingsprocessen vaak een lange doorlooptijd hebben, wat op
zich begrijpelijk is in ons volle land, vinden deze ook nog eens plaats op heel veel
niveaus. Dit vraagt om een kritische kijk op het binnenlands bestuur. Het feit dat
ministeries al heel vaak een beleid proberen te realiseren per landsdeel, bijvoorbeeld
voor de Randstad, geven deze andere realiteit aan. De huidige structuur van het
binnenlands bestuur is dan ook verouderd en veroorzaakt heel veel ruis, vertraging,
kosten en bureaucratie en verhindert te vaak een effectief beleid.
· De Nederlandse ministeries zitten al reeds een langere tijd in een proces van afslanking
en procesverandering. Deskundigheid gaat hiermee verloren, wat de effectiviteit van
deze ministeries vermindert. Ook de politieke neiging om te sturen op incidenten maakt
dat ministeries meer dan voorheen koersen op risicovermijding voor de politiek
verantwoordelijke dan op beleidsvorming. Deze trend moet worden doorbroken.
Inhoudelijk zijn voor de binnenvaartsector de onderstaande punten de meest opvallende:
Een focus op duurzame groei
Binnenvaart kan en zal een grote bijdrage leveren aan een duurzame logistiek. Dit vraagt om een
gericht beleid om dit ook mogelijk te maken. De voornemens en randvoorwaarden rond de
voorgenomen aanleg van de Tweede Maasvlakte gaan daar al van uit en streven naar een
aanzienlijk hoger aandeel van de aan en afvoer per binnenvaart van containers dan momenteel
het geval is. Het streefdoel is 45%, terwijl momenteel het aandeel 35% is. Hoewel er in de
begroting van V&W aanzetten te vinden zijn om dergelijk duurzaam vervoer te stimuleren,
ontbreken daarvoor nog ambitieuze streefdoelen. Wij pleiten ervoor om dergelijke streefdoelen te
formuleren en een beleid te formuleren om dit ook te realiseren.
Integratie van ruimtelijk beleid in Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en
Transport (MIRT) van de begroting van V&W
Een van de goede uitkomsten van het Coalitieakkoord van 2007 was de beslissing om aan het
investeringsprogramma van V&W het thema `ruimte' toe te voegen.
Deze toevoeging is zeer relevant omdat een vervoerssysteem alleen dan goed functioneert
wanneer het ruimtelijk een goede inbedding heeft.
X- miljoen voor de (her-)ontwikkeling van binnenhavens
De beslissing om fondsen vrij te maken voor de (her-)ontwikkeling van binnenhavens juichen wij
dan ook toe, als een eerste stap om vaarwegen en zee- en binnenhavens veel beter met elkaar
te verbinden en te benutten. Alleen daardoor kan een betere benutting van de vaarwegen en
daarmee van de binnenvaart worden gerealiseerd. Echter missen wij concrete getallen, nu er in
een toelichting staat dat er voor de ontwikkeling van infrastructuur en (vaar-)wegen voor de
periode 2008-2012 er in het kader van het FES-fonds in totaal 325,- miljoen ter beschikking is
en allocatie nog moet plaatsvinden.
Binnenvaartbeleid nog onderbelicht
In de herfst van 2007 zal V&W een beleidsnota binnenvaart uitbrengen. Dit zal de reden zijn dat
diverse zaken die de afgelopen tijd met V&W zijn afgesproken, zoals een door de toenmalige
minister van V&W afgesloten convenant met de binnenvaartsector, met daarin een set van
wederzijdse afspraken, het oprichten van een Innovatiefonds Binnenvaart van 10 miljoen, de
oprichting van een Expertise en Innovatiecentrum Binnenvaart (EICB), duurzaamheid- en
structuur bevorderende maatregelen en vermindering van administratieve lasten, niet in de
begroting zijn verwoord.
De binnenvaartsector ziet er naar uit en verwacht dat, bij de behandeling van haar
Binnenvaartnota, de staatssecretaris van V&W, mevrouw Tineke Huizinga, zal komen tot een set
van afspraken en voornemens voor een ambitieus en toekomstgericht binnenvaartbeleid in het
kader van het motto van V&W: `Sturen op duurzame groei'.
Voor de binnenvaartsector en eigenlijk voor de gehele logistieke sector is het afwachten of alle
voornemens -en voor de binnenvaart moeten ze ook nog handen en voeten krijgen- omgezet
zullen worden in een krachtig beleid.
© CBRB Rotterdam, 18-09-2007
Noot voor de redactie (