Ingezonden persbericht


13 september 2007

Meesters & Molens; Van Rembrandt tot Mondriaan in het Drents Museum

18 september tot en met 9 december 2007

Nederland met zijn poldermolens, watermolens en windmolens geldt internationaal als het 'molenland' bij uitstek. Dankzij de molen is ons 'landje aan de zee' groot geworden. De tentoonstelling 'Meesters en Molens. Van Rembrandt tot Mondriaan', vanaf 18 september 2008 te zien in het Drents Museum in Assen, biedt met ruim honderd schilderijen, tekeningen en prenten, voor het eerst een overzicht van de uitbeelding van de molen in de Nederlandse kunst van de voorbije vier eeuwen.

Er hebben in Nederland vele duizenden molens gestaan. Daarvan zijn er nu nog zo'n 1200 over. Molens waren in de Gouden Eeuw de motor achter de grote economische en culturele ontwikkeling. Met molens konden meren en drassige gebieden worden droog gemalen en werd vruchtbare landbouwgrond gewonnen. Met houtzaagmolens konden bomen op grote schaal tot planken worden gezaagd. Molens verwerkten ook lompen tot papier, graan tot meel en zaden tot olie.
In de loop van de 19de eeuw nam het belang van wind- en waterkracht af door de introductie van nieuwe energiebronnen, zoals kolen en olie. Daarmee verdwenen de molens geleidelijk uit het landschap. Als reactie op de grote molenafbraak werd in 1923 de Vereniging De Hollandsche Molen opgericht. Deze vereniging zet zich in voor het in stand houden van ons unieke molenbezit. Zeshonderd jaar geleden werd de eerste poldermolen in ons land gebouwd. Om die reden is 2007 uitgeroepen tot het Jaar van de Molens. In dit kader is deze tentoonstelling georganiseerd.

Door de eeuwen heen hebben Nederlandse schilders molens vastgelegd. Beroemde meesters uit de Gouden Eeuw, onder wie Rembrandt (zelf een zoon van een molenaar), hebben molens geschilderd en getekend. Zij brachten het moderne Nederland van hun tijd in beeld, met de molen als een cultureel kenmerk. Ook in de 18de eeuw is de molen een vertrouwd beeld geweest in het Hollandse landschap en staan molens veelvuldig afgebeeld op prenten, tekeningen en schilderijen.
In de Romantiek werden molens meer dan ooit gezien als een oer-Hollands fenomeen; als symbolen van een trots verleden. De kunstenaars uit deze periode probeerden dat pittoreske verleden in hun werk vast te leggen. In de 20ste eeuw wordt het realisme in de kunst langzamerhand verdrongen door de abstracte kunst. Toch zijn er ook in die tijd schilders geweest die de molen tot onderwerp kozen, zoals de modernisten Piet Mondriaan en Jan Sluijters. Mede dankzij die kunstenaars is Nederland hét molenland bij uitstek gebleven.

Publicatie
De tentoonstelling wordt begeleid door een fraai geïllustreerde catalogus van de hand van Charles Dumas. Het boek kost ¤ 24,95 en is verkrijgbaar in de Museumwinkel.

De expositie is in een andere samenstelling eerder dit jaar te zien geweest in het Noordbrabants Museum in 's Hertogenbosch en het Museum Bredius in 's Gravenhage.

Fotobijschriften

1. Piet Mondriaan (1872-1944)
Molen te Heeswijk, 1904
Olieverf op doek, 36,2 x 26 cm
Collectie Noordbrabants Museum, 's-Hertogenbosch

5. Jacob Maris (1837-1899)
Stadsgezicht, 1875
Tekening, 32 x 49,7 cm
Particuliere collectie

/////////////